Na maanden van previews en aankondigingen is het nu zover. Met het verschijnen van de Xbox Series X, Xbox Series S en PlayStation 5 is de nieuwe consolegeneratie een feit. Eerder publiceerde Tweakers al uitgebreide reviews van alle nieuwe machines. Zoals je daarin kon lezen, bevatten de nieuwe consoles de nodige hardwarematige innovaties. Een daarvan is de HDMI 2.1-aansluiting, die interessante mogelijkheden biedt: 4k-hdr-gaming op 120fps en adaptive sync. Dat opent de weg naar een vloeiender beeld, zoals je gewend bent van je game-pc.
Natuurlijk zijn de nieuwe consoles ook gewoon simpelweg sneller dan de oude modellen en voorzien van meer cpu- en gpu-rekenkracht, wat meer grafische pracht en praal belooft. Om daarvan optimaal te kunnen genieten, kun je maar beter een goed scherm in huis hebben. Philips speelt daarop in met de pas geïntroduceerde Momentum 558M1RY, een ‘consolegaming-monitor’ met geïntegreerde soundbar van Bowers & Wilkins en 'Ambiglow'-ledverlichting achter het paneel. In dit artikel zetten we hem tegenover LG’s OLED55CX6LA-televisie, wellicht het meest voor de hand liggende alternatief als je zoekt naar een gamingscherm met dit formaat en voor deze prijs.
Beide apparaten hebben een scherm van 55", een 4k-resolutie, de belofte van behoorlijke hdr-ondersteuning en een 120Hz-paneel met ondersteuning voor adaptive sync. Tegelijk zijn het ook heel verschillende toestellen. De Momentum 558M1RY is een monitor in televisievermomming, terwijl de OLED55CX6LA wél een televisietuner en smart-tv-functionaliteit aan boord heeft. Ook de beeldtechniek is anders. Philips zet in op een VA-type lcd-paneel met geavanceerde full array local dimming backlight, zoals je terugvindt in de betere televisies. Het apparaat van LG is opgebouwd rondom een woled-paneel van zusterbedrijf LG Display, zoals je eerder kon lezen in onze review van het kleinere 48"-model. De Momentum 558M1RY is met een vanafprijs van 1297 euro op het moment van schrijven nipt goedkoper dan de OLED55CX6LA, die nu minstens 1339 euro moet opbrengen.
Bouw en functionaliteit
De vormgeving van de OLED55CX6LA is gelijk aan die van het kleinere zustermodel OLED48CX, waarvan we een uitgebreide review hebben gepubliceerd. Aan de bovenkant is het scherm slechts een paar millimeter dik, waarbij onderaan in het midden een dikkere kast zit met de elektronica en aansluitingen. Het scherm heeft smalle randen en staat op een brede voet, waarvan het grootste gedeelte zich buiten het zicht aan de achterkant bevindt.
Onder voor het scherm zit een wigvormig, gewelfd gedeelte van donkergrijs metaal. De afstandsbediening is LG’s bekende Magic Remote, die goed in de hand ligt, beschikt over prettig klikkende knoppen en in de vorm van bewegingsherkenning een nuttige extra functie heeft die zeker voor de bediening van smart-tv van pas komt.
Forser en met meer lampjes
De Momentum 558M1RY is aan alle kanten een stukje forser dan de concurrent van LG en zeker als we kijken naar de diepte van de kast. Het paneel wordt omgeven door een relatief brede rand van geborsteld metaal. Aan de achterzijde zit in het midden, net als bij de OLED55CX6LA, een uitstekend deel met daarin elektronica, aansluitingen en de bevestiging van de voet. Daaromheen zijn links, rechts en bovenaan drie ledstrips in de kast verwerkt. Dit Ambiglow-systeem is in de praktijk dezelfde feature als Ambilight, zo’n beetje het unique selling point van Philips-televisies. De ledjes achter het scherm kleuren automatisch mee met de beeldinhoud, zodat het beeld als het ware wordt voortgezet op je muur. Je kunt natuurlijk ook voor een vaste kleur kiezen of de lampjes uitzetten.
De stevige, centraal geplaatste voet heeft een rechthoekig ontwerp. Het paneel staat een stuk hoger op zijn poot dan dat van de OLED55CX6LA, omdat Philips onder het scherm ruimte nodig had voor de geïntegreerde soundbar, bekleed met de akoestisch transparante Kvadrat-stof. Rechts achter het scherm zit een vierweg-joystick, zodat je de osd van de Momentum 558M1RY ook vanaf het apparaat zelf kunt bedienen. De OLED55CX6LA heeft enkel een aan-uitknop. De matzwarte afstandsbediening is klein, licht en simpel vormgegeven. Hij voelt in vergelijking met de Magic Remote minder luxueus aan, maar alle noodzakelijke knoppen zitten erop.
Verschillende afwerking
Wat opvalt als je de Momentum 558M1RY en OLED55CX6LA naast elkaar zet, is dat de afwerking van het scherm er heel verschillend uitziet. Het oledscherm is zoals gebruikelijk voorzien van een glasplaat. Zeker als ze licht geven, zie je reflecterende objecten dus duidelijk terug, maar de antireflectiecoating maakt ze wel iets donkerder.
Bij de Philips Momentum 558M1RY (rechts, naast een andere oledtelevisie van Philips) zul je niet snel last hebben van hinderlijke reflecties in het beeld
De Momentum 558M1RY heeft geen glasplaat, maar een matte afwerking die lijkt op die van een zakelijke monitor. Dat maakt dat reflecties geen vat hebben op het beeld, zelfs niet als je het scherm naast een raam met invallend zonlicht plaatst. Uiteraard leidt invallend licht er wel toe dat het scherm grijzer oogt, waardoor het contrast in het beeld afneemt. Evengoed blijft het beeld onder vrijwel alle omstandigheden duidelijk zichtbaar.
‘Huiskamerscherm’ of televisie?
Waar de LG OLED55CX is bedoeld als televisie, kun je de Philips Momentum 558M1RY ook prima inzetten als grootste scherm in je huiskamer. Je moet er dan wel op bedacht zijn dat het apparaat niet alleen geen tuner, maar ook geen smart-tv-functionaliteit aan boord heeft. Je zult dus altijd een extra Chromecast, mediaspeler, console of pc nodig hebben om beeld op het scherm te zetten, zelfs voor zoiets simpels als het bekijken van een YouTube-filmpje. De osd ziet eruit als die van een gemiddelde, 'normale' monitor en bevat ook ongeveer dezelfde opties. Bij de Momentum 558M1RY tref je daarbij een extra menugedeelte voor de Ambiglow-verlichting, een rudimentaire equalizer met diverse voorkeuze-instellingen voor de soundbar en een optie waarmee je verschillende schermgroottes kunt simuleren. Het geheel laat zich uiteraard bedienen met de meegeleverde afstandsbediening.
De Philips Momentum 558M1RY heeft een osd met dezelfde opties als bij een 'normale' monitor, zonder smart features (of tv-tuner)
Ingebouwde smart-tv-oplossingen zijn in de afgelopen jaren steeds volwassener geworden, met meer snelheid, meer mogelijkheden en langere updates. LG’s webOS-platform op de OLED55CX is een prima voorbeeld. De interface ziet er gelikt uit en werkt snel genoeg. Voor nagenoeg alle bekende videodiensten, zoals YouTube, Netflix, Amazon Prime en Disney+, is er een ingebouwde app. Eigen video’s kunnen worden afgespeeld via de ingebouwde mediaspeler, die ook moderne formaten als H.265 slikt en uiteraard ook hdr-video's kan afspelen.
De LG OLED55CX6LA heeft niet alleen een televisietuner, maar ook een uitgebreide smart-tv-omgeving
Mocht de juiste app op webOS niet voorhanden zijn, dan biedt de OLED55CX geïntegreerde Google Cast en Apple Airplay-functionaliteit, zodat je vanaf je smartphone naar het apparaat kunt streamen. Draadloze koptelefoons kun je op de LG OLED55CX aansluiten via bluetooth, waar je met de Momentum 558M1RY alleen een bekabeld model kunt verbinden.
Praktijk: gebruik met consoles
Zoals in de inleiding aan de orde kwam, is HDMI 2.1 een potentieel belangrijke voorziening voor nieuwe consoles. Door de hogere bandbreedte ten opzichte van HDMI 2.0 op de eerdere generatie consoles kunnen nu ook 4k-hdr-beelden met 120Hz worden doorgegeven. Zo zou je op je console met 120fps kunnen gamen, wat eerder alleen op de pc mogelijk was.
Minstens zo interessant aan HDMI 2.1 is dat het ook een nieuwe vorm van adaptive sync mogelijk maakt, genaamd 'HDMI Forum VRR' of 'HDMI vrr'. Dat opent de weg naar een vloeiender beeld op lagere refreshrates, zoals je gewend bent van je game-pc, met de al langer bestaande technieken AMD FreeSync en Nvidia G-sync. Ontwikkelaars van consolegames moesten voorheen nog kiezen uit een vaste refreshrate van 30fps en 60fps. HDMI 2.1 biedt verder nog een aantal andere opties, als auto low latency mode, of allm, waarbij de tv of monitor automatisch overschakelt naar een beeldmodus met de laagste inputlag als er een gameconsole wordt gedetecteerd. Dat is voor gamers handig meegenomen, al kun je natuurlijk ook prima met de hand de juiste beeldmodus instellen voor de ingang van je console. Ook onderdeel van HDMI 2.1 zijn functies als e-arc en qms, die nader worden toegelicht in ons eerdere achtergrondartikel.
Keuzemenu
LG OLED55CX6LA: '40Gbit/s-Gate'
Er is in de afgelopen maanden een en ander te doen geweest over de HDMI 2.1-mogelijkheden van de LG OLED55CX6LA. Zo bleken de poorten een bandbreedte van ‘slechts’ 40Gbit/s in plaats van de voor HDMI 2.1 gebruikelijke 48Gbit/s te ondersteunen. Dat is in de praktijk geen beperking, omdat 40Gbit/s voldoende is voor vrijwel alle content die je nu kunt vertonen, waaronder 4k/120Hz met 10bit-kleur, zonder kleurcompressie.
HDMI 2.1 is geen vastomlijnde standaard, maar een soort keuzemenu, waarbij fabrikanten niet alle mogelijkheden hoeven te bieden om toch van HDMI 2.1-poorten te kunnen spreken. Enkel de term HDMI 2.1 op de doos vormt dus geen garantie op de aanwezigheid van 4k/120Hz- of HDMI vrr-ondersteuning. Omgekeerd kun je met een tv of monitor met enkel HDMI 2.0 wel gebruikmaken van (een deel) van de nieuwe mogelijkheden van de nieuwe consoles. Zo ondersteunen sommige apparaten met HDMI 2.0-poorten weergave van 120Hz-content, zij het met een lagere wqhd-resolutie van 2560x1440 pixels om binnen de bandbreedtebeperkingen te blijven. Ook is het prima mogelijk om een vorm van adaptive sync via HDMI 2.0 te implementeren, bijvoorbeeld het technisch met HDMI vrr vergelijkbare FreeSync.
Van de Xbox Series S/X weten we dat die naast HDMI vrr inderdaad ook FreeSync zullen ondersteunen. De Xbox One X en One S hadden ook al FreeSync. Voor de PlayStation 5 is dat op het moment van schrijven helaas nog niet duidelijk. Sterker nog, HDMI vrr is op dit apparaat nog niet eens ingeschakeld, hoewel de fabrikant dat eerder wel heeft beloofd. De PlayStation 5 heeft ook niet de mogelijkheid om een wqhd-resolutie uit te sturen, zodat je voor 120Hz-weergave met een HDMI 2.0-apparaat geen gebruik kunt maken van de hoogst mogelijke resolutie voor die aansluiting.
