Bij X-Bit Labs staat een artikel over de geschiedenis en de werking van schaakcomputers. Schaakcomputers lijken wellicht voor de gemiddelde tweaker wat stoffig, maar zijn erg belangrijk geweest voor de ontwikkeling van de kunstmatige intelligentie en dat zijn ze eigenlijk nog steeds. Wat schaken zo interessant maakt om door een computer te laten doen, is dat computerschakers door pure keiharde rekenkracht redelijk mee kunnen komen met mensen. Computers kunnen dan veel hobbyschakers ook wel 'hebben'. Aan de andere kant is, om een echt goede schaker te worden, meer nodig dan alleen rekenkracht. Inzicht, het vermogen vooruit te zien en situaties op waarde te schatten zijn onontbeerlijk.
Het lijkt namelijk zo, dat een moderne computer in staat is om elke mogelijk zet tot een eventueel schaakmat 20 zetten verderop door te rekenen. In de praktijk kan een computer van 1GHz echter niet veel meer dan 6 'halve' zetten vooruitdenken (zo'n 3 van zwart én wit dus). Zelfs mensen van ruim onder grootmeestersniveau zijn in staat zover vooruit te denken. Computers kunnen het omdat ze hard kunnen rekenen, wij kunnen het omdat we eerder inzien of een bepaalde zettenreeks ergens op uitdraait of niet. En omdat het aantal mogelijke zetten in een reeks exponentieel stijgt, is er voor 8 halve zetten vooruitdenken al een bakbeest van 1000GHz nodig. Niet echt kinderspel dus.
Zes zetten vooruit denken is zoals gezegd dus niet voldoende om werkelijk goed te leren schaken. Omdat computers echter (nog) de mogelijkheid ontberen het verband te zien tussen verschillende posities en bijvoorbeeld maar zeer beperkt in staat zijn opofferingen te doen, spelen ze - althans volgens de auteur van het artikel - vals. Computers hebben hele databases openingsvarianten en eindspelen in het geheugen waaruit ze kunnen putten. Menselijke tegenspelers moeten het zonder doen. Ook de hoeveelheid geheugen en de enorme aantallen processors in apparaten als 'Deep Blue' wordt niet als erg eerlijk ervaren door de schrijver van het stukje bij X-Bit Labs.
Hieruit - en uit de eindeloze stroom geruchten over mogelijke menselijke hulp voor schaakcomputers die tegen Kramnik en Kasparov speelden - destilleert Dymchenko (de auteur) de conclusie dat kunstmatige intelligentie van computers nog lang niet het niveau van de intelligentie van mensen heeft bereikt en daar zelfs niet bij in de buurt komt. Voor meer informatie over de manier waarop schaakcomputers werken, de geruchten over het valsspelen van IBM en de reacties van Kramnik en Kasparov, lees je het artikel.