Crossy Road
Vrijwel gelijk met de publicatie van dit artikel kwam een groot deel van de Benelux onder een mooi, winters sneeuwdek te liggen. Nu kun je naar buiten en sneeuwballen gooien, maar dat doe je ook niet hele dagen lang. Wat kun je nog meer doen? Je kan bijvoorbeeld met een chocomel onderuit gaan zitten en met je telefoon of tablet in de hand lekker even gamen. Mocht je daarbij op zoek zijn naar iets nieuws, dan helpen we je op weg. We zetten een aantal recente games op een rij, die allemaal de afgelopen wintermaanden op de markt zijn verschenen. We hebben aan de voornaamste bloedgroepen gedacht, met games voor iOS, Android en Windows Phone.
 |
Titel |
Crossy Road |
 |
Platform |
iOS, Android |
Prijs |
gratis |
Het hoeft bij mobile games natuurlijk niet altijd even ingewikkeld te worden. Juist de simpele games kunnen het meest verslavend zijn. Denk aan Flappy Bird, dat in korte tijd miljoenen spelers wist te trekken. In hetzelfde genre moet je ook Crossy Road zoeken. De twee hebben wel iets weg van elkaar, hoewel Crossy Road - voor wie zijn klassiekers kent - eerder op het aloude Frogger lijkt, maar dan in een eindeloze versie.
Bij Frogger was het zaak om met een kikker ongeschonden de overkant te halen. In Crossy Road is er geen overkant. Er zijn steeds weer nieuwe verkeersbanen om over te steken, in een eindeloze opeenvolging. Je speelt ook niet met een kikker, maar met een kip. Althans; je begint met een kip en breidt je arsenaal gedurende de game gestaag uit. Daarbij komen diverse soorten kikkers alsnog al snel om de hoek kijken.
Het is idee is dus heel simpel. Net als in Frogger word je geconfronteerd met verschillende obstakels; een autoweg, een meerbaans snelweg, een spoorbaan of een waterweg. Steeds zijn ze gescheiden door een veilige strook groen waar je heel even op adem kunt komen. Behalve op dat groen rijdt of vaart overal verkeer. Op de wegen gaat het om personenauto's, vrachtwagens en treinen die je kleine kippetje allemaal met het grootste gemak plat rijden. Dan is het einde poging en kun je weer opnieuw beginnen. Bij de waterwegen werkt het - net als bij Frogger - andersom. Daar dien je juist op het voorbij drijvende hout te springen in plaats van het te vermijden.
Het verschil met Frogger is dat er veel meer tijdsdruk zit op Crossy Road. Daar komt ook de vergelijking met Flappy Bird en veel andere mobile games om de hoek kijken; in Crossy Road staat het speelveld niet stil. Je avatar verdwijnt langzaam onderaan uit beeld als je niet snel genoeg oversteekt. Je kunt dus wel wachten tot je veilig over kunt steken, maar niet te lang. Daarmee is Crossy Road ook spannender dan Frogger, maar tegelijkertijd wat tactischer dan Flappy Bird. Het doel is hetzelfde als in Flappy Bird; zoveel mogelijk hindernissen overwinnen. Dat is wat telt; hoeveel verkeersbanen weet je te overleven. Je high score staat steeds bovenin beeld en mocht je online spelen, dan kun je die ook delen met je vrienden.
Onderweg verdien je overigens credits en bij elke 100c die je gespaard hebt, kun je een nieuwe avatar bemachtigen. Daar zijn er tientallen van. Je kunt ze ook kopen. De verschillende avatars hebben invloed op de omgeving. Zo zijn er diverse avatars die de dag in de nacht veranderen. Maar je kunt het ook nog wat leuker maken. Zo is er een Mad Wizard die random bomen opblaast. Het is één van de redenen waarom je Crossy Road blijft spelen; het is spannender en afwisselender dan Flappy Bird, minder frustrerend en vooral mooier om te zien, met een vrolijk en kleurrijk uiterlijk dat een beetje doet denken aan Minecraft. Bovendien gaat de random gegenereerde spelwereld niet snel vervelen. Je weet immers nooit precies welke hindernissen je kippetje moet zien te passeren. De reclame die je tussendoor voorgeschoteld krijgt is irritant doordat je hem uit moet zitten, maar bij een gratis speelbare game mogen we daar natuurlijk eigenlijk niet te hard over klagen.