Enkel LG biedt HDMI 2.1
Kijkend naar de aansluitingen op de twee apparaten in dit artikel, wordt duidelijk dat alleen de OLED55CX6LA van HDMI 2.1 is voorzien. Alle vier de beeldingangen ondersteunen deze HDMI-versie, en bieden bovendien zo goed als alle mogelijkheden die je je maar kunt wensen binnen de nieuwe standaard: 4k/120Hz-weergave, HDMI vrr en ook andere nieuwe functies, zoals allm, e-arc en qms. Daarmee loopt LG technisch voor op de meeste andere televisiefabrikanten, een van de redenen waarom de OLED55CX6LA zo vaak wordt aanbevolen als gametelevisie.
Aansluitingen: LG OLED55CX6LA en Philips Momentum 558M1RY
Hoewel Philips voor begin komend jaar al verschillende HDMI 2.1-monitoren heeft aangekondigd, beschikt de Momentum 558M1RY nog steeds over HDMI 2.0-poorten, drie stuks. De enige manier om 4k/120fps-materiaal weer te geven, is daarmee de enkele DisplayPort 1.4-aansluiting, waarover de nieuwe consoles niet beschikken. De OLED55CX6LA lijkt daarmee op voorhand een betere keuze als je met een hoge refreshrate wil gamen op je nieuwe console. Via HDMI 2.0 kan het toestel van Philips evengoed 120Hz-wqhd-materiaal weergeven, waarbij ook adaptive sync-ondersteuning in de vorm van FreeSync aanwezig is.
LG OLED55CX6LA
Philips Momentum 558M1RY
Beeld
4x HDMI 2.1
3x HDMI 2.0 1x DisplayPort1.4
Audio
3,5mm-headphonejack S/PDIF
3,5mm-headphonejack
USB
3x USB 2.0 (in)
1x USB 3.2 (in) 3x USB 3.2 (out)
Tuner
DVB-C, DVB-S, DVB-S2, DVB-T, DVB-T2
-
Netwerk
Ethernet 1Gbit/s 802.11ac (Wi-Fi 5)
-
Overig
Bluetooth 5.0 Miracast Apple Airplay DLNA
-
Praktijk: gebruik bij je pc
De gemiddelde grootte van een pc-monitor is in het afgelopen decennium omhooggegaan en inmiddels raken ook enorme pc-schermen in zwang. Zo kwamen monitorfabrikanten al met schermen van 40 tot 43 inch, terwijl Nvidia enkele jaren geleden al 65"-‘BFGD’-gamingmonitoren presenteerde. Het is dus niet gek om de LG OLED55CX of Philips Momentum 558M1RY (ook) als scherm voor bij je pc te overwegen, maar daarbij gelden wel enkele aandachtspunten. We bespreken ze hieronder per product.
LG OLED55CX: uitstekend beeld met (kleine) beperkingen
LG’s OLED55CX kan net als veel moderne televisies prima als monitor worden gebruikt. Sommige televisies vertonen het signaal altijd met 4:2:2-kleurcompressie, waardoor tekst er niet scherp uitziet. Dat doet de OLED55CX standaard ook, maar dat kun je uitzetten. De wijze waarop is helaas een beetje verstopt. Verander op het ‘Thuisdashboard’ het icoon van de juiste HDMI-poort in ‘PC’ en het signaal wordt met volledige kleurinformatie doorgegeven (4:4:4). Beeldverwerkingsopties als ruisreductie, vloeiende gradatie en bewegingsinterpolatie zijn in deze modus overigens niet beschikbaar, dus voor andere aansluitingen laat je de instelling het best ongemoeid. Ook als geen kleurcompressie wordt toegepast, ziet tekst op de OLED55CX er nét iets minder scherp uit dan op een ‘normale’ monitor, door de afwijkende subpixelindeling: rgbw in plaats van rgb. Op een normale kijkafstand is dat totaal niet storend.
Ampere-bug is opgelost
Onlangs bleek de OLED55CX6LA in combinatie met Nvidia Ampere-kaarten, de eerste met HDMI 2.1, niet goed te werken op 4k/120fps. LG beloofde de fout op te lossen met een firmware-update, die inmiddels ook voor Europese modellen beschikbaar is. Daarmee werkt 4k/120Hz nu zonder problemen, zoals we op ons testsample hebben kunnen verifiëren in combinatie met een Nvidia GeForce GTX 3080-videokaart.
Anders dan op de gemiddelde monitor zijn er op de OLED55CX enkel HDMI-poorten voorhanden, geen DisplayPort of andere beeldaansluitingen. Tenzij je een adapter gebruikt, moet je videokaart dus over een HDMI 2.1-uitgang beschikken om 4k met 120Hz te kunnen doorgeven. Dat is alleen nog het geval op de allernieuwste videokaarten: de Nvidia RTX3000- en AMD RX6000-series. Heb je een oudere kaart met HDMI 2.0-poort, dan kun je kiezen uit 2560x1440 pixels op 120Hz en 4k op 60Hz. Adaptive sync werkt ook met een oudere gpu; de LG heeft zowel een Nvidia G-Sync-certificering als AMD FreeSync Premium-ondersteuning. De laatste is overigens nieuw voor dit jaar en standaard niet actief, maar moet per poort worden ingeschakeld. De ondergrens waarop adaptive sync begint te werken, is met 40Hz lekker laag.
VRR: (nog) niet perfect
Hoewel het ons tijdens de testperiode niet (duidelijk) opviel, heeft het gebruik van adaptive sync op de LG CX volgens diverse meldingen invloed op de beeldkwaliteit. Donkergrijze delen van het beeld zouden te licht worden weergegeven en ook kunnen flikkeren. Blijkens een bericht op de site van de Oled Association komt dat doordat de gammacurve bij de huidige generatie oled-panelen samenhangt met de refreshrate van het paneel. Wanneer die tijdens gebruik van VRR teveel afwijkt van 120Hz, waarvoor het paneel is geoptimaliseerd, wordt donkergrijs lichter weergegeven dan de bedoeling is, wat de ervaringen van gebruikers verklaart. Omdat deze eigenschap verband houdt met de aansturing van het paneel, is het niet duidelijk of LG daar middels een software-update iets aan kan doen.
Zoals verderop aan de orde komt, biedt de OLED55CX een uitstekende beeldkwaliteit, op het gebied van bijvoorbeeld contrast, hdr-weergave en uniformiteit zelfs een klasse beter dan vrijwel alle pc-beeldschermen. De keerzijde van de medaille is dat de OLED55CX een zeker risico op inbranden heeft als je iedere dag dezelfde beelden laat zien, bijvoorbeeld de startbalk op de desktop of bepaalde vaste UI-elementen in spellen. Daarbij levert de OLED55CX in diverse opzichten een minder stabiel beeld dan een gemiddelde monitor. Zo zijn er om inbranden te voorkomen standaard opties als ‘Logo-dimming’ en 'Pixel-shifting' actief, die invloed hebben op het beeld. Beide kun je uitzetten in het menu.
Wat niet kan worden uitgeschakeld via het menu, zijn de automatic brightness limiter- en automatic static brightness limiter-functies. De asbl zorgt ervoor dat statische beelden na verloop van tijd steeds verder worden gedimd om inbranden te voorkomen. Dat gebeurt al na enkele minuten, dus het is zeer waarschijnlijk dat je er een keer tegenaan loopt. Je kunt de asbl uitzetten via een instelling in het servicemenu, maar dat is niet bereikbaar zonder speciale apps of afstandsbediening en bovendien op eigen risico; een verkeerde instelling kan de tv naar zijn grootje helpen. De abl kan geheel niet worden uitgeschakeld, ook niet in het servicemenu, omdat hij te maken heeft met de technische beperkingen van het oledscherm. In de praktijk is de fluctuerende helderheid bij films en games niet zo storend, maar op de desktop is het sneller merkbaar. Een praktisch voorbeeld: bladeren we met de browser op volledig scherm van Tweakers, met ingeschakelde donkergrijze tracker aan de zijkant, naar Google, dan wordt het hele beeld bij het weergeven van de zoekmachine ineens zichtbaar donkerder, omdat die pagina helemaal wit is.
Simulatie van de werking van abl: hoe meer wit in beeld, hoe donkerder het scherm. In het echt is het effect minder sterk zichtbaar.
Philips Momentum 558M1RY: monitor in televisievermomming
De Philips Momentum 558M1RY is een monitor in televisievermomming en kan dus prima als pc-beeldscherm dienen. Gezien de aansluitingen op het scherm is dat misschien wel de optimale manier om hem te gebruiken. De Momentum heeft immers een DisplayPort-aansluiting, zodat je het scherm ook met oudere videokaarten op 4k bij 120Hz kunt gebruiken. Omgekeerd kun je de Momentum geen 4k/120Hz-signaal sturen via HDMI, zoals op de vorige pagina aan de orde kwam. AMD FreeSync Premium-ondersteuning is present met een bereik van 48 tot 120Hz. Officieel G-Sync-gecertificeerd is dit apparaat niet.
In tegenstelling tot de OLED55CX heeft de Momentum 558M1RY geen last van een fluctuerende helderheid bij variabele hoeveelheden wit in beeld. Ook is er geen risico op inbranden, hoewel we gedurende de test wel wat tijdelijke retentie tegenkwamen na het uitvoeren van de hdr-test, waarbij het scherm langere tijd op zijn maximale helderheid werd gebruikt. Tenzij je vaak naar (stilstaande) testpatronen gaat kijken, zal dat in praktijk waarschijnlijk geen probleem vormen. Een tegenvaller voor sdr-content is het ontbreken van een goede sRGB-modus: zie verderop in deze review. Omdat de Momentum is gebaseerd op een televisiepaneel, is de subpixelindeling ook bij dit apparaat anders dan bij een ‘normale’ monitor: bgr in plaats van rgb. Onder Windows moet je dus even de ‘ClearType-tuner’ uitvoeren, anders ziet tekst er minder scherp uit. In tegenstelling tot bij de eerdere Philips Momentum 436M6VBPAB zagen we gelukkig geen dithering die het gevolg is van een alternatieve subpixelaansturing.
Responstijd en inputlag
De testprocedure voor deze vergelijkingstest is goeddeels gelijk aan het testprotocol dat bij Hardware Info al langer voor monitorentests werd gehanteerd. Ook de LG OLED55CX6LA meten we hier dus 'als een monitor' door, waardoor sommige testresultaten misschien niet (geheel) vergelijkbaar zijn met de testgegevens die we bij onze standaardmeting voor televisies verzamelen.
We testen helderheid, contrast en kleurweergave van monitoren met behulp van een Spectracal C6-colorimeter, een X-rite i1 Photo Pro 2-spectrofotometer en Portrait Displays Calman Ultimate-analysesoftware. De helderheid voor kleurmetingen stellen we af op een waarde die de 150cd/m² zo dicht mogelijk benadert. Eventuele sRGB- of Adobe RGB-modi meten we apart. Datzelfde doen we voor een eventuele hdr-stand. Om de kijkhoeken te bepalen, meten we onder een hoek van 45 graden de resterende helderheid en de kleurverandering ten opzichte van een loodrechte meting. Voor de uniformiteitsmeting kijken we naar de verhouding tussen de helderheid op vijftien meetpunten, gemeten op een volledig wit en een volledig zwart scherm. Ook bepalen we de relatieve kleurverschillen langs de randen ten opzichte van het midden. Tot slot meten we het energiegebruik van de monitor, zowel op de maximale helderheid als op een vaste helderheid van 150cd/m². Responstijden meten we met een fotosensor aangesloten op een LeCroy Waverunner 6100-oscilloscoop; de inputlag bepalen we met een Leo Bodnar-lagtester.
