De technici van Digital Foundry hebben voor de nieuwste aflevering van DF Retro alle tien ports van de originele Doom vergeleken en maken een ranglijst op basis van hoe goed iedere versie speelbaar is vergeleken met het origineel.
De verschillende ports van Doom, en dan zeker de oudere, moesten op meerdere manieren aangepast worden om speelbaar te kunnen zijn. Zo werd er veelal aan de resolutie en het formaat van de textures gesleuteld of moest de hele engine op de schop gaan. Ook de bediening moest aangepast worden aan de controllers van de verschillende platformen. Doordat ontwikkelaars zich in de dagen van relatief beperkte rekenkracht in zoveel bochten moesten wringen, zorgt ervoor dat de ports sterk van elkaar af kunnen wijken. Dit leidt tot zowel goede, slechte of simpelweg interessante resultaten.
De slechtst speelbare versie, bijvoorbeeld, is die voor de 3DO-console uit 1996. In fullscreenmodus draait de port veelal in minder dan 10fps en het spel heeft enorme last van input lag. Deels is dit wel vergeeflijk aangezien deze port blijkbaar in tien weken in elkaar gezet moest worden door een enkele ontwikkelaar, wat een onmogelijke opgave was.
Bij de versie voor de super Super Nintendo is het beter spelen dan bij de 3DO. Echter, om dat resultaat te behalen, moest er flink gesneden worden in de game. Zo is er geen sprake meer van een spreiding van kogels bij wapens, wat ervoor zorgt dat de shotgun meer op een scherpschuttersgeweer lijkt. Ook hebben de sprites van de vijanden geen achterzijde meer, waardoor ze altijd naar de speler gericht zijn en er dus geen mogelijkheid meer is om ze te besluipen.
De Doom-ports zijn verspreid over de jaren '90 en 2000 uitgekomen voor de Sega 32X, Atari Jaguar, SNES, PlayStation 1, 3DO, Sega Saturn, Acorn Archimedes, Game Boy Advance, Xbox 360 en PlayStation 3.