De Android-versie van Crossy Road is net uit, maar de game is al een paar maanden voor iOS beschikbaar. Vandaar dat zowel in de App Store als de Play Store al tientallen clones van de game zijn te vinden. In de Android-versie is de exclusieve Android Andy Robot als speelbaar character opgenomen .
Space Marshals
 |
Titel |
Spae Marshals |
 |
Platform |
iOS |
Prijs |
€ 4,99 |
Wat gebeurt er als je een Wild West-thema combineert met een ruimte-thema? De film 'Cowboys & Aliens' liet al zien wat voor confrontaties je dan mag verwachten. In de iOS-game Space Marshals zijn die aliens - tot op heden - nog niet verschenen, maar verder voldoet het spel aan alle verwachtingen. Spelers krijgen de controle over Space Marshal Burton, die aan het begin van het spel nog gevangen zit. Alles is echter vergeven en vergeten als het gevangenisschip wordt overgenomen en de gevangenen massaal ontsnappen. Space Marshal Burton krijgt zijn oude baan terug en mag direct de jacht openen op alle gevaarlijke gevangenen die zijn ontsnapt.
Het spel begint vrij simpel. Burton laat zich besturen volgens een schema dat we al kennen van andere tactische actiespellen op mobiele platformen. Je ziet het spel van bovenaf en geeft met je linkerduim aan waar je naartoe wilt lopen, terwijl je rechterduim het schieten bestuurt. Onder in beeld is er een selectiemenu waarin je kiest welk wapen je op dat moment actief wilt hebben. Daarbij zijn granaten en mijnen te vinden, maar natuurlijk ook standaardwapens als pistolen, shotguns en machinegeweren. Door missies te voltooien, verzamel je steeds nieuwe wapens, maar ook nieuw body-armor en nieuwe cowboyhoeden. Het blijft immers een Wild West-game.
In de missies word je geconfronteerd met verschillende vijanden. Centraal in de confrontaties staat een dekkingsysteem. Als Burton gehurkt zit, kan hij zich achter allerlei objecten verschuilen. Vanuit dat soort verscholen posities kan hij vijanden verrassen met een plotselinge aanval, of gewoon een vuurgevecht op een zo veilig mogelijke manier uitvechten. Er dient echter wel rekening gehouden te worden met de wapens van de vijanden. Zo zul je, tegen iemand die met granaten gooit, niet lang op één plek kunnen blijven zitten, terwijl snipers je juist medogenloos neerschieten als je je te lang in open veld waagt.
De actie zit leuk in elkaar, en biedt ook nog wel wat uitdaging. Dat komt met name door het beloningsysteem. Alleen als je niet sterft, alle 'high-value' doelwitten uitschakelt en de nodige aanwijzingen vindt tijdens een missie, krijg je de hoogste beoordeling. Pas dan kun je ook de best mogelijke beloning krijgen die bij die missie hoort. Dat maakt Space Marshals uitdagend, en zorgt er ook voor dat je soms missies opnieuw wilt spelen om de betere beloningen vrij te spelen. Daar komt nog bij dat de AI soms best slimme dingen doet. Zo zullen vijanden zelden blindelings op je af lopen als ze vermoeden dat je je schuil houdt achter een object. Komen er twee vijanden tegelijk, dan zullen ze actief proberen je te flankeren, zodat je geen dekking meer hebt op de plek waar je op dat moment zit.
Hoewel de gameplay in Space Marshals in de basis constant hetzelfde blijft, is het wel aardig dat spelers zelf kunnen bepalen wat voor aanpak zij kiezen. Veel vijanden hoeven niet per se uitgeschakeld te worden. De te kiezen wapens en spullen in je loadout kunnen gericht worden op brute kracht, maar ook op stealth. Met een silenced wapen en zogenaamde 'herriemakers' kun je bepaalde situaties al heel anders te lijf gaan dan met een shotgun en granaten.
