De Koninklijke Luchtmacht heeft de ambitie uitgesproken om in de toekomst het heelal in te gaan. Het kersverse Air and Space Warfare Center wil onder andere gaan bekijken of Defensie de beschikking moet krijgen over een eigen ruimtevaartuig.
Johan van Deventer, luchtmachtoverste en baas van het nieuwe Air and Space Warfare Center van de Koninklijke Luchtmacht, stelt in de Telegraaf dat Defensie de bedreigingen en kansen van de ruimte wil gaan verkennen. In zijn ogen moet een technologisch hoogwaardige krijgsmacht "de grenzen naar nog hoger verleggen" om zo de "Nederlandse belangen in de stratosfeer te verdedigen". Volgens Van Deventer is "Star Wars geen sciencefiction meer" en is bijvoorbeeld zeer snel manschappenvervoer naar de andere kant van de wereld straks realiteit.
Een van de opties die Defensie wil bekijken is de mogelijke aanschaf van een eigen ruimtevliegtuig. Deze zou ingezet kunnen worden om bijvoorbeeld eigen satellieten in een baan om de aarde te brengen. Daarbij wordt met name met veel interesse gekeken naar de Lynx, een klein ruimtevliegtuig dat momenteel wordt ontwikkeld voor de commerciële ruimtevaart. Het Nederlandse bedrijf Space Expedition Corporation hoopt volgend jaar de eerste vluchten vanaf Curaçao te kunnen maken. De Lynx zou met een aangepast ontwerp, waarbij het ruimtevliegtuig van een laadruimte voorzien wordt, militaire toepassingen mogelijk maken.
Binnen de NAVO werkt Nederland op ruimtevaartgebied al samen met Duitsland en Noorwegen, waarbij dat laatste land onlangs een eigen testsatelliet lanceerde. Daarnaast is de Koninklijke Luchtmacht bezig met de aankoop van nieuwe toestellen, onder andere in de vorm van drones en de omstreden F-35, beter bekend als de JSF.