Inleiding
Samengevat
De Sony A6300 is een prima allround camera die op vrijwel alle vlakken inzetbaar is. De autofocussnelheid werkt zeer vlot, hij kan opnemen in 4k en de beeldkwaliteit is ook toegenomen. De prijs is aan de hoge kant, zeker vergeleken met de A6000 en vooral als je de camera wil gebruiken in combinatie met goed glas, want dat is duur. Andere minpunten zijn rolling shutter en oververhitting in de 4k-videomodus, het onoverzichtelijke menu en het beperkte lenzenaanbod. De A6300 is, mede door zijn prijs, niet voor iedereen interessant. Als je houdt van actiefotografie of filmen, of gewoon een goede allround camera zoekt en het geld ervoor overhebt, dan is hij zeker een overweging waard.
Eindoordeel
De aankondiging van de Sony A6300, afgelopen februari, was geen verrassing. Zijn voorganger, de A6000, was al twee jaar op de markt en hoewel die nog steeds prima verkocht, had de markt niet stilgestaan. In de A7-serie werden grote sprongen gemaakt op het gebied van autofocus, nieuwe sensoren en 4k-video, terwijl het op het aps-c E-mountfront stil bleef. Volgens een uitgelekte presentatie had de A6300 eigenlijk al in 2015 moeten verschijnen, maar om een of andere reden werd dit uitgesteld. De A6300 is niet echt de opvolger van de A6000, want deze blijft voorlopig op de markt, en als je naar het prijsniveau van de A6300 kijkt, is ook duidelijk waarom. Terwijl de A6000 bij introductie een bodyprijs van 649 euro had, vraagt Sony voor de A6300 maar liefst 1249 euro, oftewel bijna een verdubbeling in prijs.
Wat krijg je daarvoor terug? Uiteraard allerlei verbeteringen, waarbij de autofocus het meest in het oog springt. Het aantal autofocuspunten is opgevoerd van 179 naar 425 en dankzij koperen bedrading in plaats van aluminium kan de data van de sensor sneller naar de processor worden doorgevoerd. Tracking van een bewegend onderwerp werkt daardoor beduidend beter en ook de zogenaamde black-out in de zoeker is flink verminderd. De sterk verbeterde autofocus maakt het, net als bij het topmodel A7R II, mogelijk om de Sony LA-EA3-adapter voor A-mountlenzen te gebruiken, met behoud van pdaf met alle 425 af-punten. Hetzelfde geldt voor third-party-adapters voor bijvoorbeeld Canon-lenzen, die nu vrijwel instant werken.
Uiteraard zijn er meer verbeteringen, maar die zijn wat minder baanbrekend. Dat roept de vraag op of Sony zichzelf met het hoge prijsniveau niet in de voet schiet. De A6000 is nog steeds een goede camera, met een beduidend prettigere prijs, en ook de stap naar de fullframe-A7 II is niet groot. Oftewel, welke vernieuwingen biedt de A6300 nog meer en voor wie is deze camera interessant?
Vernieuwingen
Zoals gezegd is het vernieuwde autofocussysteem de meest in het oog springende verandering. Dit heeft bovendien een flinke impact op de prestaties van de camera, zowel wat af-tracking, als wat filmen en het werken met adapters betreft. Hoe de autofocus in de praktijk functioneert, lees je op de volgende pagina. We beginnen met de andere vernieuwingen, die misschien wat minder in het oog springen.
Accuduur
Er is vaak kritiek op de kleine accu's die Sony gebruikt. Niet zozeer voor de E-mount-serie, want dat zijn allemaal zeer platte camera's, maar vooral voor de A7-serie met fullframe-sensor. Het is dan ook goed nieuws dat Sony het aantal opnamen dat je met een volle accu kunt maken heeft weten op te schroeven. Dit was 360 foto's bij de A6000 en 310 met gebruik van de evf. Bij de A6300 is het 40 foto's meer, oftewel respectievelijk 400 en 350 opnamen.
/i/2001033773.jpeg?f=imagenormal)
Zoeker
De zoeker van de A6300 is op diverse fronten verbeterd. Allereerst is de resolutie verhoogd van 1,44 miljoen naar 2,36 miljoen dots. Daarmee keert de A6300 terug naar het niveau van de NEX-6 en -7, die dezelfde resolutie, circa 1024x768 pixels, gebruikten. De verbetering is merkbaar, want de beelden ogen gedetailleerder en scherper. Je vergeet daardoor al snel dat je door een elektronische in plaats van een optische zoeker kijkt. Iets wat daarbij helpt, is dat Sony nu ook een hogere verversingssnelheid gebruikt, van 120 in plaats van 60fps. Daardoor is er beduidend minder last van vertraging, maar ook van shutter lag.