Voor de vijf euro die je er voor kwijt bent is Space Marshals een behoorlijk vermakelijk spelletje. Zeker als je in alle missies de hoogst haalbare score wilt halen, ben je al snel de nodige uurtjes zoet. Bovendien voegt ontwikkelaar Pixelbite later nog twee hoofdstukken toe aan het verhaal, dat nu dus nog maar één hoofdstuk beslaat. Het is nog niet duidelijk of er apart betaald moet worden voor de volgende hoofdstukken, maar zelfs als dat zo zou zijn, biedt Space Marshals genoeg waarde voor dat geld. De game zit zo goed in elkaar dat de makers alleen al voor dit deel makkelijk meer hadden kunnen vragen dan vijf euro. Dat het spel niet meer kost dan dat is alleen maar extra goed nieuws.
SimCity Buildit
 |
Titel |
SimCity Buildit |
 |
Platform |
iOS, Android |
Prijs |
gratis |
SimCity is om diverse redenen een veelbesproken game. Het spel draagt natuurlijk een flinke historie met zich mee en beleefde in 2013 een moeizame terugkeer. Het spel van EA Maxis kampte bij release met veel serverproblemen, wat SimCity nagenoeg onspeelbaar maakte voor een grote groep gamers. Later trok EA de problemen recht, en maakte de uitgever het spel bovendien offline speelbaar, waardoor eventuele serverproblemen al helemaal geen rol meer speelden. In december verscheen de mobiele remake van het spel, voor iOS en Android. Die release ging in elk geval een stuk soepeler, maar kan de game zich ook meten met zijn grote broer?
Op het eerste gezicht lijkt SimCity Buildit, zoals de game heet op iOS en Android, veel op andere mobiele EA-games. We hebben het hier over 'Freemium', oftewel: je kunt het spel gratis spelen, maar loopt op enig moment tegen een punt aan waarbij het toch verdomd handig zou zijn als je er een paar euro tegenaan gooit. Waar de balans ligt tot wat nog speelbaar is en waar het écht irritant wordt als je niet wilt betalen, is min of meer wat bepaalt hoe leuk zo'n soort spel is. Bij de mobiele versie van Dungeon Keeper ging dat gruwelijk mis omdat spelers veel te snel tegen het punt aan liepen waar niets meer te doen was zonder te investeren.
In SimCity Buildit gaat dat een stuk beter. Het spel draait om de 'ingrediënten' die je nodig hebt om de huisjes van je Sims te upgraden, om Simdollars en om Simgeld. Simdollars is het in-game betaalmiddel waarmee je onder meer nieuwe gebouwen kunt kopen. Simgeld is verbonden met echt geld. Door geld te besteden aan SimCity Buildit krijg je meer Simgeld, en met dat Simgeld kun je Simdollars kopen, of bepaalde processen in het spel versnellen. Zo duurt het bouwen van een haven bijvoorbeeld 31 uur. Heb je geen zin om daar op te wachten, dan kun je voor zo'n 250 Simgeld het proces in een keer afronden. Omgerekend kost je dat dan zo'n vijf euro.
Je start het spel met voldoende Simdollars en Simgeld om even vooruit te kunnen. Bovendien zorgt het bouwen en upgraden van huizen steeds voor een nieuwe kapitaalinjectie. Er is echter ook een keerzijde. Hoe verder je komt en hoe hoger je 'level' wordt, hoe gecompliceerder het upgraden wordt. Je hebt er steeds betere spullen voor nodig. Waar je voor de eerste upgrades alleen wat hout en metaal nodig hebt, heb je na een paar uur al bewerkte planken, hamers en plastic nodig. Metaal en hout kosten respectievelijk één minuut en drie minuten om te maken, maar planken maken duurt alweer twintig minuten. De wachttijden lopen daarna nog verder op.
Terwijl je stad groeit en de huizen veranderen in wolkenkrabbers, krijg je stukje bij beetje meer mogelijkheden. Waar je in de beginfase alleen moet zorgen voor water en elektriciteit, word je na een paar levels geacht te zorgen voor brandweer, parken en riolering. Het zijn uiteindelijk alle elementen die we kennen uit de desktop-versie van SimCity, alleen worden ze in Buildit dus gefaseerd ingevoerd.