In de grafieken hieronder en op de volgende pagina's herken je de Momentum 558M1RY aan een rode balk en de LG OLED55CX aan een blauwe kleur. We hebben nog niet veel vergelijkbare monitoren getest, zodat het verdere testveld beperkt is tot de Philips Momentum 436M6VBPAB, ASUS ROG Swift XG438Q en ROG Swift PG43UQ. Het trio heeft een nog altijd relatief forse 43"-diagonaal, een 4k-resolutie en een VESA HDR600 of HDR1000-certificering, waarbij de twee ROG-schermen ook een hogere refreshrate dan 60Hz ondersteunen. Door het gebrek aan HDMI 2.1 werkt dat, net als bij de Momentum 558M1RY, alleen via DisplayPort.
Responstijden
Door de manier waarop het oledpaneel van de OLED55CX6LA wordt aangestuurd, werkt onze vaste responstijdentest helaas niet goed op dit scherm. Gelukkig is er een alternatief: een speciaal testpatroon ontwikkeld door de website Blurbusters. We fotograferen een ufo die zich met hoge snelheid over het scherm beweegt, zodat zichtbaar wordt hoe snel de pixels van kleur veranderen. De camera staat daarbij stil.
De Philips Momentum 558M1RY wordt gevolgd door de LG OLED55CX. Beide apparaten worden voorzien van een 4k/120Hz-signaal. De Momentum 558M1RY is ingesteld op de optimale overdrive-instelling. Beide foto's zijn gemaakt met dezelfde sluitertijd (1/200).
Bij de Momentum 558M1RY zien we, zoals gebruikelijk voor een lcd, achter de ufo een spoor van uitdovende pixels (ghosting). Gelukkig zien we echter weinig reverse ghosting, artefacten door een al te enthousiaste overdrive. Dat wordt gestaafd door de resultaten van onze reactietijdentest, die we voor dit scherm wel hebben kunnen uitvoeren.
Alle bovenstaande resultaten zijn gemeten op de optimale overdrivestand. Bij de Momentum 558M1RY is dat 'Fastest', de maximale instelling.
Gemeten op 120Hz kost een grijs-grijsovergang op de Momentum 558M1RY gemiddeld 5,9ms. Van wit naar zwart kost 4,2ms, maar omgekeerd doet het scherm er liefst 14ms over. Gelukkig is er vrijwel geen over- of undershoot. We hebben op dit scherm ook nog onze uitgebreidere responstijdentest met twintig transities uitgevoerd, die we tot op heden hebben gereserveerd voor ultrasnelle 240Hz-schermen. Daaruit blijkt dat de Momentum 558M1RY, zoals bij VA-panelen vaker voorkomt, ook weinig haast maakt met overgangen van zwart naar donkergrijs. Een transitie van 0 naar 20 procent neemt liefst 24,6ms in beslag.
Hoewel zeventien van de twintig gemeten transities op tijd worden afgewikkeld, binnen de tijd van 8,3ms waarna er een volgend beeld op het scherm komt bij een refreshrate van 120Hz, zijn de grote uitschieters van het paneel van de Momentum 558M1RY natuurlijk niet optimaal. De OLED55CX6LA heeft daarbij vrijwel geen last van vertraging, zoals je terugziet op de foto. De pixels verschieten bijna meteen van kleur en daardoor steekt de ufo perfect af tegen de achtergrond, zonder enige artefacten.
Bfi: nog scherper bewegend beeld
De vrijwel perfecte grijs-naar-grijsresponstijd van de OLED55CX6LA staat niet garant voor een perfecte weergave van bewegend beeld. Oledschermen werken net als lcd-tegenhangers op een sample-and-hold-manier, zoals uitgelegd in ons eerdere artikel over 240Hz-monitoren. Doordat ieder beeld blijft staan tot het volgende beeld op het scherm komt, zie je alsnog bewegingsvervaging. Black frame insertion, of bfi, biedt daarvoor uitkomst; het scherm laat tussen ieder beeld een korte zwarte pauze vallen. Dat wordt op lcd-monitoren vaak geïmplementeerd via een strobing backlight, terwijl oledschermen, die geen aparte backlight hebben, de pixels steeds eventjes kunnen uitzetten.
LG OLED55CX6LA: bfi 'Medium' (links) versus geen bfi (rechts). Het inschakelen van deze feature leidt ook op 60Hz tot een aanzienlijk scherper bewegend beeld. Deze pursuitfoto laat zien hoe je het beeld daadwerkelijk ervaart, waar de eerder getoonde, stilstaande foto laat zien hoe snel de pixels van kleur veranderen.
De Momentum 558M1RY beschikt helaas niet over bfi, maar de OLED55CX6LA wel. Bfi op deze televisie is ten opzichte van het model van vorig jaar, de OLED55C9, zelfs verder verbeterd. De feature werkt nu op 120Hz en laat daardoor minder zichtbare flikkeringen zien. Ook op 60Hz leidt het inschakelen van bfi, of ‘Oled Motion Pro’, al tot een toename in scherpte bij bewegend beeld, zoals je kunt zien in bovenstaande pursuitfoto. Om duidelijke, storend zichtbare flikkeringen te voorkomen, houd je de intensiteit het best beperkt tot de stand Medium. Naast het minder rustige beeld is een nadeel van bfi dat deze voorziening, zoals gebruikelijk, niet samengaat met adaptive sync. Ook verlies je behoorlijk veel piekhelderheid, want het beeld staat een deel van de tijd op zwart. Dat is voor sdr-beelden niet zo'n probleem, maar je kunt bfi beter niet gebruiken in combinatie met hdr.
Inputlag
Gemeten met onze Leo Bodnar-inputlagtester noteert de Philips Momentum 558M1RY ongeveer 18,2ms vertraging in de snelste stand, nipt meer dan een snelle monitor. Voor de aansturing van het local dimming backlight is waarschijnlijk iets meer tijd nodig. Waar sommige televisies in de gamemodus sterk aan hdr-beeldkwaliteit inboeten omdat ze de local dimming dan beperken, geldt dat gelukkig niet voor de Momentum 558M1RY. In de 'Low input lag'-stand opereert de dimming even snel en adequaat. Hooguit is de gradatie in schaduwgebieden net iets minder. De LG OLED55CX6LA noteert met 13,2ms vertraging in onze test evengoed een nog lagere inputlag, omdat er geen aparte backlight hoeft te worden aangestuurd. Ook de twee andere schermen zijn nog iets sneller.
Het VA-type lcd-paneel van de Philips Momentum 558M1RY heeft een voor deze paneeltechniek hoog contrast. Afhankelijk van de gekozen beeldmodus is dat 5000:1 tot bijna 6000:1, nog zonder dat local dimming is ingeschakeld. Daaraan kunnen de meeste lcd-monitoren en -televisies niet tippen, maar de LG OLED55CX6LA is met zijn oledscherm wel in staat een beter resultaat neer te zetten. De perfecte zwartwaarde van 0cd/m² resulteert in een in theorie oneindig hoog contrast, dat daardoor niet kan worden weergegeven in onderstaande grafiek.
Volgens onze metingen produceert de OLED55CX6LA een maximale helderheid bij wit van 268cd/m², maar dat is niet het hele verhaal. De abl schroeft de helderheid terug naarmate de gemiddelde helderheid van het beeld, of het average picture level, omhooggaat. Bovenstaande meting is bijvoorbeeld uitgevoerd met een apl van 50 procent, maar is het hele scherm wit, dan zakt de helderheid tot slechts ongeveer 135cd/m². De Momentum 558M1RY heeft geen last van een fluctuerende helderheid en kan in elk geval veel feller worden ingesteld. De maximale helderheid is liefst 800cd/m². Keerzijde van de medaille is overigens dat de Momentum 558M1RY ook een vrij hoge minimale helderheid noteert. We meten 110cd/m², waar de OLED55CX6LA met de helderheidsregeling op 0 nog slechts 40cd/m² aan helderheid produceert.
Kleurweergave
Zet je de OLED55CX6LA in de meest kleurechte modus, volgens onze metingen 'Expert (lichte kamer)', dan wordt het bredere kleurbereik van het scherm automatisch teruggeregeld naar Rec. 709, vergelijkbaar met sRGB voor pc-gebruikers. Dat is precies wat je wil, want de meeste sdr-content is niet gericht op een breder kleurbereik. Om die reden is het onhandig dat de Momentum 558M1RY standaard wél zijn volledige kleurbereik laat zien, overeenkomend met 91,4 procent van DCI-P3. Dat resulteert in spetterende, maar ook onrealistisch verzadigde kleuren. Voor gaming is dat niet per se een nadeel, maar het beeld wordt niet getoond zoals de ontwikkelaar het heeft bedoeld.
Net als veel andere monitoren van Philips heeft ook de Momentum 558M1RY een speciale sRGB-stand, waarin de bovenstaande problemen worden verholpen. Het kleurbereik wordt nu netjes ingeperkt tot 97 procent van sRGB, waarbij de kalibratie een stuk beter is dan in de standaardmodus: Gebruiker, 6500 kelvin. Zo blijven de gemiddelde kleur- en grijsfout, ΔE2000, nu netjes onder de grens van 3, die we aanhouden als ‘goed’. In de standaardmodus neigen grijstinten naar rood, een afwijking die tot uiting komt in de weinig indrukwekkende gemiddelde grijsfout van 4,62. Het is daarmee enorm zonde dat de sRGB-modus niet goed bruikbaar is doordat de helderheid wordt vergrendeld op liefst 592cd/m². Dat is feller dan we bij de gemiddelde hdr-monitor als piekhelderheid meten.
LG OLED55CX - Kleurmetingen sRGB
-Kleurmetingen DCI-P3
De OLED55CX6LA is voor sdr-weergave uitstekend gekalibreerd, maar vertoont daarbij enige nukken. We pogen monitoren voor de meting altijd af te stellen op een vaste helderheid van 150cd/m². Dat resulteert bij dit toestel in een vreemde knik in de gammacurve, die ook tot uiting komt in de hoge gemiddelde gammawaarde van 2,4. 2,2 is ideaal. Nog altijd liggen de gemiddelde kleur- en grijsafwijkingen ruimschoots beneden de 3. Laat je de helderheidsregeling ongemoeid, dan is de weergave vrijwel perfect. Vreemd genoeg blijft de gammacurve intact als we de OLED55CX6LA doormeten voor DCI-P3 op dezelfde ingestelde helderheid van 150cd/m². Via het menu kun je ook voor sdr-content het bredere kleurbereik instellen, 97,5 procent van DCI-P3. Ditmaal noteren we uitmuntend lage gemiddelde kleur- en grijsafwijkingen; beide komen uit op 1,7.
Helderheid, contrast en kleurweergave (hdr)
In hdr wordt pas echt duidelijk dat de Philips Momentum 558M1RY en LG OLED55CX6LA gebruikmaken van fundamenteel verschillende beeldtechnieken. De weergave van beide schermen is haast onvergelijkbaar.
