Een mening is simpelweg dat wat jij ergens over denkt. En je kunt in essentie aan alles twijfelen, zelfs aan de wetenschap.
Even los van de exacte definitie hoop ik dat je uit mijn vorige post hebt begrepen dat hoewel je inderdaad overal aan kan twijfelen maar dat het niet altijd zinnig is. Dat niet iedere onzinnige twijfel even veel waard is.
Dat kan prima een mening zijn, zeker als de persoon die de uitspraak doet nooit van het onderzoek heeft gehoord.
Dat is een uitstekend voorbeeld van waarom niet iedere mening even veel waard is en niet alles wat je technisch gezien een mening zou kunnen noemen beschermd hoeft te worden. Een mening die ondersteunt wordt door sterke bewijzen is meer waard dan een mening waar geen enkel bewijs voor is. Als je ooit ergens over wil besluiten zal je moeten vastellen welke mening meer waard is. Of een kroket lekkerder is dan een frikandel is ook een mening, maar als je moet bestellen zal je toch één mening moeten keizen als de beste.
Het feit dat iets wetenschappelijk vast staat (Hoe vast staan wetenschappelijke feiten eigenlijk? Wat weet jij
van de kwaliteit van dat onderzoek? Weet je welke methodes zijn toegepast en of ze correct zijn toegepast? Etc,etc,etc.) betekent niet dat iemand daar geen mening over kan hebben, ook als die mening niet strookt met het wetenschappelijke consensus.
Zelfs de dingen die we in de wetenschap als feiten zien zijn eigenlijk meningen die gebaseerd zijn op een zwik aannames.
Dat zijn goede vragen. Gelukkig is er over nagedacht want om hun werk te kunnen doen moeten wetenschappers de antwoorden weten op de vragen die je stelt. Iedere universitaire opleiding gaat daarom diep in op vragen als "hoe doe je onderzoek?" en "wat is een feit?". Je zou zelfs kunnen zeggen dat jouw vragen het belangrijkste onderdeel zijn van een universitaire opleiding.
In het kort werkt het zo dat wetenschappers hun werk publiceren in vaktijdschriften. Daarin beschrijven ze precies hoe ze hun onderzoek hebben gedaan en wat de resultaten en conclusies zijn. Vervolgens lezen andere wetenschappers dat kritisch en doen ze hun uiterste best om het werk onderuit te halen. Dat doen ze omdat ze allemaal met elkaar concurreren om schaarse potjes onderzoeksgeld. Denk dus niet dat ze elkaar allemaal de hand boven het hoofd houden, de concurrentie is moordend. Alle wetenschappers dromen er van om het werk van hun gerespecteerde collega's met de grond gelijk te maken. Hoe groter de schok hoe beter.
Wanneer is het een 'feit'? Als geen enkele wetenschapper nog fouten kan vinden zonder te worden uitgelachen door z'n collega's. Als je te vaak wordt uitgelachen dan staat er een leger aan jonge wetenschappers klaar om je onderzoeksgeld in te pikken met een minder belachelijk idee.
De nette naam hiervoor is "wetenschappelijke concensus". Dat laat zelfs nog wel enige ruimte voor twijfel, concesus vereist niet dat iedereen het er 100% mee eens is. Er is nu eenmaal altjid ruimte voor hoe je bewijzen intepreteert. Dat betekent niet dat je onberekt aan alles moet gaan twijfel. Het heeft geen zin. We kunnen er wel over twijfelen of de zon morgen opkomt maar wat schiet je er mee op?
Weet je welke methodes zijn toegepast en of ze correct zijn toegepast? Etc,etc,etc.) betekent niet dat iemand daar geen mening over kan hebben, ook als die mening niet strookt met het wetenschappelijke consensus.
Zeker kan dat, en als je de mening netjes kan uitdrukken en op z'n minst voor een deel kan onderbouwen dat is dat een prima gebruik van een mening. Dan kunnen we het hebben over die onderbouwing en eventueel verder onderzoek doen tot we beiden overtuigd zijn, of kunnen vastellen dat nog geen echt overtuigend bewijs hebben en verder moeten zoeken. Prima.
Het is een ander verhaal als je die mening niet kan onderbouwen, zeker als je daar conclusies aan wil verbinden.
Een onderbouwde mening die afwijkt van de consensus is nuttig. Het natuurlijk wel het meest waarschijnlijk dat die ene afwijkende wetenschapper een vergissing maakt, niet dat al die andere wetenschappers allemaal dezelfde vergissing hebben gemaakt. Maar het kan gebeuren.
Uiteindelijk is het een soort kosten-baten analyse. Altijd aan alles twijfelen is onmogelijk dan kun je nooit iets doen. Ergens moet je een lijn trekken waarna je gaat handelen alsof iets is zoals je denkt dat het is.
Die lijn moet in de buurt liggen van het punt dat gevolgen van een verkeerde beslissing lager zijn dan de kosten van niet beslissen. Misschien kun je een slag om de arm houden maar soms gaat dat gewoon niet en kun je alleen maar kiezen tussen iets wel of niet doen.