Inleiding
In 2006 nam Sony de fotografietak van Konica Minolta over. De eerste boreling na de overname werd de Alpha A100-instap-dslr, die in juli van dat jaar werd geïntroduceerd. Op de PMA 2007-fotografiebeurs toonde Sony vervolgens nog twee Alpha-prototypes, die een professioneler publiek zouden aanspreken. Een daarvan was de Alpha A700, een semi-professionele dslr die in september 2007 werd aangekondigd.
Het tweede prototype was behoorlijk wat groter en viel op door zijn grote zoekerhuis met hoekige 'retro-look'. In maart 2008 werd bekend dat de Alpha 900, zoals dit model zou gaan heten, zou worden uitgerust met een door Sony ontwikkelde 24,6-megapixel cmos-beeldsensor. Vlak voor de Photokina 2008 werd de high-end-dslr uiteindelijk officieel aangekondigd.
24,6 megapixels en beeldstabilisatie
Sony heeft de A900 inderdaad voorzien van een in eigen huis ontwikkelde volbeeld-cmos-beeldsensor met 24,6 megapixels. Er zijn momenteel geen dslr's met meer megapixels: alleen de op 1 december aangekondigde Nikon D3x benadert dit aantal met 24,5 megapixels.

Bijzonder is dat de fullframe-beeldsensor van A900 is voorzien van een beeldstabilisatiemechanisme en Sony is de eerste dslr-fabrikant die dat voor elkaar heeft gekregen. Het voordeel van de sensor-shift-bewegingsreductie is dat alle lenzen voor het toestel hiervan kunnen profiteren. Het nadeel is dat, in tegenstelling tot bij de optische beeldstabilisatie die bijvoorbeeld Canon en Nikon gebruiken, de bewegingsdemping niet in de zoeker is te zien. In plaats daarvan heeft Sony de lcd onderin het zoekerbeeld voorzien van een bewegingsindicator.