Helderheid en contrast
Beelden van de Momentum 558M1RY maken vooral indruk met hun hoge maximale helderheid. Felle schitteringen zien er briljant uit door de piekhelderheid van 1283cd/m², maar het is opvallend dat de hoge helderheid ook kan worden volgehouden als het hele scherm helder moet zijn: liefst 1046cd/m² op een volledig wit scherm. Er zijn genoeg lcd-televisies, ook vergelijkbaar geprijsde modellen, die onder die omstandigheden een veel minder hoge piekhelderheid produceren, en voor oledpanelen geldt dat zeker. De OLED55CX6LA komt tot een piekhelderheid van 755cd/m² als een heel klein deel van het scherm wit moet zijn, maar zakt op een volledig wit scherm terug tot slechts 145cd/m². Zonovergoten scènes ogen daardoor realistischer en impactvoller op de Momentum 558M1RY, waar de presentatie van de OLED55CX6LA dichter in de buurt komt van een ‘normaal’ sdr-beeld.
Het perfecte contrast van de OLED55CX6LA is vooral bij hdr-weergave een belangrijk voordeel. Bij de Momentum 558M1RY helpt het geavanceerde fald-backlight met 144 onafhankelijk dimbare zones niet altijd om het contrast merkbaar te verhogen. Op ons 4x4-checkerboardpatroon ligt het gemeten contrast bijvoorbeeld op hetzelfde niveau van 5000:1 dat zonder fald al wordt bereikt, zodat een zwartwaarde van ongeveer 0,25cd/m² wordt gemeten. Zeker in een donkere kamer oogt dat eerder donkergrijs. Bij hdr-beelden die een groot contrast bevatten tussen licht en donker, lijkt er daardoor vaak een ‘mistige’ grijze laag over schaduwen te liggen. Dat valt zeker op bij beelden die voor een groot deel donker zijn, zoals films of spellen die zich 's nachts afspelen. Daar heeft de OLED55CX6LA door het perfecte zwart geen last van.
Philips Momentum 558M1RY - Meetresultaten HDR
LG OLED55CX - Meetresultaten HDR
Kleurweergave
Als het aankomt op de kleurweergave in hdr blijkt opnieuw dat LG de kalibratie beter voor elkaar heeft. Bij de Momentum 558M1RY vertonen grijstinten opnieuw een rode tint. Verder kan de Momentum 558M1RY de meest verzadigde kleuren van DCI-P3 net niet helemaal goed weergeven door het beperktere kleurbereik, iets waar de OLED55CX6LA minder last van heeft. Het scherm van LG noteert dus duidelijk lagere gemiddelde kleur- en grijsafwijkingen, die we in hdr noteren als een ΔE ICtCp-waarde met en zonder helderheidsfout meegewogen.
Opvallend is dat de LG OLED55CX6LA een naar verhouding slechter resultaat laat noteren als we de helderheid meewegen (w/lum), terwijl de Momentum 558M1RY dan juist naar verhouding beter scoort. Dat komt doordat de OLED55CX6LA het signaal verder comprimeert om binnen het bereik van de tv te blijven. In de praktijk is daardoor meer doortekening zichtbaar in bijvoorbeeld wolkenluchten. De Momentum 558M1RY volgt de tegenovergestelde benadering, met een helderheid die dichter in de buurt komt van wat de maker heeft bedoeld, maar met meer highlight clipping.
Gem. grijsafwijking HDR (w/o Lum)
Gem. grijsafwijking HDR (w. Lum)
Gem. kleurafwijking HDR (w/o Lum)
Gem. kleurafwijking HDR (w Lum)
Gemiddelde grijsafwijking zonder luminantie
Monitor
Gemiddelde kleurafwijking in ΔE2000 (lager is beter)
De oledtechnologie staat bekend om zijn goede kijkhoeken, wat de LG OLED55CX6LA inderdaad waarmaakt. Onder een hoek blijft de helderheid van het beeld veel hoger dan bij het scherm van Philips. De Philips doet het zelfs in vergelijking met de andere twee monitoren die we hebben getest, niet heel goed als het aankomt op de horizontale kijkhoeken.
Helderheid: 45° links
-45° rechts
-45° boven
-45° onder
45° links resterende helderheid
Monitor
Gemiddelde resterende helderheid in % (hoger is beter)
Onder een hoek loopt de kleurafwijking bij de OLED55CX bovendien stukken minder ver op dan bij de Philips Momentum 558M1RY en de andere lcd's die we hebben doorgemeten. Dat zijn zonder uitzondering VA-panelen, die toch al niet bekend staan om hun uitmuntende kijkhoeken.
Ook op het vlak van uniformiteit geeft de LG OLED55CX6LA de concurrent het nakijken. De uniformiteit van zwart is perfect en die van wit nagenoeg perfect, waarbij de helderheid van het minst heldere van vijftien meetpunten 94 procent bedraagt van die van het helderste meetpunt. Met het blote oog zijn die verschillen niet te zien. Ook de weergave van donkergrijs, waar oledtelevisies soms wat moeite mee hebben, is bij ons testmodel nagenoeg egaal.
De Momentum 558M1RY kan aan die uitstekende scores niet tippen, hoewel dit scherm interessant genoeg een functie voor uniformiteitscompensatie heeft. Dat zie je normaal gesproken vooral bij schermen voor beeldbewerkers. Helaas leidt het inschakelen van SmartUniformity bij ons testmodel eerder tot een verslechtering van de uniformiteit, zodat we de standaardmodus hebben doorgemeten. De helderheid van het minst heldere meetpunt bedraagt 84 procent van die van het helderste meetpunt en er zijn ook meer kleurverschillen zichtbaar tussen de verschillende meetpunten dan bij de OLED55CX6LA. Duidelijk tegenvallend is de uniformiteit van zwart. Op sommige meetpunten laat het scherm dubbel zoveel licht door, waardoor het contrast in de linker- en rechterhoeken vrij ver terugloopt.
Philips Momentum 558M1RY - Uniformiteit
LG OLED55CX - Uniformiteit
Uitgebreide meetresultaten uniformiteit: zwartuniformiteit, wituniformiteit, contrast en kleurtemperatuur op vijftien meetpunten
Geluid en energiegebruik
Philips is duidelijk erg trots op de samenwerking met Bowers & Wilkins, dat de audiovoorziening van de Momentum 558M1RY voor zijn rekening heeft genomen. De merknaam Bowers & Wilkins komt haast nog vaker terug dan die van Philips zelf. In de trapeziumvormige luidsprekerbar onder het scherm zijn twee tweeters, twee luidsprekers voor de middentonen en één baswoofer verstopt, met aan de achterkant een basreflexpoort voor extra laagweergave. Bij de LG OLED55CX6LA zijn de luidsprekeropeningen verstopt onder de rand van het paneel. Dat is niet ideaal, maar LG heeft een truc bedacht. De gewelfde voet weerkaatst de geluidsgolven naar de luisteraar. Dat werkt redelijk goed, maar luidsprekers die direct naar voren wijzen, zijn nog beter, zo blijkt als we de proef op de som nemen. We hebben op beide toestellen een mix van muzieknummers, games en films beluisterd om een indruk te krijgen van de geluidskwaliteit.
Audiomenu van de Momentum 558M1RY. De optie Personal opent een eenvoudige equalizer met vijf banden.
De Momentum 558M1RY biedt een lekker weids geluidsbeeld, waarbij verschillende partijen goed gedefinieerd zijn. Stemmen komen bijvoorbeeld duidelijk vanuit het midden van de tv en zijn uitstekend verstaanbaar, waarbij geluidseffecten en instrumenten meer aan de zijkant worden gepositioneerd. Voor films en games is dat ideaal. Van de basweergave hadden we echter wel wat meer verwacht, gezien de merknaam op de doos. Explosies en het geratel van geweren hebben niet dezelfde impact als bij een losse soundbar, laat staan een installatie met aparte subwoofer. Ook bij muziekweergave valt op dat de Momentum 558M1RY de diepste bassen niet overtuigend kan produceren. De hoogweergave is aan de scherpe kant, soms op het onprettige af, maar laat zich enigszins rechttrekken met de in de osd ingebouwde equalizer. We hoefden het volume niet verder dan voor de helft open te draaien om onze luisterruimte te vullen met geluid, dus behoorlijk luid gaan de luidsprekers wel.
Voor een platte televisie heeft de OLED55CX6LA helemaal geen slecht geluid, maar in vergelijking met de Momentum 558M1RY kan de klank net wat minder overtuigen. Zo is het geluidsbeeld minder strak gedefinieerd en ook minder breed dan bij de concurrent. Verder is de klank in het laag wat modderiger, waarbij een vette basweergave er ook hier (logischerwijs) niet inzit. Hoewel de separatie tussen instrumenten minder kan overtuigen, is de weergave van hoge tonen standaard wat minder scherp dan bij de Momentum 558M1RY. Het maximale volume is beperkter, al voldoet de OLED55CX6LA wat dat betreft ook prima voor de meeste huiskamers.
Energiegebruik
De LG OLED55CX6LA blijkt minder zuinig dan de concurrentie, zeker als we alle schermen afstellen op een vaste helderheid van 150cd/m². Daarbij moet wel worden opgemerkt dat deze test voor het oledpaneel een worstcasescenario vormt. Bij een oledscherm hangt het energiegebruik sterk af van de helderheid van het te weergeven beeld, waar dat bij een lcd-televisie of -monitor vrijwel niets uitmaakt. Aangezien de meeste games en videobeelden niet volledig wit zijn, zal je oledtelevisie in praktijkomstandigheden vaak met minder watts toekunnen, hoewel dat het verschil met de veel fellere Momentum 558M1RY wellicht niet overbrugt.
Ook in stand-by blijkt de Momentum 558M1RY zuiniger dan de televisie van LG, maar uitgeschakeld noteren beide apparaten hetzelfde sluipverbruik.
Conclusie
Met de Momentum 558M1RY beoogt Philips de ideale grote monitor voor consolegamers af te leveren. Die introductie komt zeer gelegen, aangezien de nieuwe consoles meer eisen stellen aan je toestel dan ooit tevoren. Op papier is de hardware in de Momentum vergelijkbaar met die van de gemiddelde middenklasse lcd-tv: een contrastrijk VA-type lcd-paneel, full array local dimming backlight met hoge helderheid, en een behoorlijk stel luidsprekers. Het geheel is voorzien van een fraaie afwerking, die zeker niet misstaat in de gemiddelde huiskamer.
Toch is Philips’ poging niet helemaal succesvol, zoals blijkt uit deze head-to-head. Op vrijwel ieder testonderdeel wint de LG OLED55CX6LA, soms zelfs met ruime voorsprong. Zo biedt de Koreaan snellere responstijden, lagere inputlag en bfi voor scherper bewegend beeld, wat de Momentum moet missen. Dankzij HDMI 2.1 belooft de ondersteuning voor nieuwe consoles beter te zijn, waar het scherm van Philips nog blijft steken op HDMI 2.0. Verder is de kleurweergave in sdr én hdr beter, evenals het contrast, de kijkhoeken en de uniformiteit.
