Een voorstel om de Nederlandse Archiefwet te wijzigen geeft archiefinstellingen te veel ruimte om 'bijzonder persoonlijke informatie' van levende mensen online te delen. Daarvoor waarschuwt de Autoriteit Persoonsgegevens, die ook pleit voor concrete waarborgen.
Het Nederlandse kabinet wil de Archiefwet wijzigen om het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging online beschikbaar te maken. Dit archief bevat dossiers van mensen die zijn onderzocht omdat ze met de bezetters zouden hebben samengewerkt tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het archief is nu beperkt digitaal toegankelijk, het kabinet wil de beperkingen opheffen zodat iedereen het archief onbeperkt kan doorzoeken en kan kopiëren. Daarvoor moet de Archiefwet gewijzigd worden. Deze wijzigingen treffen niet alleen het CABR.
De Autoriteit Persoonsgegevens is kritisch op de voorgestelde wetswijziging en zegt dat deze te ver gaat. "Zo maakt het voorstel in feite een einde aan de wettelijke bescherming van gevoelige persoonsgegevens in archieven. En geeft het veel te veel ruimte aan archiefinstellingen om bijzonder persoonlijke informatie van levende mensen online te zetten, en voor iedereen doorzoekbaar en deelbaar te maken."
De wetswijziging 'doorstaat de toets niet', stelt de AP. De toezichthouder wijst erop dat de juiste balans tussen online beschikbaarheid en gegevensbescherming iedereen aangaat en dat zulke keuzes daarom 'bij de democratisch gekozen wetgever' horen te liggen. Met de wetswijziging komt die keuze te veel bij archiefinstellingen te liggen, vindt de toezichthouder.
Volgens de toezichthouder gaat het om mogelijk honderden tot duizenden mensen. Ook die hebben wat het AP betreft recht op bescherming van gegevens. De toezichthouder pleit daarom voor 'concrete waarborgen', zoals het weglaten van persoonsgegevens die buiten een zoekopdracht vallen, een verbod op het maken van kopieën, of een maximum aan het aantal archiefstukken dat iemand per dag kan raadplegen. Het advies van de Autoriteit Persoonsgegevens gaat samen met andere adviezen en het wetsvoorstel naar de Raad van State, die de Tweede Kamer adviseert over onder meer de wetmatigheid van de wet.