ZeroAvia, een fabrikant van waterstofelektrische vliegtuigen, heeft een korte testvlucht met een waterstofvliegtuig voltooid. Er werd daarbij gebruikgemaakt van de grootste waterstofmotor tot nu toe van het bedrijf, aangevuld met een reguliere turbopropmotor.
De vlucht vond plaats in het Verenigd Koninkrijk en duurde tien minuten. Dit is gedaan met een omgebouwde Dornier Do-228 waarbij de waterstofmotor aan de linkervleugel is bevestigd. In de geteste configuratie was sprake van een aandrijving met twee brandstofcellen, waarbij lithium-ionaccu's piekvermogen leverden voor het opstijgen, wat ook bedoeld was als redundantie.
Voor deze testvlucht zijn de waterstoftanks en brandstofcelsystemen in de cabine geplaatst, maar voor commerciële vluchten zal dat uiteindelijk extern worden opgeslagen om ruimte te creëren voor passagiers. Bij de testvlucht zat de door waterstof aangedreven motor aan de linkervleugel en voor de zekerheid hing er een reguliere Honeywell TPE-331-motor aan de rechtervleugel. Volgens ZeroAvia presteerden alle systemen zoals verwacht.
Het bedrijf stelt dat het met deze testvlucht een pad kan bewandelen waarbij nog dit jaar certificering kan worden aangevraagd. ZeroAvia maakte eerder al bekend dat het vanaf 2024 tussen Nederland en het Verenigd Koninkrijk wil gaan vliegen, al zegt het bedrijf nu dat het pas vanaf 2025 commerciële routes kan gaan vliegen.
Het is de bedoeling dat er een aandrijving met een piekvermogen van 600kW wordt ontwikkeld om een vliegtuig met 9 tot 19 passagiers mogelijk te maken. Dit vliegtuig moet een bereik krijgen van zo'n 482 km. Uiteindelijk wil de fabrikant de technologie verder ontwikkelen voor grotere vliegtuigen met maximaal 90 passagiers; een programma om de daarvoor benodigde aandrijving van 2 tot 5MW te realiseren, is al begonnen. Een vliegtuig met 40 tot 80 passagiers moet in 2027 vliegen en een bereik van 1126km krijgen.