Een slecht product is de Momentum 558M1RY onder de streep niet, en er zijn wel degelijk redenen waarom je dit scherm zou kunnen verkiezen boven het toestel van LG. Gezien de technische voorsprong van de concurrent kan de fabrikant dat gerust als een verdienste beschouwen. Zo is het scherm van de Momentum 558M1RY, dankzij zijn veel hogere helderheid en matte afwerking, beter bruikbaar in ruimtes met veel omgevingslicht. Daarbij is er ook geen risico op inbranden. Dankzij de geïntegreerde soundbar klinkt het geluid van de Momentum 558M1RY bovendien beter. Tot slot beschikt de Momentum weliswaar niet over de HDMI 2.1-poorten die waarschijnlijk optimaal zijn voor gebruik met de nieuwe generatie consoles, maar het scherm heeft wel een DisplayPort-ingang, die hem beter geschikt maakt voor de meeste hedendaagse game-pc’s. Die voordelen ten spijt is de OLED55CX6LA voor de meeste (aspirant-)bezitters van een Xbox Series X of PlayStation 5 een betere keuze.
Ik wil toch wel een opmerking plaatsen wat betreft de foto's die er gemaakt zijn met de UFO test van https://blurbusters.com/.
Dat vergt namelijk een speciale opstelling en methode om correct te fotograferen.
De manier waarop jullie het gedaan hebben is dus juist een voorbeeld van hoe je het niet moet doen (en wat helaas teveel mensen ook doen)!
In de zwarte balk zijn witte stippen/blokjes zichtbaar. Bij een goed genomen foto vormen deze één mooie verticale lijn.
Bij zowel de Philips als de LG is dat dus niet het geval en daarom moeten deze foto's afgekeurd worden.
Het geeft simpelweg geen juist beeld van de subjectieve ervaring.
Het is jammer dat er niet goed over de materie is ingelezen. Op blurbusters is een duidelijke 'howto' geschreven die de methode uitleggen en wat de valkuilen daarbij zijn.
Zie ook: https://blurbusters.com/motion-tests/pursuit-camera/
Het is ook niet de eerste keer dat er gebrek is aan technische expertise.
Ook met de geluidsmetingen van hoofdtelefoons was en is dat nog het geval.
Gelukkig kan men altijd nog een reactie plaatsen om hierop te attenderen .
Heb je heel de tekst gelezen, of direct na het zien van het eerste screenshot gereageerd (oprechte vraag)? In de tekst wordt namelijk uitgelegd dat de groot getoonde foto's met een stilstaande camera zijn geschoten (en waarom we dat gedaan hebben), terwijl we daaronder uitsnedes van twee pursuitfoto's van de LG OLED met verschillende instellingen tonen, met uitleg over het effect van BFI op de ervaren/subjectieve beeldscherpte.
Of lees ik jouw opmerking verkeerd?
[Reactie gewijzigd door Eric van Ballegoie op 23 juli 2024 15:02]
Ik verwacht dat zijn reactie komt na het hebben gelezen van de tekst en het zien van de foto's. De UFO test van Blurbusters is niet goed te gebruiken in een geschreven review met tekst en foto zonder de juiste opstelling zoals aangegeven. Je gebruikt de test dan eigenlijk op een manier waarvoor die niet ontwikkeld is. Imho moet een test pas gebruikt worden als de opstelling en beoordeling op de juiste manier gedaan wordt zoals voorgeschreven in de test. Zoals dat ook gebeurt bij het meten van de helderheid, het contrast en de kleurweergave.
Ik verwacht dat zijn reactie komt na het hebben gelezen van de tekst en het zien van de foto's.
Dat verwacht ik ook, maar omdat hij ons gebrek aan technische expertise verwijt terwijl op dezelfde pagina toepassing van de test op de 'juiste' manier te zien is, wilde ik dat even zeker weten.
Je gebruikt de test dan eigenlijk op een manier waarvoor die niet ontwikkeld is.
Correct! Deze test is bedoeld om een pursuitfoto's te maken (zoals wij dus ook hebben gedaan), maar daarnaast is hij ook uitermate geschikt om met een statische foto het verschil in beeldverversing tussen LCD en OLED te laten zien. Wellicht hadden we duidelijker moeten maken dat dat ons doel was met de eerste foto's.
[Reactie gewijzigd door Eric van Ballegoie op 23 juli 2024 15:02]
Ik heb eerst het stuk over de responstijd gelezen voordat ik mijn reactie plaatste. Maar waarom dat juist met een stilstaande camera is gedaan is mij (nog) was mij niet duidelijk.
Als het alleen ging om aan te duiden dat er sprake is van ghosting dan is het voorbeeld ongelukkig gekozen imho.
Zoals AntonyterHorst aangeeft is deze UFO ghosting test van Blurbusters speciaal ontwikkeld om de mate van ghosting te kwantificeren zoals deze subjectief wordt waargenomen en om de resultaten tussen schermen onderling te kunnen vergelijken.
Door het in een review te gebruiken verwacht ik dan ook dat het op de manier wordt gebruikt waarvoor het bedoeld is. Er wordt immer aangeven dat het als vervanging is gebruikt voor de LG oled scherm aangezien de standaard meetmethode voor reactietijden (d.w.z. mate van 'ghosting') niet werkte.
Ook wordt de ufo foto van het Philips scherm gebruikt om te vergelijken met de meetresultaten van de reactietijdentest.
Dat wordt gestaafd door de resultaten van onze reactietijdentest, die we voor dit scherm wel hebben kunnen uitvoeren
Voor het scherp fotograferen van een object (in dit geval de bewegende ufo inclusief eventuele ghosting/artefacten) is een zogenaamde 'motion capture' nodig. Dat kan alleen als de camera meebeweegt/roteert of een gelijke snelheid heeft als het te fotograferen object. Vandaar dat ik niet begrijp dat er een stilstaande camera is gebruikt.
Door een korte sluitertijd gebruiken is de bewegingsonscherpte inderdaad te beperken, maar dat is niet hetzelfde als een camera dat een object volgt. In het laatste geval speelt de sluitertijd geen kritieke rol (hoewel het nog steeds een factor is natuurlijk).
Edit:
Het verwijt aan gebrek van technische expertise is ontstaan doordat niet duidelijk is aangeven dat de ufo test dus blijkbaar bewust misbruikt is.
Het is mij nog altijd niet duidelijk of voor de BFI test, dus wél correct is gemeten.
De synclijnen zijn niet zichtbaar op de bewuste afbeeldingen en de review wordt alleen gesproken over 'pursuitfoto'.
[Reactie gewijzigd door CMT op 23 juli 2024 15:02]
Begrijp je punt, ik had het denk ik duidelijker in het artikel moeten uitleggen waarom ik het zo heb gedaan. Ik heb een vergelijking van twee stilstaande foto's met korte sluitertijd ingevoegd onder het kopje 'Reactietijden' om je puur de gtg-transitietijden van het paneel te laten zien - precies datgene dat we ook meten met onze responstijdentest dmv de oscilloscoop, wat bij de LG CX dus niet werkt. Als je een pursuit foto zou maken op de manier zoals met de UFO-test de bedoeling is, ook met een langere sluitertijd van 4x de refreshrate, dan zie je ook een grote hoeveelheid motion blur bovenop eventuele vervaging als gevolg van tragere responstijden van het paneel. Zoals je ook kunt zien onder het kopje BFI waar ik wel een tweetal pursuit foto heb neergezet . Die blur simuleert weer de manier waarop onze ogen een display in het echt zien zoals je aangeeft, waardoor je ook goed kunt zien wat een sample-and-hold display versus een knipperend display doet voor de ervaren bewegingsscherpte. Daardoor wordt het effect van trage transities ('ghosting') an sich juist minder duidelijk zichtbaar.
[Reactie gewijzigd door deepvreezo op 23 juli 2024 15:02]
Okee, dat was mij dus niet duidelijk. Het is dan erg ongelukkig dat jullie de ufo test daarvoor (mis)bruikt hebben. Het schept (voor mij i.i.g.) een hoop verwarring.
Een review site zoals TFTcentral gebruikt ook de blurbuster ufo test in combinatie met reactietijden metingen. Dit om de subjectieve ervaring te relateren aan de objectieve metingen.
Maar bij TFTcentral is het een toevoeging, geen vergelijking of vervanging.
Ik lees dat er nog steeds gesproken wordt over 'persuit' foto's, kan ik daaruit opmaken dat de foto's onder het kopje BFI dus wel op de juiste wijze genomen zijn en niet met een stilstaande camera?
[Reactie gewijzigd door CMT op 23 juli 2024 15:02]
Ik moest eerlijk gezegd meerdere malen de tekst doorzoeken, voordat ik er achter kwam dat de uitleg onder de foto bij het kopje BFI staat.
LG OLED55CX6LA: bfi 'Medium' (links) leidt ook op 60Hz tot een aanzienlijk scherper bewegend beeld dan geen bfi. Deze
pursuitfoto geeft een betere indruk van hoe je het beeld daadwerkelijk ervaart, waar de eerder getoonde, stilstaande foto
vooral laat zien hoe snel de pixels van kleur veranderen.
Zijn er nu ook persuit foto's gemaakt van voor beeld zonder Bfi?
Ik zie trouwens bij de OLED TV wel verticale zijnen, dus daar maakt persuit foto niks uit?
Ah, ik zie dat dat niet duidelijk is, heb het nog even verduidelijkt in het bijschrift. De rechter foto laat het beeld zonder BFI zien, de linker foto is beeld met BFI (Medium). Beide opnamen zijn van de LG CX zoals aangegeven.
Kan jij uitleggen, of heb je misschien een linkje waar uitgelegd wordt waarom zo'n pursuit camera nou precies nodig is? Ik heb de website van BlurBusters doorgespit en hun conference submission bekeken maar daar wordt eigenlijk alleen gezegd dat het 'meer realistisch is', maar niet waarom. Ik kan er verder ook niet zo snel veel info over vinden.
Waarom is het niet mogelijk een schatting te maken van perceptuele artefacten op basis van een statische foto? Het is niet alsof een bewegende camera een goed model is voor een bewegend oog, namelijk, want CMOS sensors reageren heel anders op beweging dan een menselijk oog. Een statische camera zou een objectiever beeld moeten geven van wat er op het scherm gebeurt, en dit zou je via een, wederom objectief, perceptueel model om kunnen zetten naar een schatting van perceptuele artefacten.
Het punt is dat jouw oog een object volgt dat over het beeld beweegt, terwijl dat object zich eigenlijk niet in één continue beweging verplaatst, maar steeds kleine stapjes maakt.
Omdat je oog wél in een continue lijn beweegt, 'glijdt' je blik dus steeds over een object heen dat stil staat, waardoor we onscherpte ervaren. Door de camera met het object mee te bewegen simuleer je (beter) hoe wij het beeld bij sample-and-hold schermen ervaren.
Ik snap deze algemene insteek maar je kan niet zomaar stellen dat een pursuit camera een goed model is van het menselijk oog. Daar mis ik de argumentatie voor.
Omdat je oog wél in een continue lijn beweegt, 'glijdt' je blik dus steeds over een object heen dat stil staat, waardoor we onscherpte ervaren.
Zo gaat het inderdaad wanneer je een vast object volgt (zoals zo'n UFO, of een tegenstander die je al een tijdje in beeld hebt), maar in andere situaties maakt je oog heel andere bewegingen. In race-games bv. zijn je ogen veel statischer op één punt gericht (bv. de binnenkant van een bocht) terwijl de beelden juist continue voorbij glijden. In weer andere games waar je met meerdere tegenstanders tegelijk te maken hebt springt je oog juist van punt naar punt.
Ik beweer niet dat een statische camera beter of slechter is dan een pursuit camera, maar ik lees nergens goede argumenten voor de stellige meningen die hier door velen over verkondigd worden. We moeten oppassen dat we niet met z'n alleen achter degenen aanhollen die het hardste roepen...
