Het kabinet is niet van plan om iets te doen aan een probleem waarbij derden reisgegevens van anonieme ov-chipkaarten kunnen volgen. Wie dat niet wil, kan beter een persoonlijke ov-chipkaart nemen, zo redeneert de staatssecretaris van Infrastructuur.
In antwoord op Kamervragen schrijft staatssecretaris Wilma Mansveld van Infrastructuur en Milieu dat 'de noodzaak ontbreekt om actie te ondernemen'. De Kamervragen werden gesteld toen bleek dat het mogelijk is om de reisgegevens van anonieme ov-chipkaarten te volgen.
Daarvoor zijn de gegevens op de ov-chipkaart genoeg. Wie een ov-chipkaart wil volgen, heeft enkel het kaartnummer en de vervaldatum nodig. Daardoor zouden bijvoorbeeld jaloerse echtgenoten hun wederhelft kunnen volgen en zouden werkgevers kunnen checken of hun personeel inderdaad ziek thuis zit. Daarbij geldt wel de beperking dat een ov-chipkaart slechts één keer aan een account kan worden gekoppeld. Persoonlijke ov-chipkaarten zijn beter beschermd. Om die kaarten te kunnen volgen, moeten ook persoonlijke gegevens, zoals adresgegevens, worden ingevuld.
Staatssecretaris Mansveld benadrukt in haar brief dat alleen te zien is wie waar incheckt en dat niet bekend is wie met de kaart heeft gereisd. "Een anonieme kaart kan door meerdere mensen worden gebruikt", schrijft ze. Het instellen van een maatregel waarbij gebruikers zich bijvoorbeeld met hun kaart bij een automaat moeten melden om inzage in de reisgegevens mogelijk te maken, zou 'tot extra drempels leiden' en dus 'op gespannen voet staan met het gebruiksgemak'.
Er is bovendien een oplossing, aldus de staatssecretaris. "Als een reiziger niet het risico wil lopen dat derden de transactiegegevens kunnen inzien, dan kan hij dat met een persoonlijke ov-chipkaart voorkomen", schrijft Mansveld. Die kaart is even duur als een anonieme chipkaart, zo luidt de brief, maar het dilemma dat een gebruiker dan niet meer anoniem is, blijft onbesproken.