In de nieuwe Hi+-modus kun je met 11fps fotograferen zonder dat de zoeker bij ieder frame een ogenblik zwart wordt, zoals voorheen het geval was. Daardoor is het veel makkelijker geworden om een bewegend onderwerp te fotograferen. Natuurlijk blijft het een elektronische zoeker, dus een lichte vertraging met de werkelijkheid zal er altijd zijn, maar het is nu wel echt minimaal en daardoor veel minder storend. Beelden ogen vloeiend.
Nieuwe sensor
Hoewel de resolutie van de A6300 ten opzichte van die van de A6000 en NEX-7 ongewijzigd is, betreft het wel een nieuwe sensor. Deze heeft niet alleen meer autofocusdiodes, maar ook met koperen bedrading in plaats van aluminium. Tegelijk heeft Sony de beeldverwerking geoptimaliseerd, waarbij er in zowel raw als jpeg lichte verbeteringen zichtbaar zijn, vooral bij hoge lichtgevoeligheden. Beelden bevatten meer details op hoge iso's, maar ook iets meer ruis.
/i/2001033775.jpeg?f=imagenormal)
Andere verbeteringen
Ook de body van de A6300 bevat enkele aanpassingen, zoals extra knoppen en standen, en een stof- en waterdichte magnesiumbehuizing. Er is nu een volledig stille modus aanwezig op basis van een elektronische sluiter. De videomogelijkheden zijn eveneens toegenomen, met ondersteuning voor 4k, SLog2/3-gamma, 120fps-1080p en een microfooningang. Op de volgende pagina lees je daar meer over.
Body en bediening
Hoewel de body van de A6300 in eerste instantie veel op die van de A6000 lijkt, zijn er toch wezenlijke aanpassingen. De A6300 is iets dikker, de achterzijde steekt 4mm verder uit, en hij is ook een stuk gegroeid in gewicht: van 344 naar 404g. Dat laatste komt vooral door de stevige magnesiumlegering. Bovendien is de A6300 de eerste Sony aps-c-systeemcamera die bestand is tegen weersinvloeden dankzij stof- en waterdichte afdichtingen.
/i/2001033777.jpeg?f=imagenormal)
De camera heeft een aantal handige extra knoppen en standen die we kennen van de A7-serie. Op het draaiwieltje vind je bijvoorbeeld de C1- en C2-modi. Dit zijn standen die je zelf kunt programmeren en dus van te voren kunt afstemmen op een bepaalde situatie. Dit was ook mogelijk met de A6000, maar daarvoor moest je het menu induiken om een stand te selecteren. Nu kun je veel sneller schakelen, bijvoorbeeld naar een geoptimaliseerde sport- of videostand met je eigen instellingen.
Er is nu een schuifje aanwezig waarmee je de functie van de knop ernaast snel kunt wijzigen. Standaard kun je hiermee wisselen tussen de af-modus en de ael-lichtmeting, maar je kunt hier ook andere functies aan toekennen, zoals scherpstellen en focuspeaking. Alle knoppen van de camera zijn bovendien programmeerbaar, zodat je de camera helemaal naar wens kunt indelen. Datzelfde geldt voor de functies in het Fn-snelmenu.
Wat we wel jammer vinden, is dat het aantal draaiwieltjes op twee is blijven steken, terwijl de bodyprijs flink is gestegen. Van een camera in deze prijsklasse verwachten we meer. Vooral omdat het draaiwiel rondom de d-pad aan de achterzijde als tweede draaiwieltje fungeert. We hadden liever nog een extra wieltje aan de voorzijde gehad, onder de ontspanknop, net als bij de A7-serie. Het draaiwieltje naast de programmaknop heeft wel wat weerstand, waardoor het niet gauw per ongeluk draait, maar dat geldt veel minder voor het draaiwiel rond de d-pad. Afhankelijk van welke functie daaraan is toegekend, kan het zijn dat de belichtingcompensatie, sluitertijd, diafragmawaarde of isowaarde spontaan gewijzigd is. Als er nog een tweede primair draaiwiel was, had je de keus om het achterste draaiwiel uit te schakelen. Nu is dat niet het geval.