Klopt helemaal, beeldscherpte en de manier waarop we dat ervaren heeft meerdere facetten waarbij het uitmaakt of jouw blik gefixeerd is op één punt van het scherm, of je jouw blik juist over het scherm laat gaan om een object te volgen. Sterker nog, afhankelijk van hoe je kijkt kan je compleet verschillende dingen zien.
Aardig voorbeeld is deze test: https://www.testufo.com/mprt Fixeer je jouw ogen op één punt, dan zie je (bij 12pixels per frame @ 60Hz) dunne witte lijnen op een zwarte achtergrond. Kijk je met de ufo mee, dan zie je een schaakpatroon.
[Reactie gewijzigd door Eric van Ballegoie op 23 juli 2024 15:02]
Ik wilde nog even aangeven dat (ondanks dat doel van het anders gebruiken van de test aan het begin wellicht wat onduidelijk was) ik het wel waardeer dat hier aandacht aan besteed wordt.
Het hele concept van motion clarity wordt vaak over het hoofd gezien en naar mijn mening maakt dit (zeker ook bij games) toch best veel uit.
Daarnaast zijn er vaak nog veel te veel misverstanden over wat toch eigenlijk wel vaak genoeg besproken is inmiddels.
Zoals laatst, toen gingen m'n teennagels ook weer krom staan toen een random tech Youtuber (met redelijke following) aangaf dat je maar beter niet competitive kon gamen op TV X want de input lag was wel 15ms in 60hz en wel 6ms in 120hz terwijl ''alle gaming monitoren ongeveer op 1ms zitten''.
Yikes... respons times en input lag door de war. En ook niemand in de comment sectie die meneer er even op wijst dat (pixel-)response times niet gelijk staan aan input lag en zelfs meneer z'n gaming monitor met ongeveer 4.2ms input lag te maken heeft in 144hz stand (naast dat een 1ms gray-to-gray pixel response time ook al zwaar overdreven is). Dan was die 6ms input lag van een 65'' TV op slechts 120hz toch eigenlijk zo slecht nog niet
[Reactie gewijzigd door Brutal1ty op 23 juli 2024 15:02]
Eric van Ballegoie heeft het al mooi uitgelegd. Je wilt namelijk de bewegingsonscherpte (ghosting is daarbij een factor) veroorzaakt door het scherm vangen en niet de onscherpte veroorzaakt doordat de ogen/camerasensor een snelheidsverschil hebben met het te traceren object (slechte tracking).
Dan gaat de focus on rol spelen (brandpuntsafstand).
Een CMOS sensor is maar een onderdeel van een camera, net als het netvlies maar een onderdeel is van het oog. Het lijkt mij onwaarschijnlijk dat het qua werking veel verschilt. Beiden zenden namelijk een elektrisch signaal uit onder invloed van licht. CMOS zal wel ongetwijfeld sneller zijn en gevoeliger.
Wat nu objectiever is. Ik denk persoonlijk dat iets dat de menselijke waarneming nabootst, beter is dan een interpretatie van een statische meting.
Het lijkt mij onwaarschijnlijk dat het qua werking veel verschilt. Beiden zenden namelijk een elektrisch signaal uit onder invloed van licht. CMOS zal wel ongetwijfeld sneller zijn en gevoeliger.
Bedankt voor je antwoord, maar hiermee geef je wel aan dat je niet echt bekend bent met relevante overwegingen wat betreft de werking van het menselijke zicht. Dat ze allebei een elektrisch signaal uitzenden onder invloed van licht is eigenlijk de enige overeenkomst die er bestaat tussen CMOS en het netvlies. Die elektrische signalen, en de kanalen waar deze door verstuurd worden, hebben totaal andere eigenschappen wat betreft temporele en spatiële integratie. De latere verwerking door een chip in de camera en de rest van het brein zijn natuurlijk ook behoorlijk verschillend. Wat ik je met zekerheid kan zeggen is dat het menselijk oog veel gevoeliger is dan de gemiddelde sensor in een peperdure spiegelreflexcamera, en dat het menselijk oog een veel groter dynamisch bereik heeft dan zelfs de duurste sensors voor specialistische toepassingen. Je moet dus niet zomaar aanbevelingen doen over testmethodiek zonder dat je daar bronnen voor hebt.
[Reactie gewijzigd door Dorstlesser op 23 juli 2024 15:02]
En welke relevante overwegingen mogen dat dan wel zijn? Aangezien je pretendeert deze kennis wel te hebben.
Die elektrische signalen, en de kanalen waar deze door verstuurd worden, hebben totaal andere eigenschappen wat betreft temporele en spatiële integratie
Je spreekt over integratie van ruimte en tijd, maar wat wil je hiermee nu zeggen?
Dat de interpretatie van deze signalen in het brein anders verloopt dan een beeldprocessor is logisch.
Maar ik zie niet de relevantie daarvan met betrekking tot de perceptie van bewegingsscherpte, want daar gaat het bij de Blurbusters om.
Je hoeft geen specialist te zijn om te beseffen dat iets scherper in beeld is door het met de ogen te volgen. Of dat een camera met vaste sluitertijd een scherpere foto maakt als deze het object volgt.
We hebben het niet over 2 beelden die tot een geheel samengevoegd moeten worden.
Verder doe ik ook geen aanbeveling, maar wijs ik tweakers.net erop dat de ufo test niet op de juiste wijze is gedaan en dus foutief. Ik geef nota bene een link waarin de methodiek beschreven wordt.
[Reactie gewijzigd door CMT op 23 juli 2024 15:02]
Je spreekt over integratie van ruimte en tijd, maar wat wil je hiermee nu zeggen?
Met spatiële en temporele integratie, specifiek met betrekking tot de verwerking van visuele input, bedoel ik de processen waarmee visuele signalen die optreden op verschillende plekken en op verschillende momenten gecombineerd worden door een brein (of camera) om een visueel percept (of foto) te produceren. Doordat een camera een sluitertijd heeft, en het oog niet, treedt bij camera's ghosting/blurring op die bij ogen niet optreedt. Als een camera (of het onderwerp dat wordt gefotografeerd) beweegt tijdens de sluitertijd, zal dit blur/ghosting veroorzaken op de foto. Dit gebeurt in het menselijk oog niet, maar er treedt wel andere 'blurring' op in het oog doordat cellen in het oog ook niet onmiddelijk op verschillen in belichting kunnen reageren. Echter, dit gebeurt op een manier die afhankelijk is van waar gefocusd wordt, van contrastniveaus en kleuren in de directe omgeving, van de beweging van het oog en van de totale hoeveelheid licht; allemaal zaken die bij een CMOS geen rol spelen. Of een pursuit camera een realistisch beeld geeft van hoe een mens iets waarneemt, hangt ervan af of de blurring die een camera ervaart overeenkomt met wat bij de mens gebeurt. Zonder bewijs hiervoor is dit een zinloze aanname die meer kwaad doet dan goed. Daarnaast is het menselijk oog minder gevoelig voor beweging op de plek waar gefocusd wordt, en veel meer gevoelig voor beweging in de periferie. Een CMOS is overal even gevoelig voor beweging.
Of dat een camera met vaste sluitertijd een scherpere foto maakt als deze het object volgt.
Klopt, maar een beeld op een scherm is geen object, en dat is nou net de crux. Als je, zoals BlurBusters voorstellen, een sluitertijd kiest die langer is dan de tijd van een framepje, en je volgt de 'ufo' op het scherm met je camera, dan zullen altijd meerdere, afzonderlijke UFO's op verschillende plekken gefotografeerd worden (als je sluiterijd 4 keer zo lang is als een frame, neem je de UFO op 4 afzonderlijke plekken op). Daarnaast zorgt de verplaatsing van de camera tijdens een stilstaand framepje ervoor dat ook dat ene framepje uitgesmeerd raakt. Dit leidt allebei tot blurring/ghosting op een foto op manierne die bij het menselijk oog niet optreden.
Verder doe ik ook geen aanbeveling, maar wijs ik tweakers.net erop dat de ufo test niet op de juiste wijze is gedaan en dus foutief. Ik geef nota bene een link waarin de methodiek beschreven wordt.
Dat lijkt mij dus de definitie van een aanbeveling.
[Reactie gewijzigd door Dorstlesser op 23 juli 2024 15:02]
Okee, maar deze spatiële en temporele integratie vindt plaats op een heel klein gebied dat met de ogen gevolgd wordt. Namelijk de ufo zelf en wat er direct omheen zit. Dat bevindt zich dan in het center van het gezichtsveld. De periferie van het gezichtsveld en al dan niet hogere gevoeligheid voor beweging daarbij speelt dan geen rol.
Uiteraard maakt een camera maar een moment opname, terwijl het zien met de ogen integraal en continue is. Maar dat wil niet zeggen dat er geen benadering gemaakt kan worden van de bewegingsonscherpte die waargenomen wordt.
Dat hoeft niet perse wetenschappelijk onderbouwd te worden, maar kan empirisch bepaalt worden met trail & error zoals ze bij blurbusters doen (spelen met de sluitertijd en vergelijken met de eigen waarneming).
Het is ook absoluut geen heilige graal, maar wel het beste wat we hebben op dit moment.
Wetenschappelijk onderzoek naar dit onderwerp zou ik erg toejuichen, maar volgens mij is de belangstelling daarvoor niet zo groot of de materie te complex/groot van omvang.
Dat lijkt mij dus de definitie van een aanbeveling.
Dat hoeft niet perse wetenschappelijk onderbouwd te worden, maar kan empirisch bepaalt worden met trail & error zoals ze bij blurbusters doen (spelen met de sluitertijd en vergelijken met de eigen waarneming).
Klopt, klopt. Dit is in de praktijk de beste manier om het aan te pakken (en uiteindelijk ook wetenschappelijk als het systematisch gebeurd). Waar ik me aan ergerde is dat zo'n pursuit camera nu unaniem door iedereen als onmisbaar wordt gezien terwijl de argumenten ervoor beperkt zijn. Laat ik het anders zeggen: het idee dat je een pursuit camera moet gebruiken om ook maar iets zinnigs te kunnen zeggen over responsetijden e.d. klopt gewoon niet. Het is een koud kunstje om met een statische camera enkele tientallen foto's te maken van zo'n UFO op verschillende schermen. Als je gemiddeld veel meer ghosting/blur op scherm 1 ziet dan op scherm 2, mag je gewoon concluderen dat scherm 1 beter is op dit gebied.
Een pursuit camera heeft ook beperkingen, zoals dat het blur/ghosting bij 60 Hz overschat t.o.v. 120 Hz of 240 Hz. Volgens mij kan je met een pursuit camera gewoon helemaal niet vergelijken tussen verschillende framerates. Dat kan alleen maar met een statische camera, ook al is dat ook niet perfect.
In welke zin prijs of raad ik blurbusters aan op tweakers.net?
Nouja, je zegt dat ze de test op tweakers niet goed uit hebben gevoerd en verwijst ze naar blurbusters; dat voelt toch wel redelijk als een aanbeveling voor die specifieke methode van blurbusters. Ik snap je commentaar wel; je mag van blurbusters verwachten dat ze hier veel kennis over en ervaring mee hebben, maar als je hun website bekijkt vind ik hun argumenten niet super overtuigend.
