Datacenter Dataplace is een proef begonnen met het koelen van servers in een bad gevuld met minerale olie. Dataplace wil zo bekijken of de beloofde energiebesparing van 45 tot 85 procent ten opzichte van traditionele koeling daadwerkelijk behaald kan worden.
De koeltechnologie met behulp van minerale, niet-giftige olie van Green Revolution Cooling is vorig jaar al door Intel getest. Daarbij zouden met oliegekoelde Xeon-servers pue-waarden van 1,02 tot 1,03 behaald zijn, aanzienlijk efficiënter dan traditionele koelmethoden. Het in Alblasserdam gevestigde datacenter Dataplace wil nu zelf gaan testen of deze beloofde rendementen met koelbakken in de praktijk haalbaar blijken en heeft als eerste datacenter van de Benelux twee 'oliebaden' geplaatst.
De koelbakken zijn gevuld met een niet-geleidende minerale olie. De servers worden rechtopstaand en geheel ondergedompeld in de bakken geplaatst, waarna de olie wordt rondgepompt om de warmte af te voeren. Daarbij wordt een constante temperatuur van 37 graden aangehouden.
Om de servers in de koelbaden te plaatsen, dienen er wel enkele aanpassingen aan de hardware uitgevoerd te worden. Zo wordt de koelpasta van de cpu's verwijderd omdat die zou oplossen in de olie. Ook de fans dienen weggelaten te worden. Door deze aanpassingen daalt het energiegebruik circa 10 procent, terwijl ook de gemiddelde levensduur zou toenemen doordat er minder bewegende delen zijn.
:fill(white)/i/1379334724.jpeg?f=thumb)
:fill(white)/i/1379334725.jpeg?f=thumb)
:fill(white)/i/1379334726.jpeg?f=thumb)
Dataplace denkt dat het 2,5 tot 3 maanden de tijd nodig heeft om op basis van zelf vergaarde testresultaten vast te kunnen stellen of de beloofde rendementen haalbaar zijn. Ook kan zo de betrouwbaarheid worden getest. Dataplace biedt bovendien ook derden de mogelijkheid om hun servers in het oliebad te leggen om zo zelf de potentie van oliekoeling vast te kunnen stellen.