Autofocus
De autofocus van de A6000 was al niet slecht te noemen, maar in twee jaar tijd is er veel veranderd. Vooral met actie kan de A6300 beter overweg, onder andere dankzij betere af-tracking. Net als bij de A7R II dansen de af-punten over het beeld om het onderwerp continu te volgen, ook als dit even uit beeld verdwijnt. Als je veel of graag actie fotografeert, zijn de 425 af-punten een uitkomst. Ook voor het tracken van wilde dieren, zoals vogels en herten, is de camera nu beter inzetbaar. Voor die doelgroep blijft een evf echter minder ideaal, omdat het gebruik hiervan energie kost, in tegenstelling tot een optische zoeker. Bij een wildlife-fotograaf komt het immers vaak voor dat hij tijden door de zoeker tuurt, in afwachting van het juiste moment.
Overigens vergt het werken met de verbeterde autofocus wel wat oefening, vooral omdat er, net als bij de A7R II, veel verschillende modi zijn: breed, zone, midden, 'flexibel punt' (s, m, l) 'uitgebreid flexibel punt' en 'af-vergendeling en flexibel punt' (s, m, l). Welke modus je kiest, is sterk afhankelijk van het onderwerp en de situatie. De letters s, m en l geven aan hoe groot het onderwerp is dat je wil volgen, oftewel hoe precies de herkenning van het onderwerp moet worden ingesteld. Afhankelijk van de situatie kan het handig zijn dat de autofocus continu flexibel is en dus scherpstelt op verschillende onderwerpen of dat de autofocus vergrendeld moet worden. De meeste van deze modi werken het best samen met de AF-C modus. De ervaren sportfotograaf zal de af-knop aan de achterzijde wellicht willen gebruiken om scherp te stellen in plaats van de ontspanknop, net zoals dat bij dslr's veel gebeurt.
In de praktijk merkten in vergelijking met de A6000 een flinke vooruitgang. De A6000 was ook al niet sloom, maar vooral op het gebied van af-tracking is de A6300 merkbaar sneller en accurater. Dat is alleen al te merken aan de vele instellingsmogelijkheden die erbij zijn gekomen. En een instelling als 'af-vergendeling en flexibel punt' is van grote waarde, omdat de camera zich dan vastbijt in een onderwerp en deze met alle beschikbare autofocuspunten blijft volgen. In de praktijk werkt dit ook best goed. Ook als het onderwerp even achter een boom verdwijnt, vind de camera het snel weer terug als het weer in beeld verschijnt. Ook bij snel bewegende onderwerpen, zoals skaters of voetballers, werkt het vrij goed. De vele instellingsmogelijkheden maken het mogelijk om de autofocus tot in detail af te stemmen op het onderwerp. Dat is een voordeel, maar ook een nadeel - bijvoorbeeld als het onderwerp de ene keer dichtbij en de andere keer ver weg staat. Het is hoe dan ook een flinke stap vooruit ten opzichte van de A6000. Het niveau ligt op dat van de A7R II en de Samsung NX1. Dat betekent overigens niet dat de camera alleen maar scherpe platen produceert - missers zitten er nog steeds bij, maar met een slagingspercentage van circa 80 tot 90 procent, zijn we niet ontevreden.
Op de vorige pagina vermeldden we al dat de evf prettiger werkt dankzij de verhoogde resolutie en snelle 120fps-verversingssnelheid. Dit is voor actiefotografie van grote toegevoegde waarde, doordat de black-out in de zoeker is verdwenen in de Hi+-modus. Je kunt hierdoor prettiger fotograferen met snelheden van 8 of 11fps. Je hebt keuze uit 11fps met eenmalige autofocus in de Hi-modus en 8fps met continue autofocustracking in Hi+.
/i/2001033915.jpeg?f=imagenormal)
Adapters
De achilleshiel van de E-mount-camera's is het beperkte lenzenaanbod, waarover verder op deze pagina meer. Op eerdere camera's, zoals de A6000, A5100 en A7 II, kon je al met adapters werken, maar dit was niet ideaal. Voor A-mountlenzen moest je kiezen voor de dure en verouderde LA-EA4-adapter met 15 af-punten en voor Canon EF-lenzen kon je kiezen voor Metabones of een ander merk, waarbij de lenzen weliswaar functioneerden, maar de autofocus aan de trage kant was.
