Fouten van gebruikers zijn niet uit te bannen en dus zal hij of zij altijd de zwakste schakel zijn. Dat stelt beveiligings- en cryptografiegoeroe Bruce Schneier. Het is daarom zaak om software te bouwen die daar rekening mee houdt.
"Ik maak me meer druk om de menselijke factor dan de technische kant van het verhaal", zo zegt Bruce Schneier tegenover Tweakers op de RSA Conference, een beveiligingsconferentie die deze week in San Francisco wordt gehouden. "Zo lang er mensen in het spel zijn, heb je menselijke fouten. Je moet dus systemen bouwen die daarmee om kunnen gaan", aldus Schneier.
"In de meeste netwerken is de beveiliging zo zwak als de zwakste schakel", stelt de beveiligingsgoeroe. Die zwakste schakel is in de praktijk de zwakste gebruiker. "We proberen de gemiddelde gebruiker nu te 'verbeteren'. Dat slaat nergens op. We moeten systemen bouwen die ervan uitgaan dat er inbraken zullen zijn en die zichzelf daarna kunnen herstellen."
Schneier zet echter vraagtekens bij het vermogen van de ict-industrie om zijn systemen aan te passen. "We kunnen niet eens ipv6 en dnssec geïmplementeerd krijgen. Beide zijn goede oplossingen, die bepaalde problemen oplossen, goed ontworpen en verheven tot standaarden. En we krijgen ze niet geïmplementeerd." Daar valt wel een kanttekening bij te zetten: veel providers zijn momenteel hard bezig om ipv6 geïmplementeerd te krijgen en ook dnssec, een veiligere versie van het dns-protocol, wordt langzaam maar zeker geïmplementeerd.
Feit is wel dat het lang duurt voordat beide standaarden worden geïmplementeerd: ipv6 stamt al uit 1998 en rond die tijd werd ook al over dnssec gesproken. "Dat komt doordat niemand ze dwingt. Als je naar de cijfers kijkt, is het goedkoper om niet de eerste te zijn die iets implementeert, maar de laatste." Daardoor wacht iedereen op elkaar en gebeurt er niks. "Vergelijk het met het plaatsen van een blusinstallatie in je appartement. Bij het eerste appartement is het het duurst. Dus iedereen wacht."
De beveiligingsexpert zegt zich verder zorgen te maken over de enorme hoeveelheden data die bedrijven als Facebook en Google van gebruikers verzamelen, en die vervolgens door overheden kunnen worden bemachtigd. Ook maakt hij zich zorgen over overheden die digitale wapens inzetten. "Ik maak me meer zorgen om overheden en bedrijven dan om criminelen", zegt Schneier.
Waar Schneier zich in ieder geval geen zorgen om maakt, zijn de gevolgen van quantumcomputers voor cryptografie. Sommige huidige cryptografie-algoritmes, waaronder de RSA- en ElGamal-algoritmes, zijn achterhaald als quantumcomputers werkelijkheid worden. Dat komt doordat ze zijn gebaseerd op het berekenen van grote priemgetallen en het feit dat bestaande computers die berekeningen niet, of slechts na lange tijd, kunnen achterhalen. Quantumcomputers zouden dat wel kunnen, als het concept werkelijkheid wordt.
"Sommige algoritmes zullen stoppen met werken, maar er zijn andere algoritmes die het dan wel gewoon nog doen", aldus Schneier. "Het zal een flinke kluif worden om over te stappen, maar geen catastrofe." Ook zullen langere sleutellengtes moeten worden behaald. Schneier tekent overigens aan dat quantumcomputers nog lang geen werkelijkheid zijn. "Er is nog behoorlijk wat voor nodig om quantumcomputers werkelijkheid te maken", zegt hij.