Het Nederlandse kabinet wil enige flexibiliteit in de acceptatieplicht van de digitale euro voor winkeliers en zzp'ers. Een acceptatieplicht kan disproportioneel zijn, schrijft minister Heinen van Financiën in een verslag van de Ecofinraad.
Het kabinet vindt dat als een winkelier normaliter geen pinapparaat heeft, deze ook niet verplicht moet worden om voor de digitale euro een apparaat aan te schaffen, aldus de minister in zijn verslag. De Econfinraad kwam op 17 en 18 februari samen en besprak toen onder meer de digitale euro.
De Econfinraad sprak ook over mogelijkheden voor winkeliers in lidstaten buiten de eurozone of landen buiten de EU om de digitale euro te accepteren. "Het kabinet steunt acceptatie van de digitale euro in lidstaten buiten de eurozone, omdat dit een gelijk speelveld in de EU bevordert", aldus de minister. "Ten aanzien van acceptatie in landen buiten de EU acht ik verdere discussie echter noodzakelijk, onder meer over het nut en de noodzaak van dergelijke acceptatiemogelijkheden en over waarborgen voor het behoud van monetaire soevereiniteit in deze landen."
Over de digitale euro wordt al langer gesproken. De Europese Commissie presenteerde in 2023 een wetsvoorstel voor het digitale betaalmiddel. De Europese Centrale Bank is sinds 1 november 2023 bezig met een tweejarige voorbereidingsfase, waarin zij de werking en het gebruik van de munt onderzoekt. Of de munt er ook daadwerkelijk komt, is echter nog niet duidelijk. De EU-lidstaten en het Europees Parlement moeten het voorstel van de Europese Commissie eerst nog goedkeuren. Daar wordt nog over onderhandeld in Europa.