Streamingdiensten zoals Spotify en Netflix hebben weinig tot geen invloed op het kijk- en luistergedrag van Nederlanders. Dat zou blijken uit het onderzoek Media:Tijd van het Sociaal en Cultureel Planbureau en andere instanties en bedrijven.
Uit het onderzoek blijkt dat de Nederlander een kwartier naar gestreamde of gedownloade video per dag kijkt. Dit is aanzienlijk minder dan de bijna twee en een half uur die wordt gespendeerd aan het kijken van lineaire televisie. Voor het onderzoek werden 2900 deelnemers gevraagd om een week lang hun mediagedrag bij te houden in de periode september en oktober 2015.
Hoewel vijftien minuten een groei van 50 procent is ten opzichte van het onderzoek uit 2013, is het nog steeds relatief weinig. Tijdens het onderzoek van Media:Tijd in 2013 was Netflix pas net in Nederland beschikbaar. Twee jaar later heeft de dienst ongeveer 1,3 miljoen gebruikers in Nederland. Volgens het vervolgonderzoek onder de ondervraagden over de periode in 2015 zou de groei in abonnees voor diensten als Netflix slechts een stijging van vijf minuten hebben veroorzaakt. Dit terwijl lineaire tv maar een daling van zeven minuten naar 2 uur en 24 minuten heeft doorgemaakt.
Ook op het gebied van muziek en audio is er een vergelijkbare trend merkbaar. Die verdubbelde bijna van vijf minuten per dag naar negen minuten. Net als bij het kijken van videomateriaal is deze stijging weinig indrukwekkend wanneer vergeleken met traditionele radio. De gemiddelde tijd die de deelnemers besteden aan het luisteren van live-radio was namelijk meer dan twee uur, net als twee jaar eerder.
Belangrijk detail hier is wel dat het luisteren naar de radio via het internet als het luisteren naar live radio werd geteld en niet als het luisteren naar muziek via het internet. Het toont wel dat het aandeel van streamingapplicaties zoals Spotify, maar ook van downloadwinkels zoals iTunes dus minimaal is.
Ook verschilt de data tussen de leeftijdsgroepen aanzienlijk. In de groep van 13 tot 19 jaar oud is de verdeling tussen live radio, eigen muziek, en muziek via het internet veel gelijkmatiger met elk een tijdsbesteding van rond het halfuur voor elk. Bij de hogere leeftijdsgroepen stijgt het aandeel live radio naar boven de twee uur. Dit komt mogelijk doordat mensen op de werkvloer en in de auto op weg naar werk veel naar radio luisteren.
Het aandeel kijken en luisteren naar YouTube en dergelijke zou nog kleiner zijn dan dat van streaming. Er is echter een goede kans dat deze bevinding het resultaat is van een problematische uitzondering in het onderzoek. Alle consumptie van en participatie met media van onder de vijf minuten mochten namelijk niet worden meegeteld. Deze regel is waarschijnlijk ook de reden dat de smartphone een klein aandeel heeft in bijna alle vormen van mediaparticipatie en -consumptie, met de uitzondering van communicatie. Veel content voor mobiel wordt namelijk ontwikkeld om snel 'verteerbaar' te zijn en kijken en luisteren duurt via smartphone vermoedelijk vaak minder dan vijf minuten.