De technische industrie ziet siliceen als een veelbelovend alternatief voor grafeen, maar het materiaal kan niet stabiel geproduceerd worden, volgens de Universiteit Twente. De structuur van siliceen is vergelijkbaar met die van grafeen.
Nadat grafeen in 2004 ontdekt werd, is het 'tweedimensionale' koolstof door velen als wondermateriaal voor de toekomst bestempeld. Grafeen bestaat uit een enkele laag koolstofatomen die in een soort kippengaasstructuur zijn gerangschikt, en het zou onder meer voor transistors, transparante elektrodes en accu's inzetbaar zijn. De bandgap, een belangrijke eigenschap van halfgeleiders, is echter klein, wat snelle transistors in de weg zou staan.
Silicium heeft een grotere bandgap, en heeft zich al bewezen als halfgeleidermateriaal. Ook siliciumatomen kunnen in een 'kippengaasrooster' gerangschikt worden en vormen dan siliceen. Onderzoekers hoopten dat siliceen, dat voor het eerst in 2010 werd gemaakt, makkelijker dan grafeen inzetbaar zou zijn voor de halfgeleiderindustrie. Volgens onderzoekers van de Universiteit Twente zou siliceen die belofte niet waar kunnen maken, simpelweg omdat het materiaal niet als dubbellaag geproduceerd kan worden.
Wanneer siliciumatomen op een ondergrond van zilver worden opgedampt, vormt zich vanzelf siliceen: de monolaag-versie van silicium. Zodra de atomen het zilver echter bijna bedekken en er extra siliciumatomen op het siliceen landen, vormen zich spontaan kristallen silicium. Door hun energetisch gunstiger eigenschappen 'eten' de kristallijne siliciumstructuren het siliceen op: dit onomkeerbare proces vernietigt zo de siliceenstructuur. Zo is het niet mogelijk een dubbele laag siliceen te maken, wat voor transistorproductie juist wel gewenst is. Overigens laat ook grafeen zich lastig in zinvolle en kwalitatief bruikbare hoeveelheden produceren.