Met de A7R II en A6300 is dat flink verbeterd, volgens Sony dankzij het gebruik van koperen bedrading in plaats van aluminium. Dat betekent dat je voor A-mountlenzen nu ook kunt kiezen voor de goedkopere LA-EA3-adapter, die bovendien alle 425 af-punten benut, terwijl de Metabones en andere nu vrijwel instant scherpstellen met Canon EF-lenzen. Ook Sigma komt binnenkort met een adapter, die volgens eigen zeggen beter functioneert, maar alleen met recente Sigma-lenzen.
Overigens moeten we een kleine kanttekening plaatsen. Het gebruik van adapters werkt niet altijd vlekkeloos en is ook niet zonder risico. Bij een collega-redacteur die een A6000 met Commlite-adapter en Canon EF-S 10-18mm gebruikte, was het elektronische circuit na enige tijd defect. De lens is onder garantie gerepareerd, maar als duidelijk is dat dit door een third-party-adapter is veroorzaakt, is dat alles behalve vanzelfsprekend. Third-party-adapters communiceren op onofficiële wijze met de camera, zonder ondersteuning van de fabrikant.
Menu
Het menu van de A6300 is identiek aan dat van eerdere camera's. Er valt aan te wennen, maar de indeling vinden we erg onlogisch. Als je een bepaalde autofocusinstelling zoekt, kan die in feite overal staan, want er is maar beperkt gegroepeerd. De menu's voor wifi, apps en afspelen bevatten erg weinig opties, maar nemen toch de helft van de hoofdiconen in beslag. Die ruimte kan beter benut worden. Sony biedt ook geen optie om zelf een menu met je favoriete functies samen te stellen, zoals Canon doet met My Menu. Het is gelukkig wel mogelijk om de twaalf functies in het Fn-menu zelf samen te stellen en bovendien kun je vrijwel alle knoppen programmeren.
Lenzen
We plaatsen een kritische noot bij het E-mount-lenzenaanbod. Sony lijkt zich de laatste tijd te concentreren op de fullframe-FE-mount. Nu zijn die lenzen allemaal bruikbaar op een aps-c camera als de A6300, maar dat ligt niet voor de hand, aangezien deze lenzen significant zwaarder en duurder zijn. De laatste aps-c-E-mountlenzen van Sony kwamen in 2013 uit. Er is weliswaar een aardig aanbod met een aantal interessante primes en f/4-zooms, maar het aanbod is nog verre van compleet. Bij een camera als de A6300 zouden een paar f/2.8-zooms niet misstaan, maar die zijn er niet. Daar komt bij dat de prijzen die Sony voor zijn glas rekent beduidend hoger zijn die van equivalente lenzen van Canon en Nikon.
Het is opvallend dat Sony met regelmaat uitpakt met nieuwe camera's, maar dat er op het gebied van lenzen weinig gebeurt. Het een kan niet zonder het ander. Uiteraard kun je wel fullframe FE-lenzen gebruiken, evenals A-mount- en EF-S-lenzen via een adapter, maar dat blijft toch verre van ideaal. Ook het aanbod van third-party-fabrikanten als Sigma is nog beperkt, al zijn er wel manual-focuslenzen in omloop.
Bovendien is het een beetje zonde om flink wat geld neer te leggen voor de A6300 en deze dan te kopen met alleen een 16-50mm-Powerzoom-kitlens. Dit is weliswaar een prettig en compact lensje, maar optisch is het toch minder dan de 16-70mm f/4 of de 18-105 f/4. Als je echter een van de laatstgenoemde lenzen koopt, betaal je inclusief body al snel tweeduizend euro of meer.
Videokwaliteit
Over de videomogelijkheden van de A6300 zijn we een beetje verdeeld. De camera levert in elk geval een zeer goede beeldkwaliteit af; in feite gaat het, net als bij de Samsung NX1, om 6k-beeldmateriaal dat wordt teruggerekend naar 4k zonder pixel binning. Zowel onder goede als slechte lichtomstandigheden ziet het beeldmateriaal er zeer goed uit, zoals je ook aan de onderstaande compilatie kunt zien. Bovendien heeft Sony op videogebied enkele features toegevoegd die op de A6000 ontbreken, zoals een microfooningang, SLog2 en -3, 4k en natuurlijk 1080p met 120fps.
Een aantal 4k opnamen van verschillende scenes met het geluid van de ingebouwde microfoon. Ter informatie: de eerste scene is gefilmd vanaf statief, maar er is wat beweging te zien vanwege stevige wind. De muziek aan het eind is van de band Lenny Laroux in 'De Parel van Zuilen'.
