Nederlandse openbaarvervoerreizigers kunnen vanaf dinsdag in het hele land inchecken met hun bankpas. Dat systeem is nu volledig landelijk dekkend. Vanaf volgend jaar wordt de deels digitale ov-pas, die op telefoons kan worden gezet, gefaseerd ingevoerd.
Het Nederlandse systeem om met een betaalpas in te checken in het openbaar vervoer is vanaf dinsdag landelijk dekkend. In Rotterdam was dat bij de RET nog niet mogelijk in bussen en trams, maar inmiddels kan dat wel, schrijft staatssecretaris Vivanne Heijnen van Infrastructuur in een brief aan de Tweede Kamer. Daarmee lukt het bij iedere Nederlandse vervoerder om op rekening in te checken zonder dat een ov-chipkaart nodig is. In 2021 begon een experiment daarmee in Lelystad. Om het systeem landelijk door te voeren zijn ruim 60.000 kaartlezers en toegangspoortjes op stations vervangen.
De staatssecretaris denkt dat het vanaf volgend jaar mogelijk moet worden om met de opvolger van de ov-chipkaart, de ov-pas, in te checken. Die kan worden gebruikt als een fysieke kaart, vergelijkbaar met de huidige ov-chipkaart, maar het is ook mogelijk een digitale versie van de kaart te gebruiken. Dat gebeurt in de vorm van een 'wallet', al zijn daar momenteel nog weinig details over. De staatssecretaris verwacht dat die kaart 'volgend jaar gefaseerd wordt ingevoerd'.
Heijnen noemt daar geen concreet tijdspad voor. Aanvankelijk beginnen de vervoersmaatschappijen met het overzetten van 'eenvoudige abonnementen'. Dat kunnen bijvoorbeeld kortingsabonnementen zijn voor specifieke vervoersmaatschappijen. Daarna 'volgen abonnementen die oplopen in complexiteit'. De ov-chipkaart blijft in de tussentijd bruikbaar. Naar verwachting kan die in ieder geval tot 2025 worden gebruikt, maar op termijn wordt de kaart helemaal afgeschaft.