Tom's Hardware Guide heeft een interview gepubliceerd met Mitch Kapor, de huidige voorzitter van de raad van bestuur van de Mozilla Foundation (MoFo). Voordat hij op die plek terechtkwam, heeft hij begin jaren negentig van de vorige eeuw de Electronic Frontier Foundation opgezet en in de jaren tachtig meegewerkt aan de ontwikkeling van Lotus 1-2-3, Agenda en Notes. Naast zijn werk bij de MoFo is Kapor werkzaam voor de Open Software Applications Foundation en werkt daar onder meer aan Chandler, een nieuw stuk software voor personal information management. De eerste interviewvraag vraagt naar Kapors mening over wanneer software open dan wel closed source ontwikkeld zou moeten worden. In zijn antwoord maakt Kapor onderscheid tussen gebruik en ontwikkeling van software.
Voor wat betreft het gebruik van software geldt het adagium 'gebruik software die het beste past bij de te ondernemen taak', waarbij het dus niet zou moeten mogen uitmaken of software open of closed source is, zo meent Kapor. Als er een nieuw softwareproject opgezet gaat worden en de keus moet gemaakt worden tussen het vrijgeven of gesloten houden van broncode, dan vindt hij dat gekeken moet worden naar manieren om omzet te genereren. Een consult- en servicemodel, zoals veel gebruikt wordt in de open-sourcewereld, is namelijk niet voor alle softwareprojecten weggelegd, meent Kapor.
Verder is de interviewer benieuwd naar Kapors mening over Microsofts positie binnen de internetsoftwaremarkt. Het MoFo-bestuurslid geeft toe dat het Redmondse bedrijf in staat is om krachtige technologie te ontwikkelen, zoals onder meer te merken was in de ontwikkeling van Internet Explorer en Netscape Navigator in de vorige eeuw. Tegelijk meent hij ook dat Microsoft zich te weinig richt op open standaarden en teveel op eigen technologieën. In het antwoord op de laatste vraag geeft Kapor aan dat de browser steeds meer de basis wordt voor andere applicaties. Gmail heeft laten zien dat goede 'programma's' geschreven kunnen worden voor de browser. Kapor verwacht dan ook dat in de toekomst native software en browserapplicaties steeds moeilijker uit elkaar zullen zijn te houden.