Joseph Sullivan, het voormalig beveiligingshoofd van taxidienst Uber, heeft zich schuldig gemaakt aan het verzwijgen van een groot datalek in 2016, oordeelt de jury van een federale rechtbank in San Francisco. Hierbij zijn de gegevens van 57 miljoen klanten en bestuurders gestolen.
Sullivan is schuldig bevonden bij twee aanklachten: het belemmeren van de rechtsgang en het opzettelijk verzwijgen van een misdrijf, schrijft het Amerikaanse ministerie van Justitie woensdag. Het voormalig beveiligingshoofd is nog niet veroordeeld door de rechter. Voor het belemmeren van de rechtsgang kan Sullivan een celstraf krijgen van maximaal 5 jaar en voor het opzettelijk verzwijgen van een misdrijf maximaal 3 jaar celstraf. Het voormalig beveiligingshoofd is op borgtocht vrij en mag zijn veroordeling in vrijheid afwachten. Deze wordt op een latere datum vastgesteld.
In november 2016 heeft er een hack plaatsgevonden bij Uber, waarbij de gegevens van 57 miljoen klanten en bestuurders werden gestolen. De hackers kwamen aan de gegevens via een repository op GitHub, die door Uber-technici werd gebruikt. Via logingegevens konden de hackers bij de data die op een Amazon Web Services-account stond. Pas een jaar na het incident trad Uber naar buiten over het datalek.
Sullivan heeft geprobeerd om het datalek te verbergen voor de Amerikaanse marktautoriteit FTC en heeft stappen ondernomen om te voorkomen dat de hackers werden gepakt. De aanklagers in de zaak zeiden in 2020 dat het toenmalige beveiligingshoofd de hackers 100.000 dollar in bitcoin liet betalen en hen geheimhoudingsverklaringen liet ondertekenen, die ten onrechte verklaarden dat ze geen gegevens hadden gestolen.
Verder wordt Sullivan beschuldigd van het achterhouden van informatie voor Uber-functionarissen die de inbraak hadden kunnen melden bij de FTC. De marktautoriteit ging de gegevensbeveiliging van het bedrijf vaker beoordelen na een hack in 2014, waarbij criminelen toegang kregen tot de gegevens van 50.000 Uber-klanten.