[Reactie gewijzigd door Dorstlesser op 23 juli 2024 15:02]
Wat Eric zegt, heb het ook wat verder uitgelegd in de eerdere 240Hz-roundup. Van belang bij pursuit-foto's is ook dat de sluitertijd van de camera vrij lang moet zijn (minstens 4x de refresh rate). Dit omdat je ogen niet echt een 'sluitertijd' hebben, maar als het ware continu nieuwe informatie blijven ontvangen. In combinatie met de continue beweging van je oog zie je daardoor ook die bewegingsonscherpte bij displays die het beeld laten staan tot aan de volgende refresh, ook al heeft het paneel responstijden van 0,1 ms. Door die lange sluitertijd op de camera te gebruiken, samen met pursuit tracking, worden die effecten gesimuleerd.
In combinatie met de continue beweging van je oog zie je daardoor ook die bewegingsonscherpte bij displays die het beeld laten staan tot aan de volgende refresh, ook al heeft het paneel responstijden van 0,1 ms.
Zoals ik ook aan Eric antwoordde: dit is lang niet in alle relevante situaties zo. Bij race-games blijven je ogen juist statisch terwijl het beeld continue langsglijdt, en in games waar je meerdere tegenstanders tegelijk moet volgen springt je oog juist heen en weer. Sowieso zijn in veel natuurlijke situaties saccades juist vrij abrupt en afgewisseld met periodes van statische focus. Continue tracken gebeurt zeker ook, maar dit is geen 'standaard' situatie.
Door die lange sluitertijd op de camera te gebruiken, samen met pursuit tracking, worden die effecten gesimuleerd.
Dit betwijfel ik dus ten zeerste. Hoewel je de beweging van het oog tijdens continue tracken simuleert, simuleer je natuurlijk niet de interne processen van het menselijk zicht hiermee die zich in de retina en het brein afspelen. Het zijn juist die processen die perceptuele artefacten veroorzaken. Daarvoor heb je een perceptueel model nodig (en echt niks anders). Nu kan het zijn dat een camera per toeval een goed perceptueel model biedt, maar de kans is reeëler dat je andere artefacten krijgt dan die in werkelijkheid bij mensen optreden. We kunnen lang of kort discussiëren over wat er waarschijnlijker is, maar zonder het te testen, weet je dit niet.
Eén bron van artefacten die je bij het gebruik van een pursuit camera hebt, maar niet bij het menselijk oog, ontstaat doordat een pursuitcamera zich verplaatst terwijl het beeld op het scherm nog stationair is. Een beeldje wordt bv. voor 16 ms getoond op één specifieke groep pixels; tijdens die 16 ms verplaatst de camera zich waardoor het beeld op de sensor uitgesmeerd wordt. Iets vergelijkbaars gebeurt wellicht in het menselijk oog ook, maar niet op dezelfde manier, en zeker niet bij statische focus en tussen saccades.
Deze techniek zal altijd sterkere ghosting/blur vinden bij 60Hz dan bij 240Hz, ook wanneer dit er perceptueel niet is, omdat je bij 1/60 seconden meer verplaatsing hebt van de camera dan bij 1/240 seconden, ook wanneer er geen enkel artefact op het scherm aanwezig is in beide situaties (ideale perfecte situatie). Het menselijk oog is niet gevoeliger voor blur/ghosting bij 60 Hz of 240 Hz, omdat de temporele integratie van het menselijk zicht onder gelijke belichting constant is; een pursuit camera heeft in die twee situaties een andere sluitertijd, waardoor de temporele integratie anders is en je de camera meet, niet het scherm.
Met een statische camera meet je objectief alleen de artefacten die het scherm veroorzaakt. Met deze objectieve informatie kan je alle kanten op.Door de camera mee te laten bewegen introduceer je artefacten die uniek zijn voor de camera en die het beeld wat objectief op het scherm staat juist aan het zicht onttrekken. Als je geluk hebt, is je camera een goed model voor het menselijk oog in één specifieke praktijksituatie maar niet in andere situaties. Ik wil niet zeggen dat ik nu wel weet hoe het precies moet, maar ik kom weinig echt goede argumenten tegen voor het gebruik van een pursuit camera.
[edit] Met een statische camera met zeer korte sluitertijd heb je wel het probleem dat ghosting/blur niet constant is in de tijd; net na een nieuwe frame heb je meer artefacten dan net voor een nieuwe frame. Afhankelijk van waar in een frame je precies de foto neemt kan je dus de hoeveelheid ghosting/blur over- of onderschatten. Dit kan je opvangen door over veel foto's te middelen. Als je voldoende foto's neemt kan je de werkelijke respons van het scherm met arbitraire grote nauwkeurigheid meten. Daarnaast kan je ook met een korte sluitertijd het probleem hebben dat je de overgang tussen twee frames fotografeert, in plaats van wat er op één frame gebeurt. Deze frames zullen meer ghosting laten zien en kan je weggooien; ofwel omdat ze duidelijke outliers zijn ofwel omdat je weet dat een specifiek percentage van je foto's die overgang moet fotograferen (1 op de 16, gemiddeld, bij 60 Hz scherm en 1 ms sluiterijd).
[Reactie gewijzigd door Dorstlesser op 23 juli 2024 15:02]
Technisch gezien hadden jullie je het complete onderzoek kunnen sparen. Door het feit dat de Philips de HDMI 2.1 standaard niet ondersteunt wint de LG automatisch. Dat maakt het een wat vreemde primaire vraagstelling, dan wel een hoogst opmerkelijke productkeuze.
Verder moet ik wel zeggen dat het vooral een erg interessante uiteenzetting vormt die enige nadelen van de huidige OLED techniek helder weergeeft. Helaas mis ik hier (Safari, iPhone) foto’s van de kijkhoeken om hier een goede indruk van te kunnen geven en of de Philips überhaupt in staat is bepaalde videoverbeteraars in te zetten voor TV gebruik, of dat dit volledig achterwege is gelaten. Dat er geen tuner in zit moet met de gemiddelde box van de provider overigens toch geen probleem zijn?
Tot slot vraag ik me af waar je bij Philips dan voor betaalt? Er zit nog niet eens een netwerkaansluiting op om het AmbiLight (wat is het verschil met -Glow?) te synchroniseren met Hue als ik het goed begrijp?
m het AmbiLight (wat is het verschil met -Glow?) te synchroniseren met Hue als ik het goed begrijp
Ambilight mag alleen gebruikt worden (rechtenkwestie) door TP Vision (de maker van Philips televisies in een joint venture met TPV Technology sinds 2012 ). Nu wilde MMD (de maker van Philips monitors sinds 2009 onder de vlag van TPV Technology) een gelijksoorting iets introduceren met de introductie van hun 43" Momentum monitor, maar lopen ze tegen die rechtenkwestie aan. Hoewel inmiddels zowel MMD alsmede TP Vision van hetzelfde Chinese bedrijf zijn, mogen ze de exclusieve Ambilight rechten niet delen. Hierdoor kwam Ambiglow tot leven.
Kan je Ambiglow vergelijken met Ambilight? Nee, in de verste verte niet. Als je denkt dat je met Ambiglow ook maar in de buurt komt van Ambilight dan kom je absoluut bedrogen uit. Dit mag dan ook geen reden zijn om voor een scherm van MMD te kiezen.
Zelf heb ik destijds de 43 inch Momentum een paar dagen in huis gehad en hoewel ik een groot Philips (TP Vision) fan ben van televisies, moet ik je zeggen dat de MMD Philips monitoren alleen op papier een goede keus zijn. Alle specificaties zijn er - HDR1000, lage inputlag, 4K etc. etc. maar de uitwerking is erg goedkoop. Het voelde echt aan als een budgetscherm (zat ook voor de specs echt in de budgetrange) en is dan ook retour gegaan. Ik vermoed dat dit identiek zal zijn met het 55" broertje. Hoewel dit laatste natuurlijk speculatie is doet dit artikel het vermoeden wel een beetje bevestigen. If so: links laten liggen!
Ik vind het toch zeer kort door de bocht dat de Philips door afwezigheid van HMDI 2.1 sowieso al verliest. 90% van de consumenten hebben dit waarschijnlijk niet nodig, het zijn enkel mensen die op sites als Tweakers die zich blind staren op zulke specs.
De Philips zou naar mijn mening inclusief HDMI 2.1 ook verloren zijn, want LCD VS. OLED... Maar als je een tv gebruikt voor wat het uitgevonden werd, nl. televisie kijken, heeft die HDMI 2.1 absoluut geen toegevoegde waarde. Mensen die niet weten wat dit is, zullen dit ook nooit missen.
De primaire vraagstelling is welk toestelling het beste beeld biedt bij je nieuwe console. Het beste beeld bij games is het soepelste beeld. Daar ontbreekt het de Philips aan de mogelijkheden tot variable refresh rate en het kunnen weergeven van hogere framerates bij 60fps op z'n native resolutie.
Simpel gezegd is deze TV dus gericht op precies die 10% van de consumenten die met dit toestel niet bediend worden. Die overige 90% eigenlijk ook niet, want de doorsnee consument zal de Netflix / Prime / YouTube apps en een tuner missen.
De enige doelgroep die ik me kan bedenken waarvoor dit toestel mogelijk wel interessant is, zijn PC gamers.
Geen, maar ik reageerde op de stelling dat HDMI 2.1 belangrijk is voor pc gamers. Dat lijkt me niet t geval als het scherm in kwestie dp1.4 heeft zoals de Philips in deze test.
[Reactie gewijzigd door Vizzie op 23 juli 2024 15:02]
Het beste beeld is niet het soepelste beeld, het soepelste beeld is het soepelste beeld. Gamen op 120hz zorgt voor enorm veel compromissen op de grafische settings en zorgt dus rechtstreeks voor minder goede beeldkwaliteit.
Het missen van VRR aan de andere kant is wel echt een afkeurpunt. Een nieuwe TV voor console gaming kopen zonder VRR is, tenzij je het budget er gewoon niet voor hebt, absoluut onhandig.
Ik ben het erover eens dat de Philips over zo goed als de volledige lijn een inferieur toestel is hoor, ik ben het er enkel niet mee eens dat dit het mindere toestel is enkel en alleen al omdat die geen HDMI 2.1 heeft.
Indien het verhaal omgekeerd was, de Philips met HDMI 2.1 en de LG OLED met HDMI 2.0, zou ik toch zonder pinken voor die OLED kiezen hoor.
Dit is zeker niet bij alle games het geval. Bij grafisch minder veeleisende games (Ori) is daar helemaal geen sprake van, en ook bij de nieuwe Call of Duty valt het verschil behoorlijk mee. Bij Dirt 5 is het verschil groter, maar dat hangt dus wel van de game af.
Het is gewoon vreemd dat deze twee schermen tegen elkaar opgezet worden, terwijl één ervan noch 120 Hz, noch VRR ondersteunt...
Je vergelijkt hier "beeldkwaliteit" met de visuals van een game, ofwel de kracht van het systeem wat op het beeld aangesloten staat.
Uiteraard is de game die je speelt op 120Hz op dit moment minder mooi, maar dit is niet omdat de beeldkwaliteit slechter is op 120Hz. Het systeem wat de beelden aanlevert (in dit geval XSX, PS5 of PC) is niet krachtig genoeg om dezelfde visuals te tonen op 120Hz als die doet op 60Hz. Dit maakt de kwaliteit van het scherm niet minder goed.
Je kan natuurlijk ook stellen dat een "simpele" 2D game met mooie visuals er ook heel mooi uit kan zien op zowel 120 als 60Hz, maar dat 120Hz dan beter is, omdat het soepeler is (ervan uitgaande dat het systeem krachtig genoeg is om dezelfde visuals te tonen).
