Nederlandse banken en telecombedrijven pleiten voor een wijziging van de Telecommunicatiewet om bankhelpdeskfraude tegen te gaan. Banken willen bij de providers nagaan of iemand telefonisch in gesprek is tijdens het online overboeken van geld.
De Nederlandse Vereniging van Banken en NLconnect, de vereniging van Nederlandse telecomproviders, schrijven dat een wijziging in de Telecommunicatiewet nodig is om klanten te beschermen tegen babbeltrucs. De schade die bankhelpdeskfraude veroorzaakte in 2023 bedroeg 28 miljoen euro.
"Uit onderzoek van banken blijkt dat slachtoffers in meer dan 75 procent van de gevallen tijdens de frauduleuze overboeking telefonisch in gesprek zijn met de oplichter. Als de bank dus tijdens de overboeking kan controleren of de klant in gesprek is en meer aanwijzingen voor fraude heeft, dan kan de bank de betaling blokkeren, totdat er contact is geweest met de klant. Op die manier kan veel fraude worden voorkomen", verklaren de verenigingen.
De NVB en NLconnect wijzen naar een soortgelijk initiatief in het Verenigd Koninkrijk, waarbij de eerste resultaten toonden dat het aantal geslaagde fraudepogingen met 40 procent afnam. De verenigingen denken dat de aanpak ook in Nederland kan werken, maar dat er wel een wetswijziging voor nodig is. Hoe die wetswijziging er precies uit moet zien, is nog niet duidelijk.
De afgelopen jaren willen Nederlandse banken steeds vaker klantgegevens inzien om onder andere fraude en witwassen tegen te gaan. Vorige maand kondigde minister Eelco Heinen van Financiën nog aan dat hij meer ruimte wil voor het delen van gegevens tussen banken. Dat is opmerkelijk, omdat halverwege 2024 nog bekend werd dat een samenwerkingsverband van Nederlandse banken het controleren van transacties juist ging afbouwen. Dit gebeurde naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State, die oordeelde dat de zogenoemde Transactie Monitoring Nederland niet voldoet aan de Europese witwasregelgeving en het een inbreuk op de privacy van klanten noemde.