Spelcomputer liefhebbers komen aan hun trekken op Tom’s Hardware Guide. Deze heeft de moeite genomen de ontwikkelingen van deze populaire machines van de afgelopen jaren op een rij te zetten. Het begon allemaal in 1972 met een wat onbekende en primitieve console van Magnavox. In 1977 gevolgt door de 2600 van Atari welke behoorlijk succesvol bleek. Begin jaren tachtig konden we enkele 8-bit systemen van Nintendo en Sega in de schappen vinden gevolgd door 24- en 32-Bit systemen in respectievelijk ‘93 en ’95. Op de voet gevolgd door 32-Bit Playstation en 64-Bit N64. De huidige generatie spelcomputers werkt met 128-Bits busbreedte en bieden de mogelijkheid on-line te spelen alsmede toegang tot het wereldwijde web. In 2000 was het Sony en nu zijn het Nintendo en Microsoft die hun nieuwste staaltje techniek aan de man proberen te brengen:
We expect video gaming to continue its breakneck growth pace, due to rapidly improving content and the ability of developers to take advantage of the new technology. GPUs are the single most complex semiconductor devices out there (in terms of transistor count), and the pace of development shows no signs of abating. A combination of decreasing die size, increasing bus bandwidths through innovative new bus architectures, lower costs of memory, and ever creative programmers eager to wrest that last little bit of performance, will make it an exciting future. It ain't over yet.
![]() ![]() |
Met dank aan zeeg voor de tip.