Gegevens uit de Basisregistratie Personen komen centraal te staan in de toekomstige 'digitale-identiteitswallet' waar de Nederlandse overheid aan werkt. Burgers kunnen ervoor kiezen gegevens uit de BRP in die wallet te plaatsen. Ook krijgen burgers meer zeggenschap over data.
Staatssecretaris Alexandra van Huffelen van Digitalisering schrijft in een brief aan de Tweede Kamer dat de ontwikkeling van de 'breed bruikbare digitale-identiteitswallet' een sterke relatie heeft met bestaande registraties, specifiek de Basisregistratie Personen of BRP waarin persoonsgegevens over Nederlandse burgers zijn opgeslagen. "Het ligt voor de hand dat de BRP de bron zal zijn voor gegevens in de wallet", schrijft Van Huffelen. Ze benadrukt daarbij dat het gaat om een opt-in-methode; burgers kunnen zelf het verzoek doen BRP-data in de wallet te laten zetten.
Er zijn momenteel zowel op Nederlands als Europees niveau plannen voor digitale-identiteitsbewijzen. Staatssecretaris Van Huffelen probeert die te combineren door een digitale wallet te laten ontwikkelen, al zit dat proces nog in een vroeg ontwikkelstadium. Tweakers schreef vorig jaar een achtergrondartikel over de Nederlandse visie op een digitaal identiteitsbewijs. Van Huffelen noemde de ontwikkeling als een van haar beleidsdoelen en verantwoordelijkheden.
Van Huffelen schrijft ook dat Nederlanders meer regie moeten krijgen over de gegevens die Nederlandse overheidsdiensten over hen opslaan in de BRP. Burgers moeten die gegevens 'makkelijker kunnen inzien, corrigeren en gebruiken.' Vanaf 2023 wordt het bijvoorbeeld mogelijk voor een ingeschrevene op een adres om in te zien wie er allemaal nog meer op dat adres genoteerd staan als bewoner. Dat was een verzoek van VVD-Kamerlid Queeny Rajkowski.
Ook zorgt Van Huffelen dat het binnenkort mogelijk wordt digitaal op te vragen welke overheids- of opsporingsinstantie er op welk moment gegevens uit de BRP hebben opgevraagd. Dat beperkt zich wel tot gegevens over degene die de aanvraag doet.
Een andere, opvallende wijziging is dat BRP-aanvragen door overheden voortaan anders worden opgesteld. Als een instantie nu via de BRP wil opvragen of een burger ouder of jonger dan 18 jaar is, wordt de hele geboortedatum opgevraagd. Dat gaat veranderen; in de toekomst wordt dan alleen een ja- of nee-antwoord op die vraag gegeven. Daarmee krijgt een overheids- of opsporingsdienst een antwoord op de vraag zonder onnodig persoonlijke gegevens te krijgen. Daarmee voldoen BRP-aanvragen aan de dataminimalisatie-eis die de privacywet voorschrijft, zegt Van Huffelen.
Die verandering valt op, omdat veel voorstellen voor digitale-identiteitsapps daarom draaien. Een dienst zoals IRMA stelt precies die vorm van authenticatie voor.