Bijna iedereen schiet wel eens een foto, en afhankelijk van je leeftijd heb je dat waarschijnlijk vroeger zelfs met een analoog systeem gedaan. Maar weinig mensen zullen tegenwoordig nog een rolletje laten ontwikkelen, in tegenstelling tot tweaker Ivan A. Andhyiswara. In dit artikel vertelt Ivan over de pracht en kracht van analoge fotografie en neemt hij ons mee langs zijn enorme Nikon-collectie van ruim vijfhonderd Nikon-camera's, lenzen, dozen en meer. Ook vertelt hij openhartig waarom hij een obsessie heeft met nadrukkelijk áchter de camera staan.
Ivan Andhyiswara
Nickname:
Ivan A. Andhyiswara
Hobby's:
Fotografie, muziek, formule 1, DC Comics en af en toe KLM
Leeftijd:
52
Op Tweakers sinds:
December 2001
Favoriete Tweakers-onderdelen:
Nieuws, Pricewatch en BBG
Studie:
Geneeskunde
Beroep:
Bedrijfsarts
Smartphone:
Sony Xperia 1 II (privé) en Samsung A34 (werk)
Computer(s):
- MSI Trident X 9th (i7-9700K)
- MSI laptop (i7-7700HQ)
- HP Elitedesk 705 G4 (Ryzen 5 2400G)
- HP Probook 450 G10
- HP Vectra VL410 (Pentium 4 2,4GHz)
- Commodore Amiga 1000
- AMD Phenom X4 955
Gameconsole:
PlayStation One Slim, PlayStation 2 'Phat'
Domotica:
Philips Hue
Waar komt je passie voor fotografie vandaan?
"Enerzijds ben ik, net als de meeste mensen, gewoon geobsedeerd door beeld. Ik leg graag momenten vast, zowel voor mezelf als voor anderen. Maar het is ook een manier voor me om onzichtbaar te zijn en toch onderdeel van een geheel uit te maken.
Dat is wat ik 'aan de juiste kant van de lens staan' noem. Ik hoef zelf niet in het middelpunt van de belangstelling te staan. Dat had ik als kind al. Ik ben opgegroeid in een dorp dat redelijk wit was. Daar viel ik vanwege mijn uiterlijk als Chinees-Indonesisch kind gewoon op. Dan probeer je om vooral niet boven het maaiveld uit te steken. En daarbij, binnen de zogenoemde Chindo-immigrantencultuur speelt dat ook een grote rol; vooral niet pronken en een grote mond hebben. 'Doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg.'
Fotografie is voor mij een manier om daar vrede mee te hebben. Zodra je een camera in je hand hebt, ben je onderdeel van het geheel. Zelfs in een drukke omgeving houden mensen dan rekening met je, want iedereen is tegenwoordig gewend aan fotografen. Wellicht willen ze niet op de foto of proberen ze je beeld niet te verstoren. Soms spreken ze je aan. Je bent dan tegelijkertijd onzichtbaar maar toch betrokken bij de rest."
Je reden om achter de camera te staan is heel persoonlijk. Is datzelfde te zeggen over wat je wilt vastleggen?
"Dat heeft eerder dezelfde reden als de keuze voor mijn werk als bedrijfsarts: ik ben geïnteresseerd in mensen. Tijdens mijn studie was ik bestuurslid van een studentenvereniging en was ik de gast die altijd met een camera rondliep. Dan maakte ik zo authentiek mogelijk foto's van feesten. Want waar ik echt een hekel aan heb, is een groep poserende dronken mensen en een eventuele fotobommer vastleggen. Zo'n gemaakte foto, daar heeft toch niemand iets aan?
Dat merk ik telkens weer, bijvoorbeeld als ik bijklus als fotograaf op evenementen. Dan ben ik op zoek naar de momenten die de sfeer vastleggen, zonder dat mensen het nadrukkelijk doorhebben. Om een voorbeeld te geven: als schaduwfotograaf op een bruiloft heb ik ooit een hilarisch moment weten te vangen. Ik had eerst een tijdje rondgelopen met een camera in mijn hand, maar zonder foto's te maken; zo laat ik mensen alvast aan me wennen. Op een gegeven moment stond ik misschien twee meter van het bruidspaar af. De bruidegom ging plotseling met zijn hand in het decolleté van de bruid, om er iets uit te halen of zo. En hij had op dat moment wijd opengesperde ogen. Die scène kon ik onopgemerkt vastleggen. Uiteraard vond het bruidspaar die foto zo leuk, juist omdat het een authentiek moment vastlegde."