Door zuinig te zijn met je Simgeld kun je SimCity Buildit lang gratis spelen zonder tegen al te veel ergernissen aan te lopen. Toch bereikt het spel dat punt eindelijk wel. Wanneer je iets verder komt, nemen de eisen van je stad ook toe. Je hebt meer voorzieningen nodig, en de kans is groot dat je niet genoeg Simdollars hebt om die allemaal meteen neer te zetten. De enige in-game methode om dan geld te verdienen is om nog meer huizen te bouwen en te upgraden, of om spullen te verkopen, wat in beide gevallen vooral neerkomt op lang en veel wachten. Op dat punt is SimCity Buildit eigenlijk alleen nog leuk als je er dus wél geld in investeert. Dan is het best jammer dat je, als je er écht iets aan wilt hebben, toch wel minstens 19,99 euro kwijt bent. Zo eindigt een spel dat leuk is om te spelen en nog verrassend verslavend is voor iets dat we op de pc al kenden toch een beetje met een dompertje.
Stormfall: Rise of Balur
 |
Titel |
Stormfall: Rise of Balur |
 |
Platform |
iOS, Android |
Prijs |
gratis |
Het blijft een beetje behelpen met mmog's op mobiele platformen, waarschijnlijk doordat we er met z'n allen te veel van verwachten. Een volwaardig equivalent van World of Warcraft op je mobiel is misschien ook wat veel gevraagd. Wat natuurlijk niet wil zeggen dat er geen lol te beleven valt aan online games waarin je het tegen andere spelers op kunt nemen. Zo hebben we ons goed vermaakt met Stormfall: Rise of Balur, dat gemaakt wordt door het Israëlische Plarium.
Is Stormfall dan wel een volwaardig alternatief voor WoW? Nee, zeker niet, al komt dat voornamelijk doordat het een heel andere game is dan de gemiddelde mmorpg. Rise of Balur heeft meer weg van een rts dan van een rpg. Denk aan de Total War-games waarbij het vechten geautomatiseerd is. Het doet ook denken aan de Age of Wonders-games, maar dan zonder magie. Waar het op neer komt: je bouwt een basis en daar train je een leger waarmee je andere bases aan kunt vallen of waarmee je je eigen basis kunt verdedigen tegen aanvallen van buiten. Die andere bases kunnen van andere spelers zijn, maar er zijn ook kampementen die de computer bestiert. Die laatste zijn er weer in twee smaken; kampen van Orcs die je aan kunt vallen en kampen die je hulp nodig hebben en die je kunt verdedigen.
Dat is de helft van de game; uit je totale voorraad eenheden een leger samenstellen en dat op pad sturen naar een basis die je aan wilt vallen of juist wilt verdedigen. Je kunt daarbij aangeven hoeveel leden van elke eenheid je in je leger op wilt nemen en hoeveel je er dus in je basis houdt. Eenheden vallen daarbij uiteen in twee overzichtelijke categorieën: aanvallend en verdedigend. De strijd die volgt verloopt automatisch, dus als je leger eenmaal is aangekomen weet je direct of je succes hebt gehad of niet. Daarna krijg je een overzicht van de eenheden die je gewonnen hebt en verloren bent. Het aanvallen van andere bases is een zeer effectieve manier om aan grondstoffen en eenheden te komen. Vooral vroeg in de game kun je op die manier je leger flink uitbreiden met eenheden die je helemaal niet of pas veel later in de game zelf kunt trainen. Als je leger eenmaal een beetje op sterkte is, kun je met het raiden van andere bases vooral veel grondstoffen bemachtigen.
Het is niet zo mooi dat je de geroofde eenheden daarna zelf kunt trainen, dus het kan geen kwaad om er een beetje zuinig op te zijn. Gelukkig kun je elke eenheid die valt in de strijd wel tot leven wekken als je daar wat van je opgebouwde schat voor over hebt. Reviven van gevallen eenheden kost je Sapphires. Die bemachtig je maar zeer mondjesmaat, en daar komt het verdienmodel van de gratis speelbare game om de hoek kijken: je kunt online extra Sapphires kopen. Dat is nooit nodig; je kunt de game spelen zonder ooit een Sapphire bij te kopen, alleen moet je dan wel over veel meer geduld beschikken.