De autofocus werkt ook goed tijdens video. Het is alleen jammer dat je het autofocuspunt niet eenvoudig (en stil!) kunt verplaatsen via een aanraakgevoelig scherm. In plaats daarvan moet je een knop indrukken en het punt vervolgens handmatig verplaatsen. Het geluid van de microfoon is redelijk, maar voor serieus werk is een externe microfoon aan te raden. Een koptelefoonaansluiting ontbreekt, maar je kunt het geluidsniveau wel van het scherm aflezen.
In de 4k-modus heeft de camera zichtbaar last van rolling shutter, zoals in de video hieronder is te zien. Dat doet zich vooral voor als je de camera snel zijwaarts beweegt, bijvoorbeeld als je een bewegend onderwerp filmt. In de 1080p-modus heb je hier aanmerkelijk minder last van.
Rolling shutter is duidelijk zichtbaar als je de camera snel beweegt
Een ander probleem is hittevorming als je in korte tijd veel filmt, iets waarmee Sony in het verleden vaker problemen had. Het doet zich ook voor bij de A6300 als je in 4k filmt. In 1080p hebben we hier geen hinder van ondervonden. De camera is daardoor niet erg bruikbaar als je een lange scène in 4k wil filmen, zoals bij een bruiloft. In ons geval merkten we op dat er na circa 20 tot 25 minuten achter elkaar opnemen een oranje icoon van een thermometer verschijnt. Dat betekent dat de sensor te heet is geworden en dat je hem even moet laten afkoelen. Als je niets doet, stopt de camera er na enkele minuten zelf mee.
Ter relativering: net als bij iedere andere fotocamera is de maximale opname vanwege wet- en regelgeving beperkt tot 29 minuten en 59 seconden. Daarmee is hij dus per definitie minder geschikt voor video dan een traditionele videocamera, maar zonder oververhitting kun je na die limiet direct een nieuwe opname starten. Ook als je kortere clips opneemt, kan oververhitting na verloop van tijd de kop opsteken. Uiteraard is dit ook afhankelijk van de omgevingstemperatuur en of je bijvoorbeeld in de volle zon werkt.
Beeldkwaliteit
We waren natuurlijk benieuwd hoe de nieuwe sensor in de A6300 zich verhoudt tot die in de twee jaar oude A6000. Technisch gezien is er geen sprake van nieuwe technologie, zoals bsi of het weglaten van het low-passfilter, maar de koperen bedrading en betere soft- en hardwarematige bewerking kunnen natuurlijk wel tot betere beelden leiden. Een indicatie daarvoor is dat Sony de maximale lichtgevoeligheid heeft opgeschroefd van 25.600 naar 51.200 iso. Verbeteringen in dynamisch bereik of low-isoprestaties hebben we niet echt geconstateerd, maar die aspecten waren ook al vrij goed.
Schaduwen laten zich makkelijk optrekken, vooral als je in raw fotografeert (jpeg links, raw rechts)
Wel zijn de jpeg-beelden van de A6300 over de hele linie wat scherper. Uit onze testfoto's blijkt dat Sony zijn ruisreductiealgoritme heeft aangepast. In positieve zin wat ons betreft. In het recente verleden gebruikte Sony nogal agressieve ruisreductie, waarbij foto's op hoge lichtgevoeligheden er een beetje uitzagen als een aquarel, als je de details bekeek. Dat is met de A6300 beduidend beter geregeld. Weliswaar zien we op de hoogste iso's meer ruis in de jpeg-foto's, maar het detail en de scherpte zijn zichtbaar verbeterd. Sony lijkt hierin een betere balans te vinden, met iets minder agressieve ruisreductie en meer detailbehoud.
Tegelijk zien we aan de raws dat de ruisproductie is verbeterd. Op 12.800 en 25.600 iso bevatten de foto's minder ruis dan die van de A6000. We zouden het geen stop verschil noemen, maar het is wel merkbaar en dat geeft je wat meer speelruimte.
