De lancering van de eerste 3d-geprinte raket is zaterdag twee keer op het laatste moment afgeblazen. De motoren van de eerste trap waren tijdens de eerste poging al gestart, maar de raket van start-up Relativity Space kwam niet van de grond.
De raket zou in eerste instantie zaterdag om 13.45 uur lokale tijd gelanceerd worden, maar dat werd al een uur naar achteren geschoven vanwege harde wind op grote hoogte. Vlak voor de lancering werd deze afgeblazen, nadat de negen Aeon 1-motoren van de eerste trap vrijwel direct na de ontsteking werden uitgeschakeld. Volgens Relativity Space viel dat te wijten aan 'een corner case in de automatisering van het ontkoppelsysteem van de rakettrappen'.
Om 16.00 uur lokale tijd werd een nieuwe poging ondernomen, maar ditmaal werd de lancering al afgebroken voordat de motoren werden ontstoken. De start-up schreef dat toe aan een te lage brandstofdruk op de bovenste trap. Omdat dat richting het eind was van het lanceervenster, kon er zaterdag geen derde poging ondernomen worden. Relativity Space heeft nog geen nieuwe lanceringsdatum medegedeeld.
Op 8 maart vond de eerste lanceerpoging plaats van deze raket, die de Terran 1 genoemd wordt. Toen werd deze afgeblazen vanwege een afwijkende temperatuur van de vloeibare zuurstof in de tweede trap.
De Terran 1-raket van Relativity Space is uniek omdat deze voor een groot deel uit 3d-geprinte onderdelen bestaat. 85 procent van de massa komt uit de printer, waaronder zijn volledige structuur en tien van de motoren van de eerste en tweede trap. Volgens de start-up moet het hierdoor op termijn mogelijk zijn om raketten sneller en goedkoper te bouwen. Uiteindelijk wil het bedrijf minstens 90 procent van het ruimtevoertuig van 3d-geprinte onderdelen maken.