Er is nog een kant aan de game; je eigen basis. Dit is een flinke middeleeuwse stad, een beetje zoals je van het aloude Age of Empires gewend bent. Er zijn een heleboel kleine plots waar je gebouwen neer kunt zetten. Die gebouwen leveren de grondstoffen op die je nodig hebt om je samenleving draaiende te houden. Je kunt op die manier goud, ijzer en vlees oogsten. Samen met de al genoemde Sapphires is dat al wat je nodig hebt. Het leuke is dat er in je basis heel veel te doen valt waar je dagen en zelfs maanden zoet mee kunt zijn. Van gebouwen als Barn, Mine en Warehouse kun je er verschillende neerzetten en elk zul je apart op moeten waarderen. Daarnaast kun je ook nog verdedigingswerken bouwen en zijn er nog allerlei speciale gebouwen als een Sentry House, Obelisk of Power en Eagle's Nest. Die kunnen allemaal via een langdurige weg worden opgewaardeerd. De makers zijn daarbij niet kinderachtig. Het neerzetten of opwaarderen van een gebouw kan behoorlijk wat grondstoffen kosten, maar je krijgt er als beloning ook steeds weer een deel van terug.
Vooral door de lange adem is Stormfall een lekkere game. Het vrijspelen van nieuwe tech duurt lang, het verkrijgen van de benodigde Sapphires ook. Ondertussen is er echter steeds genoeg te doen in en buiten je basis. Zo zijn er steeds veel Daily Quests om af te werken en verdien je Paragon Levels als je regelmatig speelt. Doordat het vechten is geautomatiseerd is Stormfall misschien niet de meest spannende online game, maar onderhoudend is hij wel. Wie Civilization kan waarderen, zal zich hier vast ook mee vermaken.
Valiant Hearts: The Great War
 |
Titel |
Valiant Hearts: The Great War |
 |
Platform |
iOS, Android (en Windows, Xbox 360, Xbox One, PlayStation 3 & 4) |
Prijs |
€ 4,99 |
Een half jaar geleden verscheen Valiant Hearts: The Great War al voor Windows en consoles, als een kleine, downloadable game. Het ging echter om een kleine game met grote ambities, want uitgever Ubisoft probeert met Valiant Hearts de gamer een lesje te leren. Een geschiedenislesje, welteverstaan, in dit geval over de verschrikkingen van de oorlog. Dat doet de Franse uitgever aan de hand van één van de meest verschrikkelijke oorlogen ooit; de Eerste Wereldoorlog, waarin in krap vier jaar tijd minstens 9 miljoen soldaten en 7 miljoen burgers het leven lieten. Dat zijn er een slordige 10.000 per dag. Inmiddels is de game ook voor telefoons beschikbaar, en terecht, want technisch gezien leent het spel zich daar uitstekend voor.
Ubisoft heeft de game eigenlijk nauwelijks aan hoeven passen voor gebruik op telefoons en tablets. Het spel is gemaakt met het UbiArt Framework, de engine waar ook Rayman Origins, Rayman Legends en het betoverende Child of Light mee gemaakt zijn. Zeker de Rayman-games doen het uitstekend op tablets en telefoons. De engine is gemaakt om tweedimensionale sidescrolling games mee te ontwerpen en ook in Valiant Hearts beweeg je dus voornamelijk van links naar rechts - al kun je hier en daar naar boven en beneden en zelfs af en toe een laag naar voor of naar achter.
In Valiant Hearts levert dat, in tegenstelling tot de Rayman-games, vrij trage gameplay op. Het gaat hier niet zozeer om actie; het is meer puzzelen. Zoeken naar een uitweg of een middel of manier om een uitweg te forceren. Los daarvan wil Ubisoft hier uiteraard een verhaal vertellen. Een verhaal waarin de oorlog centraal staat en waarin de hoofdrolspelers allemaal zijdelings betrokken zijn geraakt. De belangrijkste zijn Karl en schoonvader Emile. Karl is van Duitse afkomt, maar woont net over de grens in Frankrijk, waar hij getrouwd is met de dochter van Emile. Beide worden opgeroepen en naar het front gedirigeerd, Karl in het Duitse leger en Emile in het Franse. Hun wegen zullen zich gedurende de game meermaals kruisen en je zult beide afwisselend besturen.
Verder krijg je af en toe de controle over de Amerikaan Freddie en de Belgische Anna, die beide ook in de oorlog verzeild zijn geraakt. De verhalen van de vier zijn op een mooie en afwisselende manier met elkaar verweven. Door dat verhaal zit dus ook nog een stevig portie geschiedenis verweven. Zo krijg je op indringende wijze de eerste aanvallen met chloorgas mee en de eerste inzet van tanks en zeppelins. Het zijn echter vooral de verschrikkingen van de loopgravenoorlog, die blijven hangen.
