Voormalig fotocamerafabrikant Polaroid heeft op de CES twee Android-telefoons aangekondigd, de Snap en de Power. De Snap wordt geleverd met drie verschillende schermformaten, namelijk 5", 5,5" en 6". De Power heeft een 6"-scherm.
De laatstgenoemde heeft een scherm met een resolutie van 1920x1080 beeldpunten, een 64bits processor met acht kernen, 3GB ram, een batterij van 3000mAh en een extern accupack van 8000mAh. Het interne opslaggeheugen van 32GB is uitbreidbaar met een microsd-kaart. De camera aan de achterzijde bestaat uit een verder niet gespecificeerde 13-megapixelsensor met twee led-flitsers. De camera aan de voorzijde heeft 8-megapixelcamera en flash. Het geheel draait op Android 5.1.1, maar er zou een upgrade naar 6.0 gepland zijn.
De Snap-smartphones hebben onafhankelijk van formaat een scherm met een resolutie van 1280 bij 720 beeldpunten en worden aangestuurd door een quadcoreprocessor. De Snap's hebben 1GB of 2GB ram en 8GB of 16GB intern opslaggeheugen, uitbreidbaar met een microsd-kaart. De camera aan de achterzijde heeft net als de Power een 13-megapixelsensor en 5 aan de voorzijde. Ook de camera aan de voorkant heeft een flitser. De Snap draait op Android Lollipop en wordt als het goed is opgewaardeerd naar Android 6.0.
De prijzen van de Snaps lopen op van 130 tot 180 dollar en moeten in de VS beschikbaar zijn vanaf februari, de Power moet 250 dollar opbrengen en komt 'ergens in de lente' op de markt. Polaroid heeft ook een camera met de naam Snap+ uitgebracht op de CES met een instant-print-mogelijkheid. Dit is de opvolger van de Snap-camera die het bedrijf nu al verkoopt. Deze moet niet verward worden met de uit te brengen smartphones.
Polaroid experimenteerde ruim twee jaar geleden al met Android, maar toen ging het om een camera met verwisselbare lenzen. Het bedrijf moest deze camera van de markt halen omdat het inbreuk maakte op octrooien van Nikon.