Ons gesprek komt voort uit je reactie onder het communityinterview met Walkman-verzamelaar Timewa. Jij hebt een vergelijkbare enorme collectie, maar dan van Nikon-camera's. Hoe is die verzameling ontstaan?
"We leven helaas in een wegwerpmaatschappij. Toen ik in 2012 mijn eerste digitale spiegelreflexcamera kocht, de Nikon D600, vond ik dat confronterend. Mijn oude camera, de F90X, deed het namelijk nog gewoon prima. En de objectieven wilde ik sowieso bewaren. Dus waarom zou ik het oude weggooien, alleen omdat ik iets nieuws wilde? Daarom hield ik het oude model en de lenzen maar gewoon.
Niet veel later wilde een vriend van zijn F4 af; die heb ik van hem overgenomen. Drie Nikons werden er vier en vier werden er vijf. Op een gegeven moment wil je ze dan allemaal hebben. Op die manier is de collectie bijna per ongeluk begonnen."
Daarna ging je dus serieus verzamelen. Waar let je op bij het verzamelen en wat geef je eraan uit?
"De enige regel die ik heb, is dat alles het nog gewoon moet doen. Ik heb ruim vijfhonderd objecten in mijn collectie en alles functioneert nog naar behoren. Ik vermijd dus echt kapotte camera's; repareren doe ik niet. In mensen snijden en prikken, dat vind ik prima, maar niet bij camera's. Het is overigens ook niet zo dat onderdelen gemakkelijk verkrijgbaar zijn. Iemand zou eventueel een donorcamera kunnen gebruiken om andere exemplaren te repareren, maar het ambacht van camerareparateur verdwijnt helaas langzaam maar zeker, dus die service wordt er ook niet toegankelijker op.
:strip_exif()/i/2007656400.jpeg?f=imagearticlefull)
Verder heb ik geen eisen aan wat een Nikon-camera moet zijn; eenzelfde model met een andere kleur of een iets andere knoppenindeling is al voldoende reden voor me. In totaal mis ik, afgezien van bepaalde hele speciale uitvoeringen, nog enkele analoge Nikons en een stuk of zeventien digitale camera's van het merk. In dat laatste geval is de reden eenvoudig: veel digitale Nikons zijn nog te nieuw en daardoor te duur. Een D5 of D6 kost al snel duizenden euro's. Daarom verzamel ik geen hardware die jonger is dan tien jaar.
In totaal heb ik zo'n dertigduizend euro aan mijn collectie uitgegeven. Het loopt sterk uiteen wat de spullen kosten. Aan de ene kant heb ik bijvoorbeeld een Nikon D850, een fullframe digitale spiegelreflexcamera. Die heb ik nieuw gekocht voor duizenden euro's. Tegelijkertijd heb ik een groot aantal analoge camera's gewoon gratis gekregen. In de periode van 2010 tot 2020 gebeurde dat regelmatig, omdat digitale spiegelreflexcamera's toen betaalbaar werden voor het grote publiek. Mensen gingen massaal analoge camera's met prachtig glaswerk op Marktplaats verkopen of weggeven."
Over analoge camera's gesproken: veel tweakers hebben er wellicht ooit een gehad, maar tegenwoordig zullen er maar weinig nog analoog schieten. Doe jij het nog?
:strip_exif()/i/2007651954.jpeg?f=imagenormal)
(film Kodak T-Max 400). Vergroter: Opemus V met Meochrom II
kleurenkop, EL-Nikkor 50mm f/2.8
"Analoog fotograferen gaat over bewust bezig zijn met schieten. Je hebt in principe maximaal 36 foto's per rolletje, dus je wordt gedwongen om goed na te denken over hoe en wat je vastlegt. Je kunt naar een sterrenrestaurant gaan en gewoon het bord naar binnen werken en daarna snel weer naar buiten. Dat past meer bij digitale fotografie. Maar je kunt ook denken: hé, wat ligt hier op mijn bord? Hoe komt dat visueel op mij over en wat doet dat in mijn mond? Het zijn twee verschillende manieren van fotograferen.
Wat ook leuk is aan analoog schieten; het maakt eigenlijk geen reet uit welke camera je gebruikt. Natuurlijk moet hij een goede lichtmeter en kwalitatief glaswerk hebben, maar verder gaat het gewoon om hoe je hem gebruikt. Ik heb liever een Ansel Adams die met een wegwerpcamera schiet dan een of andere patser die met drie topmodellen om zijn nek en met het duurste van het duurste glaswerk werkt.