/i/2001033197.png?f=imagenormal)
De jpeg-foto's van de A6300 (rechts) zijn iets ruiziger, maar bevatten meer details dan die van de A6000 (links), beide op 25.600 iso
Een vergelijking van de jpeg- (links) en raw- (rechts) beelden van de A6000 (boven) en A6300 (beneden)
/i/2001026313.png?f=imagenormal)
Hetzelfde beeld als hierboven, maar dan van een ander deel van de testkaart: jpeg (links) en raw (rechts) van de A6000 (boven) en A6300 (beneden)
Los van onze gebruikelijke testkaart en de praktijkfoto's hebben we een statische scène in elkaar gezet en met zowel de A6300 als de A6000 gefotografeerd op alle lichtgevoeligheden. Van iedere foto werd zowel een jpeg- als een raw-opname gemaakt. Om het uiterste te testen hebben we gebruikgemaakt van twee verschillende lichtsituaties: goed licht, door middel van twee lampen met softboxen, en slecht licht zonder hulplicht en met deels verduisterde ramen. De resultaten zie je hieronder.
16-50 kitlens vs 16-70mm
De A6300 wordt, net als de meeste andere aps-c-camera's van Sony, met de 16-50mm-Powerzoom-kitlens geleverd. Dit is een zeer compact en uiterst praktisch lensje. Doordat de lenselementen in opgevouwen positie zitten als de camera uitstaat, is de combinatie van camera en lens zo compact dat hij in veel jaszakken en probleemloos in een klein vakje in een tas zal passen en daardoor makkelijk mee te nemen is. En doordat de lens vanzelf uit- en inschuift, hoef je helemaal niets te doen, in tegenstelling tot veel mechanische lensconstructies bij concurrenten, waarbij je na het aanzetten van de camera ook nog eens op een knop op de lens moet drukken voordat je kunt beginnen met filmen of fotograferen. Bovendien zoomt de lens elektronisch, wat vooral voor video ideaal is. Mechanisch zoomen kan wat schokkerig ogen. Last but not least heeft de 16-50-kitlens best een aantrekkelijke prijs. Als je hem tegelijk met een body koopt, kost hij slechts 150 euro extra.
Tegelijkertijd willen we opmerken dat de lens geen optisch wonder is. Voor zijn prijs zijn de prestaties goed en hij is ontzettend praktisch in gebruik, maar kwalitatief gezien zijn er betere lenzen. In raw-opnamen is hinderlijke vignettering en vertekening in de hoeken te zien. In de jpeg-versie is dit softwarematig weggewerkt, maar daardoor verlies je een stukje groothoek. In het ontwerp is daar overigens rekening mee gehouden, want in werkelijkheid is de lens iets wijder dan 16mm (of 24mm in fullframe-equivalent).
Op ons verzoek stuurde Sony ons de Zeiss 16-70mm f/4 OSS mee en wat ons betreft is dit een veel betere combinatie. Niet alleen is het bereik groter en de lens met f/4 over het hele bereik lichtsterker, ook levert hij scherpere plaatjes af. Zowel in het centrum als in de hoeken is deze lens scherper dan de 16-50mm-Powerzoom. Maar de hoeken van de 16-70mm f/4 zijn ook niet perfect.
Ergens is het zonde om een goede camera als de A6300 te gebruiken in combinatie met de standaardkitlens, maar de 16-70mm is wel beduidend duurder, waardoor je in totaal op meer dan tweeduizend euro uitkomt. De 18-105mm-f/4 is een goedkoper alternatief en dankzij de Powerzoom-knop eveneens zeer geschikt voor video, maar deze lens is weer beduidend groter.
/i/2001026315.png?f=imagenormal)
De 16-50mm-Powerzoom (links) is een betaalbare en praktische lens, maar minder scherp dan de 16-70 f/4 (rechts)
De betere ruisreductie levert een minder vlekkerig geheel op, vooral op de hogere gevoeligheden. Ook bevatten de raw-beelden meer kleur. Op de lage lichtgevoeligheden presteert de A6300 bijzonder goed. In de jpeg-beelden is ruis weliswaar waar te nemen bij 1600 iso, maar dan eigenlijk alleen in egale vlakken. Bij 1600, 3200 en 6400 iso zien de beelden er in veel gevallen nog goed uit. De kritische grens ligt wat ons betreft zo rond de 12.800 iso, want dan wordt het storend, afhankelijk van wat je precies fotografeert en hoe goed de belichting is. De laatste twee standen, 25.600 en 51.200 iso, zouden we persoonlijk niet gebruiken, maar in bepaalde situaties kunnen ze van pas komen.
