Sommige Vlaamse scholen vragen ouders voor een bijdrage van enkele tientallen tot honderden euro's, ook al had de minister van Onderwijs gezegd dat het om gratis laptops zou gaan. Scholen kiezen voor een duurdere laptop, berekenen huur door of vragen geld voor infrastructuur.
Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts kondigde in december vorig jaar aan dat elke Vlaamse leerling vanaf het vijfde leerjaar zou beschikken over een ict-apparaat, zoals een laptop. Het plan kreeg de naam Digisprong mee en Weyts trok daar een bedrag van 375 miljoen euro voor uit.
De Vlaamse krant Het Nieuwsblad ontdekte tijdens een rondvraag dat sommige Vlaamse scholen de factuur voor deze gratis laptops doorberekenen aan de ouders. In bepaalde scholen wordt er een bedrag van enkele tientallen euro’s doorberekend voor het onderhoud en de verzekering van de laptop of tablet die de school aanbiedt. De computer blijft dan meestal eigendom van de school.
In andere gevallen meldt Het Nieuwsblad dat scholen enkele honderden euro’s vragen voor de computers. Hier worden de laptops gekocht of gehuurd van de school, met de bedoeling dat het toestel uiteindelijk ook de eigendom wordt van de ouders. De krant schrijft dat alle middelbare scholen een bedrag van 510 euro per leerling krijgen om laptops te kopen.
Soms moeten ouders ook extra betalen omdat scholen kiezen voor een duurder model dat extra functionaliteiten biedt of langer meegaat. De kosten die de nieuwe internetinfrastructuur op scholen met zich meebrengen, worden in sommige gevallen ook in rekening gebracht. Zo wordt er door bepaalde scholen extra geïnvesteerd in een robuuster wifinetwerk of in kluisjes voor de laptops.
Er zijn volgens het Nieuwsblad ook een aantal scholen die geen extra kosten vragen van ouders en scholen waar men ook onlangs gekochte laptops mag gebruiken. Sommige scholen hebben daarnaast maatregelen getroffen om het bedrag voor ouders die het niet breed hebben, betaalbaar te houden.
Daarnaast is het nog maar de vraag of scholen daadwerkelijk 510 euro per leerling krijgen. De onderwijskoepel van het katholieke onderwijs stelt dat het bedrag werd berekend op vroegere leerlingenaantallen. Nu zouden er 460.000 apparaten nodig zijn, in plaats van de 441.000 waarop de regeling was gebaseerd. Daarom zouden scholen nu 489 euro per leerling krijgen, in plaats van 510 euro.