Tot voor de coronapandemie schoot ik om die redenen nog geregeld analoog. Sindsdien eigenlijk niet meer, want het is allemaal best prijzig tegenwoordig. Een filmrolletje kost al een tientje per stuk en laten ontwikkelen nog eens vijfentwintig euro. Je kunt overigens ook zelf ontwikkelen; de chemicaliën hiervoor zijn nog prima verkrijgbaar."
Ook jij schiet inmiddels dus digitaal. Hoe kijk je naar de 'moderne' manier van foto's maken, al dan niet met een smartphone?
"Ik snap natuurlijk waarom de meeste mensen digitaal zijn gaan schieten; je kunt er zoveel maken als je wilt. Ik ben na lang weerstand tegen digitaal uiteindelijk ook naar de D600 overgestapt; die kon toen wat mij betreft de betere analoge systemen evenaren. Dat professionals zijn overgestapt naar digitaal, dat snap ik wel. Zij kunnen bijna niet anders nu alles digitaal gepubliceerd wordt en direct online moet komen.
Maar de meeste mensen gebruiken tegenwoordig hun smartphone en maken foto's om vervolgens thuis terug te kijken wat ze eigenlijk hebben gemist. Prima, moet iedereen zelf weten, maar ik zou zeggen: gebruik foto's om je terug te brengen naar een herinnering, niet als vervanging voor een herinnering. Ga er bewust mee om.
Smartphones worden steeds beter; de kwaliteit van lenzen in smartphonecamera's is de afgelopen jaren ontzettend vooruitgegaan. Uiteindelijk moet er dan wel een omslagpunt komen: waarom zou een fotograaf bij een persconferentie dan nog met een enorme toeter van een lens rondlopen als een smartphone hetzelfde doet? Dat gezegd hebbende, missen er ook enkele aspecten. Je hebt bij een fullframecamera of zelfs een klein model een ergonomisch geheel en fysieke knoppen. Dat zie ik nog altijd als een van de grote voordelen van een losse camera."
Terug naar je verzameling: wat zijn de bijzonderste modellen voor je?
"Mijn oude vertrouwde F90X is heel bijzonder. Daar heb ik ruim 1500 rolletjes mee geschoten. Niet ontzettend veel, maar ik kan lezen en schrijven met dat ding. Ik heb hem al meer dan tien jaar niet aangeraakt, maar als ik er nu mee zou moeten schieten, kan dat zonder nadenken. Deze camera is overal geweest; van Nieuw-Zeeland tot de Canadese Rockies en van Taiwan tot Las Vegas. In Val Thorens gebruikte ik hem bij -10°C al skiënd met één hand. Ik gebruikte de F90X zo graag omdat ik daar een groothoeklens voor had.
Respectievelijk Grand Canyon, Las Vegas, Taiwan en Waikarkei. Geschoten met Nikon F90X, Tokina SMZ AF 20-35mm f/3.5-4.5
Verder vind ik de analoge F-501 wel bijzonder, niet te verwarren met de Levi's-broeken. De F-501 was de eerste Nikon met autofocus en ingebouwde motordrive. Dat laatste is een motortje waarmee het filmrolletje automatisch naar de volgende film doorgespoeld wordt. Tot dan toe moest dat met het hendeltje.
En het leuke van deze is ook dat hij een handmatige terugspoelhendel heeft. Want stel, je gebruikt zwart-witfilm en kleurenfilm. Als je een rolletje gedeeltelijk gebruikt hebt en je wilt wisselen van of naar zwart-witfilm, dan wil je de overige film natuurlijk niet weggooien. Met de F-501 kun je het filmrolletje handmatig terugspoelen tot net voordat het lipje dat het rolletje vasthoudt in het filmbusje verdwijnt. Dat moment kun je horen. Dan haal je het filmrolletje eruit, schrijft erop hoeveel foto's je al hebt gemaakt en wisselt het rolletje. De volgende keer dat je het oude rolletje gebruikt, houd je je hand voor de lens en maak je als het ware foto's totdat je het ongebruikte deel van het rolletje bereikt. Je belicht dan de reeds gemaakte foto's niet nog eens. Dat zijn van die leuke details die typisch zijn voor het analoge fotograferen."
Waarom eigenlijk Nikon? Was dat altijd je merk naar keuze?
