Een Amerikaans advocatenkantoor is een rechtszaak begonnen tegen Samsung, SK Hynix en Micron omdat de fabrikanten prijsafspraken zouden hebben gemaakt rond dram. Daardoor zouden consumenten te veel hebben betaald. Het kantoor zoekt deelnemers aan de class action-zaak.
In een aankondiging schrijft het kantoor Hagens Berman dat het op basis van eigen onderzoek heeft vastgesteld dat de fabrikanten onderlinge afspraken maakten om de voorraad aan dram kunstmatig te beperken om zo een verhoging van de prijs teweeg te brengen. In de onlangs ingediende aanklacht schrijft het kantoor dat consumenten daardoor te veel betaalden voor producten als smartphones, computers en camera's. De geheugenfabrikanten zouden in 2016 zijn begonnen met het maken van afspraken, aldus het document. In de jaren daarvoor zou de prijs van dram juist zijn gedaald door onderlinge concurrentie.
Verder zouden de drie bedrijven halverwege vorig jaar een aandeel van 96 procent van de wereldwijde geheugenmarkt in handen hebben gehad. In de periode waar de zaak over gaat, vanaf de zomer van 2016 tot in 2018, zou de prijs van dram met een capaciteit van 4GB 130 procent zijn gestegen, claimt het kantoor in de klacht. Marktonderzoeksbureau IC Insights schreef de prijsstijging in 2017 toe aan productiecapaciteit die achterbleef bij de vraag naar geheugen.
Het kantoor zoekt Amerikanen die tussen 1 juli 2016 en 1 februari 2018 bijvoorbeeld een smartphone of een computer hebben gekocht. Die kunnen zich bij de huidige class-actionzaak, oftewel groepsvordering, aansluiten. De zaak dient in Californië. Het kantoor vermeldt dat het in 2006 al eens een zaak heeft gewonnen tegen dram-fabrikanten, waarbij die een schikking van 300 miljoen dollar betaalden. Reuters meldde eind vorig jaar dat China een onderzoek begint naar mogelijke prijsafspraken onder geheugenfabrikanten.
