Nederland heeft in het afgelopen jaar 72 'cyberreservisten' aangenomen. Dat zijn hackers die als reservist door Defensie kunnen worden opgeroepen. Daarnaast loopt er een procedure om nog eens 48 van zulke militairen in te zetten.
Dat schrijft staatssecretaris Visser van Defensie in een brief aan de Tweede Kamer. Zij beschrijft in die brief een evaluatie van een pilot rondom de reservisten. Die startte een jaar geleden. Volgens Visser heeft Defensie 'steeds meer behoefte aan cyberprofessionals', die militairen in noodsituaties kunnen bijstaan. Uit de brief van Visser wordt niet duidelijk wat de reservisten op dit moment doen, maar eerder al sprak Defensie over het onderscheppen van communicatie of het onschadelijk maken van raketinstallaties op afstand.
In het afgelopen jaar zijn er 72 reservisten aangesteld, schrijft Visser. Die komen boven op de 30 reservisten die Defensie bij aanvang van de pilot al had aangesteld. Van de 72 reservisten hebben er negen een bijzonder aanstellingsvorm waarbij zij wel kunnen worden ingezet, maar niet uitgezonden. Er zijn daarnaast ook 48 aspirant-cyberreservisten aangesteld, die nog wachten op een officiële aanstelling. Ook daarvan zijn er negen niet uitzend.
Het plan om it-experts in te schakelen bij Defensie speelt al sinds 2013. Vorig jaar startte echter pas de eerste pilot daarvoor. Defensie organiseert volgens de staatssecretaris inmiddels meerdere keren per jaar 'Matching Days', waarin wordt gezocht naar potentiële kandidaten. De reservisten worden grotendeels gerecruteerd 'via het eigen netwerk van cyberprofessionals'. Ook houdt Defensie contact met bedrijven om mogelijke kandidaten te leveren. De pilot loopt nog tot eind 2020.