De overheid neemt niet de voortrekkersrol bij de bescherming van persoonsgegevens en transparantie die zij zou moeten nemen, zegt Jacob Kohnstamm, voorzitter van het College bescherming persoonsgegevens. "Ik zie een houding van: doe niet zo moeilijk."
Volgens Kohnstamm zou de overheid voorop moeten lopen wat de bescherming van persoonsgegevens betreft. "De overheid is vermoedelijk de grootste verzamelaar van persoonsgegevens en burgers zijn vaak verplicht hun gegevens te verstrekken", zegt Kohnstamm tegen Tweakers. In de praktijk ziet hij die voortrekkersrol niet terug. "Ik zie in zijn algemeenheid een houding van: jongens, doe niet zo moeilijk, laten we het simpel houden en lekker makkelijk maken." Ook de Raad van State en de Nationale Ombudsman zien het gevaar dat de overheid niet de aandacht voor de achterliggende waarde heeft die zij zou moeten hebben.
Het gevaar van wantrouwen van burgers jegens de overheid ligt op de loer, zegt de voorzitter. "Stel je voor dat er foute beslissingen genomen worden omdat er achter de schermen foute koppelingen van gegevens hebben plaatsgevonden. Het is enorm lastig voor burgers om dat terug te draaien en dat schaadt het vertrouwen."
Kohnstamm constateert dat de overheid steeds meer persoonsgegevens uit verschillende databases aan elkaar koppelt om deze gegevens vervolgens te gebruiken voor andere doeleinden dan waarvoor zij oorspronkelijk verzameld werden. Vorig jaar handelde de overheid hierdoor in strijd met het wettelijke beginsel van doelbinding bij de aanpak van 'scheefwonen'. De Belastingdienst had hierbij ten onrechte inkomensgegevens verstrekt van huurders aan woningbouwcoöperaties. Een nieuw wetsvoorstel, waar het CBP tegen was, heeft het daarna overigens mogelijk gemaakt dat de Belastingdienst dit legaal doet.
Binnen de EU wordt momenteel een nieuw wetsontwerp voorbereid voor de bescherming van persoonsgegevens, maar Kohnstamm vindt dat er enkele 'zorgwekkende' wijzigingsvoorstellen op tafel liggen. Zo is Nederland een van de landen die aandringen op grotere flexibiliteit voor de overheid wat de bescherming en verwerking van persoonsgegevens betreft. "Het gaat daarbij niet om justitie en opsporingsdiensten, maar om toegang tot en verwerking van burgergegevens voor onder andere belasting, sociale zekerheid, onderwijs en jeugdbeleid". Staatssecretaris Teeven wil onder bepaalde omstandigheden meer vrijheid voor de overheid wat de bescherming van persoonsgegevens betreft, 'omdat de overheid ook het recht op bescherming van het leven en het recht op veiligheid moet garanderen'. Kohnstamm is kritisch over het standpunt van Nederland bij dit onderwerp.
Ook andere partijen tornen aan het Europese voorstel zoals het er nu ligt, volgens de voorzitter. "Vanuit de Verenigde Staten is er een enorme lobby om essentiële normen te verwateren", verklaart Kohnstamm. "Het voorstel past niet in het businessmodel van vooral Silicon Valley, zijn de geluiden uit de VS." De lobby zou vooral willen dat toestemming als grond voor gegevensverwerking stilzwijgend gegeven moet kunnen worden, waar nu 'explicit consent' in het voorstel staat. "Ook wordt een versmalling van de definitie van personal data bepleit", aldus de voorzitter van het CBP. Kohnstamm deed zijn uitspraken naar aanleiding van de publicatie van het jaarverslag van het College bescherming persoonsgegevens.