Voor de mobiele versie heeft Ubisoft de besturing van de game enigszins aangepast. Het draait in Valiant Wars vaak om het vinden van voorwerpen die je verder kunnen helpen. In de versie voor pc en consoles word je gewezen op die voorwerpen doordat ze enigszins oplichten. Dat was op kleinere schermen kennelijk niet genoeg, want Ubisoft heeft daar een icoon aan toegevoegd, dat opduikt zodra je een voorwerp nadert waar je iets mee kunt. Het breekt de sfeer een beetje, maar voorkomt vast een hoop frustratie. In de oorspronkelijke versie kon het behoorlijk frustrerend zijn om naar het juiste voorwerp te zoeken. Dat was op een kleiner scherm vast nog veel erger geweest, dus het is goed dat Ubisoft het iets verduidelijkt heeft. Een deel van de besturing van de oorspronkelijke versie van de game leek overigens al van een mobiele game afgekeken. Het gooien van voorwerpen speelt in de gameplay een belangrijke rol en de besturing daarvan lijkt sprekend op die in Angry Bird. Dat aspect hoefde Ubisoft dus niet aan te passen.
Ondanks, of misschien juist door, deze kleine aanpassing komt Valiant Hearts uitstekend tot zijn recht op een kleiner scherm. Wat spelervaring betreft doet het een beetje denken aan de Walking Dead-serie van telltale; het is niet zozeer de gameplay die indruk maakt, maar de emotionele verwikkelingen die je tijdens het spelen meemaakt. Ook op een klein scherm komen die goed over. Ubisoft heeft het verhaal voor de mobiele versies in episodes opgeknipt. De eerste is voor 5 euro te downloaden, het geheel kost 15 euro.
Zombie!Zombie!
Ja, voor Windows Phone verschijnen nog steeds beduidend minder games dan voor Android en iOS. Maar het zijn er nog steeds tientallen per maand en er worden ook de nodige exclusieve games voor het mobiele platform van Microsoft gemaakt. Zoals Zombie!Zombie!, waarvan de titel weinig te raden over laat. Als je weet dat Zombie!Zombie! een shooter is, dan is het plaatje grotendeels compleet, want veel anders dan het neerschieten van zombies valt er in de game niet te doen.
Om met de deur in huis te vallen; Zombie!Zombie! is een game met twee gezichten. Die twee gezichten zijn de twee spelvormen die de game bevat. De eerste is de campagne van de game, die je standaard voorgeschoteld krijgt. Daarin staar je over de loop van je vuurwapen een grof vormgegeven gang in van het level dat je speelt. Dat level bestaat steevast uit één enkele gang, alleen schotelt de game je per level een andere gang voor. Heel veel variatie zit daar niet in; je zult steeds weer hetzelfde setje gangen voorbij zien komen, die er allemaal even generiek en grofkorrelig uitzien. Een wat gedetailleerder uiterlijk had de game goed gedaan, wat niet alleen geldt voor de levels in de game, maar ook voor de wapens en vooral voor de zombies die op je afkomen.
Terug naar de campagne. Voor je op zombies kunt schieten, krijg je eerst een wereldkaart voorgeschoteld waarop je kunt kiezen uit diverse brandhaarden waar je hulp gewenst is. Dat doet een verhaal vermoeden, maar dat is er slechts op papier. In de game blijft het bij een vermoeden. Als je een brandhaard kiest, krijg je steeds één level voorgeschoteld waar je een bepaald aantal zombies uit moet schakelen. Dat zijn er meestal zo rond de 30, die allemaal vanuit die ene gang op je afkomen. Veel meer dan een heel klein beetje naar links en naar rechts kijken kun je niet, behalve bij een enkel level dat bestaat uit twee gangen die haaks op elkaar staan, waarbij je dus om beurten naar links en naar rechts moet mikken. Doorgaans kun je echter gewoon rechtdoor blijven vuren en hoef je slechts licht bij te sturen.