:strip_exif()/i/2007651928.jpeg?f=imagenormal)
De foto diende als een van de inspiratiebronnen voor Ivan om
met fotografie te beginnen.
"Dat heeft grappig genoeg geen hele concrete reden. Als kind en jonge tiener gebruikte ik de Olympus OM2n en tijdens de middelbare school 'stal' ik de Olympus OM-2N van mijn ouders. Mijn vader was namelijk in die tijd vooral met video bezig. Later hadden mijn ouders ook een compactcamera van Canon die ik kon lenen; die had al autofocus. Nikon is er dus niet met de paplepel ingegoten.
Langzaam maar zeker kwam ik daarna in aanraking met Nikon. Een vriend van me, met wie ik naar Indonesië ben gereisd, had er een met autofocus. Bij dat model realiseerde ik me pas echt wat een degelijke kwaliteit het materiaal van Nikon is. En tijdens mijn studie hadden we microscopen van Nikon. Wellicht zijn daar wat zaadjes geplant."
Over je studie geneeskunde en werk als arts gesproken: is er overlap tussen fotografie en het arts-zijn? Kijk je op eenzelfde manier door de lens als dat je naar een lichaam of geest kijkt, of zelfs letterlijk door ook voor werk foto's te maken?
"Als arts begint je onderzoek al bij hoe iemand in de wachtruimte zit en reageert op je uitnodiging om verder te komen. Je bent continu aan het scannen en noteert relevante zaken in het medische dossier. Dat is vergelijkbaar met wat een fotograaf doet: het vastleggen van wat jij als arts, fotograaf en breder, als mens belangrijk vindt. Voor mijn werk maak ik echter geen foto's. Als arts moet je rekening houden met portretrecht, medisch beroepsgeheim en de AVG.
Voor een vorige baan als forensisch arts, wat ik van 2003 tot 2008 deed, heb ik wel veel digitale foto's genomen. Ik kon dan foto's sneller delen met supervisors voor ondersteuning die noodzakelijk kon zijn om al dan niet te adviseren voor verder forensisch onderzoek.
Het heeft overigens wel even geduurd voordat politie en justitie overstapten van analoog naar digitaal. Een fullframecamera op 35mm-film uit begin jaren 2000 kon afbeeldingen van meer dan 20 megapixel maken. Je scande dan het negatief met een Nikon CoolScan 4000 ED. De digitale camera's van die tijd, bijvoorbeeld de Nikon D1X of D2X, konden respectievelijk 5,3- en 12,4-megapixelbeelden maken. Analoog was toen echt nog beter. En juridisch werden digitale beelden ook nog niet geaccepteerd als bewijsmateriaal. Een fotonegatief is immers moeilijker te manipuleren dan een digitaal beeld."
Hoe hebben recente technologische ontwikkelingen je werk beïnvloed?
"Dat gaat verder dan wat van buiten zichtbaar is. Hogere resoluties van bijvoorbeeld röntgenfoto's of snellere beeldverwerking waardoor je in real time in 3d met echografisch onderzoek een baby in een buik kunt zien; dat zijn technologische ontwikkelingen die hele praktische voordelen opleveren.
Soms is het minder eenduidig. Tegenwoordig gaan patiënten vaak zelf op onderzoek uit en stellen ze vervolgens zelf diagnoses, bijvoorbeeld op basis van influencers, nepnieuws of AI. Dat maakt dat je als arts tegenwoordig meer tijd kwijt bent aan het uitleggen van waarom je een inzicht hebt. Omgekeerd kan dat ook een voordeel zijn: informatie is veel toegankelijker en ik kan patiënten verwijzen naar websites waarop wetenschappelijk geaccepteerde toelichting te vinden is.
Daarbij kunnen ze met smartphones foto's van gezondheidsklachten maken, bijvoorbeeld van een plekje op de huid. Veel huisartsen kunnen dan op afstand al een voorlopige inschatting maken en zo nodig mensen geruststellen. Je hoeft niet dagen of zelfs weken te wachten op een afspraak bij je huisarts. Daarnaast hoeft iemand met een gebroken been niet naar mij toe te komen op het spreekuur en kan deze persoon via een videoverbinding of foto de afwijking laten zien."
Wat zou je je medetweakers nog willen meegeven vanuit je fotografiepassie?
"Leef in het moment. Geniet van die zonsopgang. En onthoud dat het perfecte plaatje niet bestaat; er is altijd ruimte voor verbetering."
Redactie: Yannick Spinner Eindredactie: Monique van den Boomen