Studenten van Rijksuniversiteit Groningen, de Hanzehogeschool Groningen en Noorderpoort hebben hun zonneauto gepresenteerd waarmee ze deelnemen aan de World Solar Challenge in Australië.
Onder de naam Top Dutch Solar Racing gaan in totaal 27 studenten meestrijden in de grote Australische wedstrijd voor zonneauto's. De structural engineer van het project, Eldert Zeinstra, licht aan Tweakers toe dat het team verwacht dat ze met hun zonneauto, die overigens nog geen definitieve naam heeft, in de top van de Challenger-klasse moeten kunnen meedoen.
Voordat het zover is moet er nog het een en ander gebeuren aan de auto, waaronder het verifiëren van de resultaten die op het vlak van de aerodynamica uit simulaties en schaaltesten zijn gekomen. De zonneauto is tijdens de ontwerpfase niet in een windtunnel geplaatst; dat gebeurt ergens in de komende maanden. "Dat is voor de final touches", legt Zeinstra uit. "Het kan dat dan blijkt dat de laminaire luchtstroming als het ware loslaat bij de canopy, het glazen dak van de cockpit. Dan ontstaat er een wake, wat tot extra weerstand leidt. Het toepassen van een zaagtandprofiel zou er dan voor kunnen zorgen voor een turbulente stroming die zich beter hecht aan het oppervlak van de auto. Hier hebben we tests in een windtunnel voor nodig, omdat dit heel moeilijk is te simuleren."
De motor die in de auto zit hebben de studenten zelf ontworpen. Het is een motor van het type dat Zeinstra aanduidt met de term direct drive coreless radial flux Halbach-array; deze heeft een vermogen van 2kW en een efficiëntie van 96 procent. Kort gezegd komt het er bij deze motor op neer dat de magneten in een bepaalde opstelling zijn geplaatst, zodat ze elkaar versterken en dus een hogere fluxdichtheid wordt gehaald. Dat is volgens Zeinstra erg belangrijk, want dan zijn kleinere magneten afdoende en kan er gewicht worden bespaard. De auto weegt ongeveer 150kg en heeft een frame dat geheel uit koolstofvezel bestaat. De auto is nagenoeg 5 meter lang, 1,2 meter breed, een meter hoog en haalt een topsnelheid van 140km/u.
Wat de zonnepanelen betreft is er sprake van GaAs-zonnepanelen en geen siliciumpanelen, wat overigens ook door andere teams wordt toegepast. Hierdoor wordt er een hogere efficiëntie gehaald, in het geval van Top Dutch 26 procent. De toepassing van GaAs-zonnepanelen betekent wel dat een minder groot oppervlak mag worden gebruikt; volgens de reglementen van de World Solar Challenge geldt een maximum van 4m² voor siliciumpanelen en zit dat voor de door Top Dutch toegepaste GaAs-panelen met single-junction zonnecellen op 3,56m². Ter vergelijking: Solar Team Twente mag slechts een oppervlakte van 2,64m² gebruiken voor hun zonnepanelen, omdat dat team GaAS-panelen met triple-junction cellen gebruikt.
Op de zonnepanelen heeft het Noord-Nederlandse team een anti-reflectieve coating aangebracht op basis van een piramidestructuur. Daardoor wordt er een bepaalde hoek ten opzichte van het inkomende zonlicht bereikt, zodat er minder licht wordt gereflecteerd en meer energie uit het licht kan worden gehaald. "Dat heeft wel een nadeel. Door de piramidestructuur blijft het fijne stof uit de Australische outback gemakkelijker hangen op de zonnepanelen. Daardoor moeten we elke dag zo'n twee uur met tandenborstels het stof verwijderen", aldus Zeinstra.
Het is voor het eerst dat er een team uit Noord-Nederland meedoet. Andere Nederlandse teams, zoals de universiteitsteams uit Twente, Eindhoven en Delft, doen al langer mee aan de World Solar Challenge. Op bepaalde vlakken zijn er dan ook verschillen aan te wijzen tussen Top Dutch Solar Racing en concurrenten. Zo beschrijft Zeinstra dat het team uit Delft de middelen heeft om een speciale satellietwagen in te zetten waardoor dat team ook in de grotendeels onbewoonde outback een vrij goede internetverbinding tot zijn beschikking heeft. Dat is onder meer voor het in kaart brengen van de weersomstandigheden van groot belang. Het Noord-Nederlandse team heeft wel een wifi-verbinding tussen de zonneauto en de volgauto's, maar een verbinding met de buitenwereld is alleen mogelijk via een satelliettelefoon waarbij er weergegevens vanuit Nederland worden doorgegeven. Eventueel kan er ook bij een stop langs de weg gebruik worden gemaakt van mobiel internet, in het geval van aanwezige dekking bij huizen of bebouwing langs de weg.
De Bridgestone World Solar Challenge wordt dit jaar van 13 tot 20 oktober gehouden. Deelnemende teams beginnen in het Australische Darwin en rijden drieduizend kilometer naar het zuidelijk gelegen Adelaide. Met hun zonneauto doet het Noord-Nederlandse team mee in de Challenger-klasse, waarbij het de bedoeling is om zo snel mogelijk die drieduizend kilometer af te leggen.