Bij EWeek is een artikel verschenen waarin de resultaten van NetEnforcer kort besproken worden. Verkeer van peer-to-peer-programma's over een netwerk zorgen voor een enorme belasting en vertraging. Vooral grote bedrijven en universiteiten hebben baat bij het gebruiken van zogenaamde traffic management tools zoals NetEnforcer. Deze week heeft Allot Communications zijn laatste versie van het programma onthuld dat de controle kan houden over 100.000 computers. Ook het 'porthoppen' dat peer-to-peer-programma's gebruiken om zichzelf te verbergen kan worden gescand en zo worden gestopt.
Het grootste probleem op de Carnegie Mellon University was het feit dat studenten de uitwisselingsprogramma's niet goed afsloten. Men dacht dat de uitwisseling gestopt was, maar deze ging vaak gewoon in geminimaliseerde vorm door. Na het installeren en gebruiken van NetEnforcer werd er redelijk wat bandbreedte vrijgemaakt onder de 11.000 studenten. Vorig jaar zorgden de bekende P2P-programma's op een gegeven moment voor meer dan de helft van het uitgaande verkeer. Kevin Miller, systeembeheerder op de universiteit, heeft er het volgende over te zeggen:
Basically, people on campus were being servers for the rest of the world," Miller said, adding that users often minimize P2P applications, thinking that they have closed them. Many people were unaware of the outbound traffic. In many cases, it was not obvious that the system was still running.
[...] P2P-related traffic accounted for more than half the outgoing traffic at one point last year, Miller said. Setting a cap on P2P traffic helped free some bandwidth, and Miller used additional software to impose a quota system on individual computers most responsible for the problem, he said.