/i/2001026333.png?f=imagenormal)
Tot en met 3200 iso zijn de beelden heel schoon en is ruis eigenlijk alleen zichtbaar in egale delen (jpeg)
/i/2001034019.png?f=imagenormal)
Uitsnede van de testkaart op 200, 800, 1600 en 3200 iso
/i/2001026341.png?f=imagenormal)
Vanaf 6400 iso wordt ruis goed zichtbaar (jpeg)
Praktijkfoto's
De overige praktijkfoto's hebben we in drie groepen verdeeld. De eerste groep hieronder toont links het beeld zoals dat uit de camera komt, in jpeg. Het rechterbeeld betreft een bewerkte raw-versie om te tonen wat er uit een foto te halen is.
De tweede reeks toont dezelfde avondscène met drie verschillende isostanden, van 6400 tot en met 25.600 iso (jpeg). De grote foto bovenaan is een bewerkte raw-versie.
De derde reeks betreft overige foto's die met de A6300 gemaakt zijn, onbewerkt in jpeg. In de meeste gevallen is de 16-70mm-f/4 gebruikt voor de foto's. In een select aantal gevallen is een 24-240mm gebruikt. Dit is te zien in de exif-informatie, die je linksonder in de foto aantreft.
Jpeg vs raw (bewerkt)
6400 tot net met 25.600 iso
De eerste foto is een bewerkte raw-versie op 6400 iso. De overige drie foto's zijn jpeg's van dezelfde scène met respectievelijk 6400, 12.800 en 25.600 iso.
Overige foto's
Specificaties en fotogalerij
Merk en Productserie |
Sony A |
Sony A |
Type |
A6000 |
A6300 |
Mount |
Sony E-Mount |
Sony E-Mount |
Sensor |
Cameraresolutie |
24,3Mp |
25Mp |
Sensortype |
CMOS |
CMOS |
Sensorformaat |
APS-C (cropfactor 1.5) |
APS-C (cropfactor 1.5) |
Minimale ISO-gevoeligheid |
ISO 100 |
ISO 100 |
Maximale ISO-gevoeligheid |
ISO 25600 |
ISO 51200 |
Beelden per seconde |
11fps |
11fps |
Langste sluitertijd |
30s |
30s |
Kortste sluitertijd |
1/4000 sec. |
1/8000 sec. |
Flitssynchronisatie |
1/160 sec. |
1/250 sec. |
Focus |
Aantal autofocuspunten |
179 |
425 |
Focusmechanisme |
Automatische Focus (motor in body), Handmatige Focus |
Automatische Focus (motor in body), Handmatige Focus |
Video |
Videoresolutie |
1920x1080 (24/25/30/60) |
3840x2160 (30p, Ultra-HD), 1920x1080 (24/25/30/60/120) |
Bestandsformaat video |
MP4, AVCHD |
MP4, AVCHD |
Eigenschappen |
Schermdiagonaal |
3" |
3" |
Eigenschappen body |
Ingebouwde flitser, Kantelbaar scherm, Live view |
Ingebouwde flitser, Kantelbaar scherm, Live view |
Zoeker |
Elektronisch (EVF) |
Elektronisch (EVF) |
Zoekervergroting |
1,07x |
1,07x |
GPS |
Nee |
Nee |
Opslag |
Geheugenkaart Type (Camera) |
Memory Stick Pro Duo, Memory Stick Pro HG Duo , SD, SDHC, SDXC |
Memory Stick Pro Duo, Memory Stick Pro HG Duo, Memory Stick XC HG Duo, SD, SDHC, SDXC |
Verbindingen |
Verbinding (Extern) |
Micro-HDMI, USB 2.0 |
Micro-HDMI, Micro-USB |
Verbinding (wlan) |
802.11b, 802.11g, 802.11n |
802.11b, 802.11g, 802.11n |
Aansluiting externe microfoon |
- |
Jackplug 3,5mm |
Afmetingen, gewicht en kleur |
Hoogte body |
67mm |
67mm |
Breedte body |
120mm |
120mm |
Diepte body |
45mm |
49mm |
Gewicht body |
344g |
403g |
Kleur body |
Zwart |
ZwartPr |
Alternatieven
In dit prijssegment, en lager, is er een aantal andere camera's die je kunt overwegen. Het verschil met de fullframe-A7-serie is niet al te groot en ook de eerdere A-seriecamera's kunnen ruimschoots voldoende zijn. Uiteraard zijn er nog camera's van andere merken in hetzelfde prijssegment.
