Het Wireless Power Consortium heeft zijn standaard voor draadloze energievoorziening voltooid. De technologie kan mobiele apparaten met een verbruik tot 5 watt van energie voorzien.
De Qi-standaard werkt op basis van inductie. Met behulp van een spoel in het ontvangende apparaat en een spoel in het oplaadstation kan elektrische energie worden overgedragen. Het consortium heeft bekend gemaakt dat de standaard nu gereed is, bijna een jaar nadat het collectief stelde dat bijna klaar zou zijn.
Op de CES 2010-beurs werden al werkende prototypes van laders en mobieltjes met Qi-ondersteuning gepresenteerd. Concurrentie komt onder andere uit de hoek van Powermat, dat op diezelfde beurs al een werkend oplaadstation dat klaar was voor productie had laten zien. Ondanks dat achter Powermat geen consortium van multinationals schuil gaat, heeft het wel als eerste een draadloos oplaadstation in de schappen liggen. Qi heeft echter de beste papieren om grootschalig gebruikt te gaan worden.
Het Wireless Power Consortium is een samenwerkingsverband van 52 bedrijven, waaronder Nokia, Philips, RIM en Texas Instruments. In 2008 begon het consortium met de ontwikkeling van de Qi-standaard. Het doel was om universele draadloze oplaadapparatuur te ontwikkelen. Qi wordt uitgesproken als 'tsji', het Chinese woord voor levensenergie.