De opzet van de campagne is eigenlijk alleen dat je ervaring opdoet en zo in level stijgt. Na elk level krijg je keurig een overzicht van de credits die je verdiend hebt. Je ziet dan ook hoe goed je geschoten hebt. Waarna je weer een nieuwe missie kunt kiezen. Op die manier verdien je de credits die je nodig hebt om betere wapens te bemachtigen. Omdat Zombie!Zombie! een gratis game is, kun je dat proces uiteraard versnellen door credits te kopen. Dat kan in dit geval geen kwaad, want je moet wel erg veel spelen voor je voldoende geld bij elkaar gespeeld hebt om bijvoorbeeld van een pistool over te schakelen op een geweer. Gelukkig kom je met een pistool een heel eind en heb je eigenlijk helemaal geen geweer nodig om lol te hebben aan Zombie!Zombie!. Dat komt ook doordat de bediening wel heel soepel is. Mikken met het touchscreen van je telefoon gaat snel en nauwkeurig, wat het spelen eigenlijk erg prettig maakt.
De lol komt voornamelijk uit de tweede spelvorm in de game, waarin je in een lift stapt die je zonder pauze van level na level voert. Je krijgt dus tussendoor geen overzicht van hoe je geschoten hebt en daarmee ook niet de gelegenheid om een wapen te kopen of wat credits te spenderen aan medicijnen en handgranaten. Naast je vuurwapen zijn dat je enige hulpmiddelen. Als de zombies tot armlengte genaderd zijn, zullen ze happen uit je gezondheid nemen, en dat kun je met medicijnen dan wel een handgranaat pareren. De granaat doet alleen de zombies pijn, je hebt er zelf geen last van. Mocht de groep voor je neus dus even te groot worden, dan kun je die met een handgranaat proberen uit te dunnen. Het is een laatste redmiddel als je het schietend even niet meer op kunt lossen. Handgranaten zijn ook al duur, dus daar zul je er niet te veel van bij je dragen.
Juist doordat je geen pauze hebt en tussendoor niet bij kunt vullen, is de doorlopende spelvorm spannend. Vooral omdat de moeilijkheidsgraad stijgt naarmate je het langer uithoudt. Bij elke verdieping die de lift aandoet wordt het een tikkeltje lastiger en het is de uitdaging om zo veel mogelijk verdiepingen aan te doen. Dan blijkt er opeens een aardige variatie aan zombies in de game te zitten, die er echter allemaal even grofkorrelig uitzien. Ze variëren niet of nauwelijks in vaardigheden; de variatie zit simpelweg in het aantal headshots dat je nodig hebt om ze neer te halen. Waar je het lang moet stellen met zombies die na één headshot al zijn uitgeschakeld, neemt de variatie snel toe als je in de lift stapt. En daarmee ook de uitdaging.
Met zombies die met één headshot zijn uitgeschakeld is het prijsschieten en kun je rustig aanleggen. Het is wat je in de campagne veel te lang voorgeschoteld krijgt. Daarbij kun je jezelf enkel uitdagen door een 100 procent score te halen in het maken van headshots, of door jezelf op te leggen om zombies van zo groot mogelijke afstand om te leggen.
In de lift is dat anders. Daar neemt het aantal schoten dat je nodig hebt gestaag toe. Voor je het weet heb je gedrochten tegenover je die pas na 15 headshots omvallen, en dan wordt de game opeens een stuk spannender. Zeker omdat de vormen wat meer gaan variëren. In de campagne blijft het lang bij zombies van menselijke proporties, waarbij het hoofd keurig netjes bovenop een romp zit die bij alle typen ongeveer even groot is. Dat maakt het mikken makkelijk. Later in de game wordt dat anders. Dan tref je monsters die hun hoofd wel onder hun arm lijken te dragen, zodat het opeens veel moeilijker mikken is.
Zombie!Zombie! is dus een game die je even moet doorgronden. Mooi is hij niet, dus dat element zal je niet over de streep trekken. En wie de campagne volgt, zal het spel al snel wegleggen, doordat hij veel te laat op gang komt. Wie echter de lift in stapt, treft opeens een heel andere game, die je wel degelijk op de proef stelt. Uiteraard begint het tripje met de lift simpel, maar de uitdaging neemt gestaag toe, zonder dat je veel adempauze krijgt. Dan gaat het er opeens om hoeveel etages je het uithoudt in de lift, waarbij het de uitdaging is om het langer uit te houden dan de vorige keer. Het maakt Zombie!Zombie! geen parel en eigenlijk ook geen geweldig spel, maar wel een game die je keer op keer blijft spelen.