Het is vrijdag dertig jaar geleden dat Apple de Macintosh introduceerde. Het systeem van Apple was de eerste consumentencomputer die voor een relatief laag bedrag te krijgen was en die over een grafische interface beschikte. Ook de populariteit van de muis begon bij de Macintosh.
De introductie van de eerste Macintosh, die later het achtervoegsel 128K kreeg, vond plaats op 24 januari 1984 in een keynote van Steve Jobs en dezelfde dag begon de verkoop. De introductie werd twee dagen eerder ingeleid door een opvallende reclamevideo die was geregisseerd door Ridley Scott en die was geïnspireerd door het boek 1984, waarbij indirect naar pc-grootmacht IBM als Big Brother werd verwezen.
De prijs van de Macintosh 128K bedroeg toentertijd 2495 dollar en doel van Apple was om een computer uit te brengen die voor de gewone man binnen handbereik was. Voor dat geld kreeg de consumenten een systeem met een monochroom 9"-scherm met resolutie van 512x342 pixels en een ppi-waarde van 72, wat lang een desktoppublishingstandaard bleef en nog steeds door sommigen als een soort standaard voor afbeeldingen voor het web gezien wordt.
De computer bevatte een Motorola MC68000-processor, die op 8MHz liep en die voor die tijd bijzonder snel was en nog jaren dienst zou doen. Ook was er een 3,5"-floppydrive en een geheugencapaciteit was 128KB. Deze hoeveelheid bleek voor veel programma's een bottleneck, waardoor Apple zich al in september van 1984 genoodzaakt zag een duurdere variant met 512KB uit te brengen. In oktober 1984 stopte Apple de verkoop van de Macintosh 128K.
De Macintosh bracht een aantal vernieuwingen naar de markt voor consumentencomputers. Zo was de Macintosh met Mac OS de eerste consumentencomputer met een grafische interface, waarmee Apple voortborduurde op zijn eigen Lisa OS, dat op zijn beurt geïnspireerd was op een interface die Xerox Parc ontwikkeld had. Ook de muis heeft zijn oorsprong bij Xerox Parc en Apple was er vroeg bij; dit onderdeel is sindsdien tot standaard-accessoire van de computer geworden, .
Er volgden in de jaren tachtig en negentig verschillende Macintosh-varianten en ook verscheen in 1990 de Macintosh Portable, een vroege laptop die daarna opgevolgd werd door draagbare PowerBooks. Halverwege jaren negentig maakte Apple ook de overstap van Motorola-processors naar chips op basis van de PowerPC-architectuur. Het mocht niet baten in de strijd met de pc, die dankzij de lage prijzen steeds populairder werden, terwijl de Macintosh uit de gratie raakte en Apples voortbestaan in gevaar kwam.
Met de opvallend gekleurde iMac-all-in-one, eind jaren negentig, vond Apple de weg naar succes terug. De G4-opvolger kenmerkte zich door zijn bolvormige basis en met de G5-variant introduceerde Apple het all-in-one-ontwerp zoals het die nu nog steeds toepast, met de behuizing achter het scherm. De PowerBook-laptop evolueerde van de iBook tot de MacBook en ook de workstations dragen met achtereenvolgens 'Power Mac' en de 'Mac Pro' nog steeds de Mac-aanduiding. Daarnaast breidde Apple zijn productportfolio in 2005 uit met de kleine desktopcomputer Mac mini, die overigens sinds eind 2012 geen update meer heeft gehad.
Alle Macs bevatten sinds 2006 Intel-processors in plaats van PowerPC-cpu's en in de periode sinds dat jaar is de fabrikant steeds meer aluminium en minimalistischer ontwerpen toe gaan passen. De naam Macintosh wordt sinds 1998 niet meer gebruikt en ook is de aanduiding Mac uit het besturingssysteem geschrapt, maar gezien het grote aantal verschillende systemen dat nog onder de Mac-vlag verschijnt, zal Apple de naamgeving nog wel een tijd in ere houden.