In navolging van IBM heeft nu ook HP een licentie genomen op realtime backupsoftware. Terwijl IBM koos voor een eigen pakket onder de Tivoli-naam, ging HP's voorkeur echter uit naar een overeenkomst met Mendocino Software. Volgens de overeenkomst die gesloten werd, zal HP het pakket RecoveryOne van Mendocino verkopen. Het is overigens de bedoeling dat de software onder het HP-merk aangeboden zal worden. Met de realtime backup- en recoveryfuncties zou het mogelijk zijn om elke applicatie, database of bestandssysteem naar een specifiek punt in het verleden terug te zetten. Het backupsysteem zal vermoedelijk vanaf het eerste kwartaal van volgend jaar beschikbaar zijn.
Het product zal eenvoudig geïntegreerd kunnen worden in bestaande racks en zal de mogelijkheid bieden met behulp van de API's naadloos geïntegreerd te worden in specifieke software die in verschillende bedrijven gebruikt wordt. Zo zou het bijvoorbeeld mogelijk zijn het opvangen van de gegevens niet langer op de server te laten gebeuren, maar op de switch of op een andere plaats in het netwerk.
De overeenkomst met Mendocino bestaat uit drie fases. In een eerste fase zal RecoveryOne verkocht worden onder de Mendocino-merknaam. Vier tot vijf maanden later is het de bedoeling dat het pakket ondergebracht wordt in HP's eigen productgamma en dus ook een HP-label opgeplakt krijgt, om tegen het einde van volgend jaar een geïntegreerd OEM-pakket te lanceren waarin de Mendocino-technologie gebundeld wordt met verschillende andere opslagoplossingen van HP. Volgens O'Brien wil HP hiermee in eerste instantie vooral de database- en applicatiemarkt van een backupmogelijkheid voorzien, om dit geleidelijk uit te breiden naar bestandssystemen en gebruikersgegevens.