Bij lcd-televisies meten we het contrast altijd door middel van een ansi-contrastmeting, waarbij de helderheid van acht witte en acht zwarte vlakken wordt gemeten. Omdat er bij oled-tv's bij de weergave van zwart in het geheel geen licht van het scherm komt, valt er niets te meten. Dat levert een oneindig grote contrastverhouding op, als je tenminste in een volledig verduisterde ruimte kijkt. Kijk je in een verlichte kamer, dan beïnvloeden reflecties de zwartweergave negatief.
Het contrast is een van de belangrijkste eigenschappen als het op waargenomen beeldkwaliteit aankomt. Een correcte kleurweergave is iets minder van belang, maar daarmee zeker niet onbelangrijk voor een mooi beeld. We hebben de kleurweergave gemeten met onze SpectraCal C6-colorimeter, die we in CalMAN hebben voorzien van een meterprofiel door middel van een X-Rite i1Pro 2-spectrometer.
Een meting van de grijstinten levert een goed beeld op van de kleurweergave, want als alle tinten zonder kleurzweem worden weergegeven, zal het grootste deel van de kleuren ook correct worden weergegeven. Bovendien zien we aan deze meting of de helderheid met de juiste stappen oploopt, zodat er geen details in het beeld verloren gaan.
Van alle presets levert Bioscoop het beste resultaat op. Het beeld is een tikje te warm wat kleur betreft, maar met een gemiddelde ΔΕ2000 van 1 liggen alle afwijkingen ver onder de grens van 3, waardoor ze met het blote oog totaal onzichtbaar zijn. De gammagrafiek lijkt flinke afwijkingen te vertonen, maar dat komt door de gebruikte schaal. Het verloop is zeer goed en met een gemiddelde waarde van 2,2 worden alle grijstinten met nagenoeg de juiste helderheid weergegeven.
Bij de primaire en secundaire kleurmeting zien we opnieuw zeer nette resultaten. De grootste uitschieter is magenta; deze kleur wordt een tikje te blauw weergegeven, maar met een ΔΕ2000 van 2 is deze afwijking eigenlijk niet zichtbaar met het menselijk oog.
Hdr
De C9 ondersteunt bijna alle belangrijke hdr-formaten van dit moment: hdr10, Dolby Vision en hybrid log-gamma. Daarnaast is er ondersteuning voor Technicolor-hdr, maar content in dit formaat is bijna niet beschikbaar en lijkt er voorlopig ook niet te komen. Er is geen ondersteuning voor hdr10+, een uitbreiding bij hdr10 die dynamische metadata toevoegt en die voornamelijk bij Amazon Prime Video is te vinden. Dat is natuurlijk jammer, maar geen onoverkomelijk probleem, aangezien alle hdr10+-content ook prima zonder de dynamische metadata kan worden weergegeven. Bovendien kun je in het menu Dynamische Tonemapping aanzetten, waarmee het effect van dynamische metadata enigszins wordt nagebootst.
De maximale helderheid van oledschermen ligt wat lager dan bij de helderste lcd-tv's, waardoor je bij het kijken naar hdr, voor het beste resultaat, de ruimte enigszins moet verduisteren.
Bij de meeste hdr-schermen loopt de helderheid terug als er grote heldere vlakken moeten worden weergegeven, maar bij oleds loopt de helderheid nog wat verder terug bij heel felle beelden. Dit komt doordat oleds, net als crt's en plasma's, zijn voorzien van een automatic brightness limiter, die het stroomverbruik van het scherm beperkt bij een (bijna) volledig wit scherm. In de bovenstaande grafiek zien we dat de abl ingrijpt als er vijfentwintig of meer procent wit moet worden weergegeven. Bij het kijken naar testbeelden is dit duidelijk te zien, maar bij het kijken naar normale content valt het bijna nooit op.
Bij de weergave van een wit vlak dat 10 procent of minder van een zwart scherm beslaat, hebben we een helderheid van bijna 790cd/m² gemeten. Bij 25 procent zakt de helderheid naar 465cd/m² en bij 100 procent is er nog 148cd/m² aan helderheid over. De hoogste pieken zagen we in de Standaard-stand; bij de andere presets kwam de helderheid net een beetje lager uit. Als een wit vlak wat langer wordt weergegeven, loopt de helderheid eerst op, om na een tijdje weer af te nemen. We hebben zo een piek van 810cd/m² gemeten.
Bij het meten van hdr drukken we de afwijkingen niet meer uit in ΔΕ2000, maar in plaats daarvan gebruiken we ΔΕICtCp. Dit is omdat ΔΕ2000 nooit ontworpen was om afwijkingen van, licht uitstralende, beeldschermen uit te drukken en er bij hogere helderheden grote afwijkingen optreden. Meer over dit onderwerp lees je hier en hier. De HDR Bioscoop-modus leverde het beste resultaat op:
Bij het weergeven moeten hdr-beeldschermen helderheidspieken die boven het maximaal mogelijke liggen, afkappen en weergeven met de piekhelderheid van het scherm zelf. Daarbij gaan er dus details in de hooglichten verloren. Om wat meer detail in de helderste delen van het scherm te behouden, passen de televisiefabrikanten een bepaalde mate van roll-off toe bij het knikpunt in de electro-optical transfer function. Dat is de functie, vergelijkbaar met gamma bij sdr-beelden, die bepaalt hoe fel een bepaalde signaalwaarde daadwerkelijk moet worden weergegeven.
Door deze roll-off van de helderheid ontstaan er wat grotere afwijkingen rond het kantelpunt. Dit zie je terug in de middelste grafiek. In de bovenste grafiek zie je de afwijkingen waarbij de helderheidsfout buiten beschouwing is gelaten. Door de schaal van de grafiek lijken deze afwijkingen flink, maar het tegendeel is waar; er is een zeer kleine kleurafwijking, wat resulteert in een gemiddelde ΔΕICtCp van slechts 0,8. Hierbij is de vuistregel, net als bij ΔΕ2000, dat afwijkingen pas boven de 3 met het blote oog zichtbaar worden. Al met al heeft LG de C9 zo nauwkeurig afgesteld in de fabriek dat een kalibratie niet nodig is. Mocht je de tv toch willen kalibreren, dan kun je dat, als je beschikt over meetapparatuur en CalMAN-software, automatisch laten doen. Hierbij is bij de 2019-modellen geen losse patroongenerator meer nodig, want deze is nu in de software van de tv toegevoegd.