Intel heeft tijdens een conferentie in het Japanse Kyoto gemeld dat ze erin geslaagd zijn om een chip te maken die niet alleen 802.11a/b/g ondersteunt, maar bovendien de verwachte specificaties van 802.11n aankan. Doel van de ontwikkeling van de chip is het verlagen van de kostprijs van draadloze 100Mbps-verbindingen. Dergelijke connectiviteit moet een standaard onderdeel van Centrino worden. De 802.11n-technologie, die grofweg tweemaal zo snel is als de oplossingen die momenteel op de markt zijn, heeft met deze implementatie bovendien een groter bereik. Een ander kostenbesparend nieuwigheidje is dat de enkele chip in staat is om tegelijkertijd verbinding met verschillende netwerken te maken; nu is per netwerkaansluiting nog een apart device nodig.
Het CMOS-productieproces moet de halfgeleidergigant in staat stellen om de chips in grote oplagen en tegen een lage prijs te produceren. Bovendien levert deze techniek energiezuinige chips, wat uiteraard gunstig is voor de accu's van een Centrino-laptop. Intel stelt dat haar doel 'de mogelijkheid om op elk moment, overal en op elk apparaat met elk netwerk verbinding te kunnen maken' is, en ziet in de nieuwe component een stevige bouwsteen die onder meer 'multiple high-quality video streams' voor de consument beschikbaar moet maken. Wanneer die consument het nieuwe chipje in de winkel aantreft staat voorlopig nog niet vast. Eerder dan eind 2006 zal het niet worden; zeker niet als Intel met haar verwachtingen over hoe de 802.11n-standaard eruit gaat zien, op het verkeerde paard gewed blijkt te hebben.