Reizigers moeten per treinreis 3 cent extra betalen, zodat de ov-chipkaartsoftware bij vervoerders kan worden aangepast. Dat zegt de commissie Meijdam in haar advies over de ov-chipkaart. De commissie vindt zo'n 'gemakstaks' redelijk.
Door reizigers extra geld in rekening te brengen, moet 50 miljoen euro bijeen worden geharkt. Dat bedrag is nodig om de software aan de back-end van de ov-chipkaart zo aan te passen dat reizigers niet meer hoeven in en uit te checken als ze een overstap maken. Dat zegt de commissie Meijdam, die de problemen met de ov-chipkaart onderzocht, in haar rapport. Nu moeten reizigers nog uitchecken en inchecken als ze wisselen van vervoerders op het spoor, bijvoorbeeld als ze een reis maken, waarin een overstap zit van een NS-trein op een Syntus-trein.
De commissie Meijdam vindt het 'billijk' dat reizigers meebetalen aan dit extra gemak. Voor dit systeem moet de back-end worden aangepast, zodat verschillende vervoerders kunnen samenwerken om een tarief af te schrijven bij de reiziger. Dat is nu nog niet mogelijk. Ook moet het papieren kaartje worden gehandhaafd totdat de software is aangepast. Dat duurt twee tot drie jaar.
Vervoerders moeten zich wel coulanter gaan opstellen tegenover mensen die foutief in- of uitgecheckt hebben. Nu wordt er nog altijd een boete van, bij een anonieme kaart, 20 euro afgeschreven als er per ongeluk een fout wordt gemaakt.
De commissie stelt bovendien voor om veel taken van Trans Link Systems over te hevelen naar een nieuwe OV-Autoriteit. De toezichthouder moet bestaan uit mensen van overheden, vervoerders en consumenten. De OV-Autoriteit moet het maken van beslissingen vergemakkelijken. TLS is daartoe niet in staat, redeneert de commissie.
Sinds de invoering van de ov-chipkaart is er veel kritiek op de kaart en de vervoerders. De kaart is makkelijk te hacken, reizen zou duurder geworden zijn en de invoering zou chaotisch zijn verlopen. De commissie onderschrijft dat tussen TLS, vervoerders en overheden wantrouwen is ontstaan.