Dertig jaar geleden plaatste onderzoeksinstituut CERN het World Wide Web in het publieke domein. Hierdoor was iedereen met een internetverbinding in staat om via een centraal netwerk informatie met elkaar te delen.
In een intern document op 30 april 1993 deed CERN, dat tot dan toe auteursrecht had op het project, 'afstand van alle intellectuele eigendomsrechten van de code' en werd verklaard dat 'iedereen toestemming krijgt om deze te gebruiken, dupliceren, wijzigen en herdistribueren'. Een jaar later werd een nieuwe versie van de software onder een opensourcemodel uitgebracht in plaats van in het publieke domein geplaatst, zodat CERN toch nog het auteursrecht behield.
De Nederlander Walter Hoogland, een van de CERN-medewerkers die het document ondertekenden, noemt deze stap in een interview naar aanleiding van dit jubileum 'het beste wat we hadden kunnen doen en de bron van het succes van het World Wide Web, naast het World Wide Web zelf natuurlijk'. In juni 1993 telde het World Wide Web 130 pagina's. Aan het eind van 1993 waren het er al 623, waaronder pagina's voor Bloomberg, The New York Times en het Louvre Museum.
Het World Wide Web-project werd in 1989 bedacht door CERN-medewerker Sir Tim Berners-Lee. Het idee was om bestaande samenwerkings- en archiveringstools uit de academische en wetenschappelijke wereld te combineren in een nieuw systeem. In 1990 had hij het concept ontwikkeld in samenwerking met de Belgische ingenieur Robert Cailliau. Op 20 december 1990 publiceerde hij dan ook al de allereerste website.