De A6000 lijkt veel op de A6300. Hij mist enkele functies en de autofocus is iets slomer, maar zeker niet slecht. De prijs-prestatieverhouding van deze camera is beduidend beter. Wie 4k en autofocus-tracking minder belangrijk vindt, heeft aan de A6000 een goed en veel goedkoper alternatief.
4.5 van 5 sterren
(9 reviews)
Round-up systeemcamera's met evf
De A5100 is wat functies betreft vrijwel gelijk aan de A6000, maar hij ontbeert een elektronische zoeker. Als je dat niet belangrijk vindt, ben je met deze camera nog een stukje voordeliger uit.
4 van 5 sterren
(1 reviews)
De A7 II is een heel andere klasse camera, met een fullframe-sensor en zonder 4k-video. Dankzij de fullframe-sensor is de beeldkwaliteit nog een niveau hoger en kun je meer met beperkte scherptediepte spelen. Ook zijn er meer knoppen en draaiwieltjes, en is de camera uitgerust met stabilisatie in de body. De camera kost zo'n driehonderd euro meer dan de A6300.
4.5 van 5 sterren
(3 reviews)
review
Als het je vooral om 4k-video gaat, is de Panasonic Lumix G7 een beduidend goedkoper alternatief. Deze heeft een kantelbaar en aanraakgevoelig scherm. Hij heeft ook een microfooningang, maar de 1080p is met maximaal 60fps wat slomer dan 120fps. De videokwaliteit van de A6300 is wel wat beter, maar het prijsverschil maakt wellicht veel goed.
4 van 5 sterren
(11 reviews)
review
De Samsung NX1 is op diverse vlakken een directe concurrent van de A6300. Hij filmt in 4k, en kan eveneens snel scherpstellen en onderwerpen volgen via af-tracking. Met maximaal vijftien foto's per seconde is het de snelste aps-c-camera van dit moment. Het lenzenaanbod is echter nog beperkter dan dat van Sony en je moet voor lief nemen dat Samsung zich van de markt heeft teruggetrokken, wat op lange termijn een probleem kan worden.
(0 reviews)
review
Conclusie
De verbeteringen aan de A6300 zijn indrukwekkend, maar niet voor iedereen even interessant. De flink verbeterde autofocussnelheid maakt dit werkpaard nog geschikter voor sport- en actiefotografie. De autofocustracking heeft een flinke stap gemaakt en is nog beter in staat om bewegende onderwerpen te volgen en vast te leggen. De verbeterde zoeker, met een verversingssnelheid van 120fps en daardoor vrijwel geen black-out meer, is een verademing om mee te werken. En ook de verbeteringen aan de body kunnen we waarderen, al hadden we voor deze prijs wel een extra draaiwieltje verwacht. De bediening van de camera is verder prima, op het menu en het ontbrekende extra wieltje na.
/i/2001033779.jpeg?f=imagenormal)
De beeldkwaliteit, die al niet slecht was, is verbeterd ten opzichte van de voorgaande generatie, onder andere door minder agressieve ruisreductie. Op hogere iso's is in de jpeg's daardoor iets meer ruis te zien, maar ook beduidend meer details en scherpte. De raw-beelden van de A6300 zijn eveneens beter dan die van de A6000.
Ook voor video leent de A6300 zich prima, dankzij 4k, een vlotte 120fps in 1080p, een microfoonaansluiting en ondersteuning van SLog2/3. Het gebruik van gestabiliseerde lenzen, of een stabilizer, is wel een must, want in tegenstelling tot bij de A7-serie ontbreekt in-body-stabilization (ibis). Een duidelijk minpunt is dat de camera bij lange opnamen last heeft van oververhitting in de 4k-modus. In 1080p lijkt dat niet het geval te zijn.
De flink verhoogde prijs ten opzichte van de A6000 is wat ons betreft het grootste minpunt. De camera biedt zeker meerwaarde, maar vooral voor actiefotografen en filmers, en dus lang niet voor iedereen. De prijs-prestatieverhouding van de camera is daardoor een stuk minder aantrekkelijk dan die van de A6000. Zeker als we eigenlijk willen adviseren om bij een camera als deze een kwalitatief betere kitlens te kopen dan de 16-50mm powerzoom. Als je echter al lenzen hebt en op zoek bent naar een betere body, dan kunnen we ons voorstellen dat de A6300 een interessante overweging is.
Los van de prijs is de A6300 is een uitstekende allround camera, met razendsnelle autofocus, zeer goede beeldkwaliteit en interessante videomogelijkheden.
Eindoordeel