De Algemene en de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten hebben het afgelopen jaar minder vaak onterecht informatie afgetapt dan het jaar ervoor. Met name het afluisteren van derden is vaak niet genoeg gemotiveerd, stelt de beoordelingscommissie TIB.
De Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden, of TIB, controleerde het aantal keren dat de AIVD en de MIVD iemand afluisterden tussen april 2019 en april 2020. De TIB toetste 2355 verzoeken, schrijft de commissie in een verkort jaarverslag. In 1,7 procent van de keren dat de AIVD een bevoegdheid inzette, gebeurde dat onrechtmatig. Voor de MIVD was dat 3,1 procent. Dat is een verbetering ten opzichte van het jaar ervoor, toen de inlichtingendiensten respectievelijk in 4,5 en 5,8 procent van de gevallen over de schreef gingen.
De TIB beschrijft niet exact wat er mis ging in die gevallen. "Aandachtspunten die blijven bestaan met betrekking tot de verzoeken van beide diensten zijn onder andere de juistheid van de in de verzoeken opgenomen informatie, de inzet van bijzondere bevoegdheden op verzoek van het buitenland en de beschrijving van de technische hulpmiddelen en technische risico’s bij digitaal binnendringen, met name waar het binnendringen van derden en/of non-targets betreft", schrijft de commissie. Voor dat laatste geval wil de toetsingscommissie meer aandacht vragen bij de inlichtingendiensten door hen om meer onderbouwing te vragen.
Het jaarverslag van de TIB is dit jaar door de coronacrisis veel korter dan normaal. De commissie zegt later dit jaar met een uitgebreider rapport te komen. De inlichtingendiensten en daarmee de TIB werken met staatsgeheime informatie, waardoor vergaderingen niet op afstand te voeren zouden zijn. De informatie in het jaarverslag is daarom nu beperkt.