IBM krijgt van Amerikaanse federale instanties voorlopig geen nieuwe orders toegewezen. De uitsluiting is het gevolg van een onderzoek naar voorkennis bij een openbare aanbesteding.
De uitsluiting van het computerconcern blijft gelden zolang het onderzoek naar een openbare aanbesteding van het Environmental Protection Agency (EPA) nog loopt, meldt Reuters. IBM wist deze aanbesteding in de wacht te slepen in 2006, toen de EPA van nieuwe systemen voorzien moest worden. Het computerconcern zou zich echter niet aan de spelregels hebben gehouden: er zou gebruik zijn gemaakt van vertrouwelijke informatie over het contract, die IBM via EPA-medewerkers in handen kreeg. De aanbesteding vertegenwoordigde een waarde van 80 miljoen dollar. Het openbaar ministerie heeft IBM en enkele van zijn medewerkers opgedragen om tekst en uitleg over de zaak te geven.
De uitsluiting kan, afhankelijk van de voortgang van het onderzoek, een jaar gaan duren. IBM stelt dat de stop op overheidstenders geen invloed heeft op reeds lopende opdrachten. Het bedrijf haalde in 2007 voor 1,3 miljard dollar aan opdrachten voor de Amerikaanse overheid binnen, wat neerkomt op ongeveer een procent van de jaaromzet. IBM zegt toe aan het onderzoek te zullen meewerken, maar het wil tegelijkertijd stappen ondernemen om de duur van de boycot zo veel mogelijk te beperken.