De stad New York heeft Tad Hirsch, ontwikkelaar van het mobiele berichtensysteem Txtmob, bevolen om tal van gegevens over het gebruik van het systeem af te geven. Hirsch is dat niet van plan en vecht het bevel aan.
Tijdens de Republikeinse Nationale Conventie, die in augustus 2004 in New York werd gehouden, werd druk gedemonstreerd en deden zich tal van ongeregeldheden voor. Er werden ongeveer 1800 mensen gearresteerd, maar 90 procent daarvan werd vrijgesproken. Velen hebben dan ook geklaagd dat zij onterecht waren aangehouden. Inmiddels lopen er 62 rechtszaken tegen de metropool.
De demonstranten communiceerden met elkaar via het destijds nieuwe berichtensysteem Txtmob. Dit systeem maakte het via een server mogelijk om mobiele telefoons als een soort bulletin board te gebruiken. Tad Hirsch schreef het in ongeveer twee weken en bij de Democratische Nationale Conventie in Boston draaide het al op proef.
In de rechtszaken over de arrestaties hebben de advocaten van de stad vorige maand tal van gegevens over het gebruik van het systeem opgevraagd bij Hirsch. Hierbij gaat het om de inhoud van de berichten, de tijd waarop ze werden verstuurd en de verzender en ontvanger. Volgens Hirsch heeft hij niet alles bewaard en voor het overige vindt hij dat hij het recht heeft dit geheim te houden.
In de brief die de advocaat van Hirsch heeft geschreven, wordt het bevel vaag en veel te breed genoemd. Het merendeel van de berichten is verstuurd door mensen die niet in de rechtszaken betrokken zijn, en volgens de advocaat van Hirsch is het in strijd met de grondwet om deze op te eisen. De advocaten van de stad wilden nog geen commentaar geven, maar het lijkt erop dat de rechter zich over de zaak zal moeten buigen.