Synology heeft een tweede update van versie 5.0 van Disk Station Manager beschikbaar gesteld. Synology DSM is de beheersoftware die op diverse nas-producten van het bedrijf draait. De Disk, Cube en Rack Stations bieden meer dan alleen extra opslagruimte. Zo kunnen ook backups van alle clients op het netwerk worden gemaakt en kunnen bestanden via http, ftp, bittorrent, usenet en emule worden gedownload, zodat bijvoorbeeld energiegulzige pc's 's nachts uit kunnen, terwijl de download gewoon binnenkomt. Verder kunnen via de ingebouwde iTunes-server audio- en videobestanden over het netwerk worden gestreamd, kan met behulp van php en MySQL een dynamische website worden gehost en kan het apparaat als printserver fungeren.
Om versie 5.0 te kunnen installeren zal minimaal versie 4.3 reeds aanwezig moeten zijn. Verder is het uitsluitend geschikt voor de nas-modellen die eindigen op 10 of hoger. Kijk voor de overige voorwaarden en de verschillende downloads op deze pagina. Een live demo kan op deze pagina worden gevonden. In versie 5.0 treffen we onder meer een vernieuwde interface aan en is ook het Package Center op de schop gegaan. Meer is te lezen op onze voorpagina en natuurlijk bij Synology. In versie 5.0 build 4458 update 2 is onder andere het OpenSSL-beveiligingsprobleem verholpen.
Version 5.0-4458 Update 2
- Fixed a critical security issue of OpenSSL (heartbleed) to prevent secret keys from being compromised. (CVE-2014-0160)
- Enhanced the reliability of moving shared folders to different volumes.
- Fixed a security issue causing encrypted shared folders to be mounted automatically after resetting the admin's password by pressing the reset button.
- Fixed an issue causing system services and applications to possibly stop working.
- Fixed an issue causing files indexing in Media Library to possibly stop working.
- Fixed an issue preventing users from logging into FTP service when Personal Website was enabled and the homes shared folder was located on an ext3 volume.
- Fixed an issue causing hard drives to not hibernate when SSD read-write cache was enabled.