Maar dat is juist het punt van deze review. Het beste beeld bij je nieuwe console (letterlijke titel van de 'review'). Imho staan deze twee tv's mijlenver van elkaar vandaag vanwege onder andere HDMI 2.1. Iets wat nu standaard ondersteund wordt door de nieuwe generatie consoles. OLED / LCD is opzich niet zo'n probleem, een LCD kan bijvoorbeeld beter zijn bepaalde donkere games / scenes omdat je bij OLED snel
'black smearing' krijgt. Dat zou een goede vergelijking zijn, maar als de aansluitingen en mogelijkheden hiervan al niet gelijk zijn en niet voorbereid op de toekomst van de nieuwe generatie consoles zou deze al niet eens in de review thuishoren voor mijn gevoel.
Ook vrij gek om een tv monitor “momentum” te noemen als dat nou precies is wat er bij deze tv lijkt mis te gaan. Geen HDMI 2.1 en een paneel dat op cruciale onderdelen slechter scoort dan de concurrentie. Dan loop je nog voor de launch eigenlijk al achter de feiten aan.
[Reactie gewijzigd door r03n_d op 23 juli 2024 15:02]
Het is dan ook een monitor en geen tv. Op dit scherm kan ik gerust de hele dag mijn bureaublad tonen, zonder dat er iets inbrand. Voor mij is de Momentum de betere keus. Dat iemand bij marketing dacht dat ze op deze manier nog een graantje mee kunnen pikken van de game console spelers is begrijpelijk. Maar daar is dit scherm en zijn voorgangers niet op toegespitst. Dit is een pc monitor.
In een vorig achtergrond artikel van Tweakers heb ik juist gelezen dat hdmi 2.1, en dus 120fps op 4k, enkel van toegevoegde waarde is voor de hardcore gamer en dat je met name meer ziet in snelle actie. Maar dat betekent toch niet perse dan op 60fps het beeld per definitie minder kwaliteit heeft?
Dat betekent dus per definitie dat het beeld een mindere kwaliteit heeft, want 120fps is nu eenmaal een soepeler ervaring. VRR, wat eveneens niet wordt ondersteund, vangt daarbij situaties af wanneer de framerate niet kan worden vastgehouden en zorgt dus eveneens voor een soepeler en mooiere ervaring.
Er valt genoeg voor te zeggen dat 60 fps natuurlijk al een flinke verbetering is voor console gamers die vooralsnog gelukkig waren of zelfs mochten zijn als er een stabiele 30 fps werd vertoond en ik kan me voorstellen dat niet-hardcore gamers 60 fps volstrekt genoeg vinden. Maar te stellen dat HDMI 2.1 voor gamers geen meerwaarde heeft daar kan ik niet in meegaan, het heeft juist meerwaarde voor gamers.
Daarnaast zijn de nieuwe consoles juist voor de hardcore gamer gedacht. Een niet-hardcore gamer kan alle spellen nog perfect op z'n PS4(pro) of Xbox One spelen de komende tijd. Dus ook daar wordt de mismatch weer pijnlijk duidelijk tussenhet beoogde doel en de geboden feature set.
[Reactie gewijzigd door Cid Highwind op 23 juli 2024 15:02]
Het is 1 aspect, dus je kan absoluut niet stellen dat tv's die 120 fps ondersteunen per definitie beter beeld
geven dan tv's die 60fps ondersteunen.
Daarnaast ook een citaat uit het achtergrond artikel van gisteren:
Het is dan ook niet verwonderlijk dat diverse ontwikkelaars de multiplayermodus van hun spel een 120fps-modus geven, terwijl ze voor de singleplayercampagne kiezen voor 60fps met meer grafische praal.
Oftewel: Op 60fps lukt het ontwikkelaars om grafisch meer te laten zien. Het hangt er dus ook vanaf wat voor gamer je bent, ga je voor single player, of multiplayer. Het is echt te kort door de bocht om te stellen dat je de test niet hoefde uit te voeren en alleen maar naar tv specs kan kijken of je scherm 120 fps ondersteunt.
Ik vind het vreemd dat Philips zo duur is in Nederland. In China is Philips dankzij een lokale producent best groot maar daar kost een schermpje nagenoeg niks (net een 55" 4K gekocht voor 275 euro). OLED is wel duurder maar nog steeds verre van. Ik krijg dan ook een wrang gevoel bij Philips in NL dat ze zich dankzij hun naam hoog positioneren terwijl het eigenlijk helemaal niet meer zo'n geweldig merk is.
Inderdaad. Persoonlijk lijkt me 43 inch de een betere schermgrootte voor een scherm die dienst moet doen als (game) monitor.
Je hebt vaak de neiging om dicht op je scherm te willen zitten of de ruimte niet om er fatsoenlijk ver van te gaan zitten, dat 55 inch me toch te groot lijkt.
Alleen ervaar ik dat het aanbod 43" kleiner is/wordt. 🙁
Is de keuze tussen de Samsung Q95T en de LG CX niet interessanter. Beide HDMI 2.1 maar 1 heeft QLED en de ander OLED. Een heeft inbrandt gevaar, de ander mindere zwart waardes, VVR op 120 vergelijken, etc. Kortom, ik overweeg niet eens een Philips zonder HDMI 2.1 voor een nieuwe console, vrij kansloos artikel of is het een advertorial?
Burn in is sinds de C7 bij normaal gebruik al geen probleem meer. Hier heeft LG tig technieken voor ingebouwd om dit te voorkomen.
Kijk maar eens naar de duurtests die ze bij rtings.com hebben lopen.
Dat de eerste generaties dit hadden betekend niet dat ze het nog steeds hebben. Dit is ook weer zo'n mythe die mensen blijven geloven en vol blijven houden.
Bij extreem gebruik moet je echt geen OLED nemen hoor. Kijk naar de Fifa en CNN tests. Maar goed, dat is extreem gebruik. De tests die ze bij rtings doen zijn 5 uur aan en 1 uur uit, 4 keer per dag. Je moet denk ik niet 10-12 dagelijks CNN, dezelfde game, etc. doen op een dergelijke tv.
nee dat kan ik beamen, na maandenlang alleen minecraft te draaien zag ik tijdens lord of the rings nog quickbar, hartjes en schildjes onderin het scherm. grootste gevaar met inbranden blijft logo's die non stop onverandert op het scherm staan. Heb nog geluk gehad dat het na een weekend non stop video te draaien met geen stilstaande logo het weer weg was. (mijn moeder had het destijds met het speciale big brother kanaal waar het logo ingebrand was en die is nooit weggegaan)
Is het niet dat die van rtings in een locatie staat zonder ramen er in? Ook gaat het een stuk harder als je aan de ene kant de cpu, gpu, voeding er tegen aan hebt branden, en aan de andere kant de zon. Bijvoorbeeld met apps als YouTube of npo gemist.
Ook kan je lastig iemand zijn burnin ongedaan maken door zelf de test te doen. En een ander resultaat te krijgen.
Bedoel je normaal gebruik als TV of normaal gebruik als monitor. Want dat is toch een beetje de vraagstelling van dit artikel. Dat je naast gamen dus ook als monitor gebruikt. Ik vind het formaat persoonlijk te groot, maar zou een OLED momenteel sowieso niet overwegen ivm inbranden. Je moet dat echt managen, anders kun je over een jaar of 2 alweer een nieuw scherm halen.
De Q95T is wel een tikkeltje duurder though. Ik zit zelf nog steeds te twijfelen tussen de Q80T (goedkoper) vs de LG CX. Momenteel een 5 jaar oude 4K tv van Samsung die toen al 400 euro was en daar ben ik ook tevreden mee, ik wil gewoon meer inches dit keer. Is de Q80T niet goed genoeg om vergeleken te worden met de LG CX?
Ik zou graag zien, hoewel een andere prijsklasse, hoe de LG 55NANO866NA (hdmi 2.1 & 120fps LCD) zich verhoudt t.o.v. de gevestigde LG OledCX orde. De LCD is een van de weinige goedkopere opties die nog interessant lijkt, want ondersteunt hdmi vrr e.d.
Ik zie dat ik in mijn post naar de 55" verwijs, maar ik ben eigenlijk geïnteresseerd in een kleinere TV. Liefst zou ik een 43" willen, maar omdat daar geen keuze is in 120hz/hdmi 2.1 moet ik uitwijken naar 49". De enige optie is dan de LG 49NANO866NA of een relatief dure OLED.
Maar thanks voor de tip. Hij is overigens wel 250e duurder dan de LG LCD equivalent en kruipt qua prijs dan wel heel dicht tegen OLED aan.
Zou dit ook wel graag op Tweakers voorbij willen zien komen.
Gelukkig bestaat ook deze test: https://www.rtings.com/tv/reviews/lg/nano85
Nano 85 is de gelocaliseerde versie voor Amerikaanse markt, 86 is die wij hier krijgen.
Ik heb ook interesse in die LG maar in denk dat ik eerder voor de 49 inch zou gaan. Ik ben alleenstaande en woon alleen dus een nieuwe Xbox Series X van 500€ + een oled tv van 1300€ vind ik persoonlijk wat teveel van het goede. Ik speel ook vooral Fifa 21 en af en toe eens een andere game via gamepass. Mijn (am)oled phones (Samsung S3, S5 en S7) hadden allemaal last van ingebrande iconen. Mijn S10E had er dan weer geen last van maar bij dat toestel zette ik de helderheid nooit maximaal en heb hem na een jaartje ook al verkocht wegens de slechte accuduur.
Toch is Philips’ poging niet helemaal succesvol, zoals blijkt uit deze head-to-head met LG’s OLED55CX6LA. Op vrijwel ieder testonderdeel wint het toestel van LG, soms zelfs met ruime voorsprong.
Ik lees deze quote met enige tegenstrijdige gedachtes in mijn hoofd. Alsof in de tweede zin met "het toestel" die van Philips wordt bedoelt, en deze op elk testonderdeel wint van LG. Maar het is net andersom
Ik mis ook nog het deel van het gebruiksvriendelijkheid van het menu bijv. Ik heb een lg met een magicremote wat zeer fijn werkt en het menu zelf is ook snel en prettig. Wellicht ook een toelichting waard in de vergelijking.
[Reactie gewijzigd door davevleugel op 23 juli 2024 15:02]
Niet goed voor gaming (mist HDMI 2.1) en niet goed voor de 'normale' televisiekijker (mist smartTV functies). Op welke groep is deze TV precies gericht, lijkt mij voor niemand interessant?
Zelf zoek ik wel een scherm zonder smart-opties. Dat doe ik liever in een lo device wat ik zelf in de hand heb en die ik kan upgraden zonder een goed scherm te hoeven vervangen.
Maar geen hdmi 2.1 / vrr is wel jammer ja. Dan had ie wel < 1000 eur mogen zijn.
Het is geen tv, maar een monitor, hij heeft zo ook geen tuner etc.
Dat hij hier getest wordt t.o.v. een tv, is omdat deze met dezelfde afmetingen ook bruikbaar is als beeldscherm voor de nieuwe generatie consoles.
Beetje alsof je een Fiat Panda met een Tesla Roadster aan het vergelijken wat betreft gaming prestaties. Een TV die niet eens HDMI 2.1 heeft is simpelweg gaming TV onwaardig als we het over next gen gaming hebben. Ik zou veel liever de vergelijking zien tussen LG en Samsung.