De Nederlandse politie zet vanaf dinsdag speciale camera's in die door de voorruit van voorbijrijdende auto's kijken. Door de toepassing van kunstmatige intelligentie kunnen de apparaten herkennen of de bestuurder een mobiel elektronisch apparaat vasthoudt.
Het systeem is door middel van machinelearning getraind, waarbij beelden van bellende automobilisten zijn voorgeschoteld en beelden van bestuurders die niet aan het bellen zijn. Zodoende kunnen de camera's herkennen als er een auto langsrijdt waarin een bestuurder zit die bijvoorbeeld zit te appen of bellen. De camera maakt dan een foto van de chauffeur en het kenteken van de auto.
Vervolgens beoordeelt een agent of de camera een juiste inschatting heeft gemaakt. Is dat het geval, dan zal er automatisch een boete volgen, bijvoorbeeld 240 euro voor het vasthouden van een telefoon. Als de persoon waarbij de boete op de deurmat valt niet de gefotografeerde bestuurder was, moet hij laten weten wie er dan wel achter het stuur zat.
Tegen de NOS meldt Egbert Jan van Hasselt, het hoofd van de Verkeerspolitie, dat genomen foto's direct verwijderd worden op het moment dat er geen sprake van een overtreding is. Volgens hem worden alleen de foto's bewaard van degenen waarvan vaststaat dat er een overtreding is begaan. Ook mogen de gemaakte foto's niet worden gebruikt voor de opsporing van verdachten en criminelen. De Autoriteit Persoonsgegevens heeft deze methode goedgekeurd.
De camera's worden in eerste instantie gebruikt door politiemedewerkers van de Landelijke Eenheid en de Eenheid Midden-Nederland en worden vanaf 1 oktober ingezet. Voorlopig heeft de politie er nog maar twee in gebruik, waarbij er een op de snelwegen en een in de regio Utrecht kan worden ingezet. Door de toepassing van infrarood werken de camera's ook 's nachts.
De politie zegt dat het hiermee afleiding in het verkeer wil tegengaan en de verkeersveiligheid wil vergroten. In 2018 werden ruim 80.000 boetes opgelegd voor bellen met de telefoon in de hand; in 2017 lag dit aantal op 74.561.