Dell zou tussen 2003 en 2005 willens en wetens miljoenen systemen met condensators van slechte kwaliteit hebben verkocht. De condensators van 11,8 miljoen computers zouden bijna zeker binnen drie jaar na levering gaan lekken.
Het euvel kwam aan het licht toen enkele Dell-computers van de University of Texas zonder duidelijke aanleiding kapot gingen. Dell verklaarde aan de universiteit dat ze de computers hadden overbelast door ze zware wiskundige berekeningen te laten uitvoeren.
De universiteit was echter niet de enige partij die last had van falende Dell-systemen. De directeur van PointSolve, Greg Barry, vertelde The New York Times dat de pc's allemaal na een gelijke gebruiksperiode de geest gaven. Na tientallen defecte systemen gehad te hebben, spreekt hij zijn frustratie uit: "Het is ongehoord, maar Dell wil dit blijkbaar niet erkennen als een probleem."
Uit recent vrijgegeven documenten van een drie jaar oude civiele rechtszaak blijkt dat de medewerkers van Dell op de hoogte waren van de problematiek. Zij bagatelliseerden de klachten over mankementen van de systemen, waardoor veel bedrijven onnodig risico liepen.
De kern van het probleem zou liggen bij condensators die door het bedrijf Nichicon gemaakt werden. Deze zouden gevoelig zijn voor lekken. Ook concurrenten van Dell, zoals HP en Apple hadden hier een paar jaar geleden mee te maken, maar Dell zou veel meer van de gevoelige condensators gebruik gemaakt hebben dan de concurrentie. De uitkomst van een interne studie van het bedrijf - ingesteld door Dell naar aanleiding van de civiele rechtszaak - zou zijn dat 97 procent van de OptiPlex-modellen naar verwachting problemen zou gaan vertonen als gevolg van de condensators. Het zou volgens die documenten gaan om in totaal 11,8 miljoen systemen die tussen mei 2003 en juli 2005 verkocht werden. De defecte componenten werden vervangen met onderdelen die dezelfde problematiek hadden bleek uit de bevindingen van de onderzoekers.
Dell heeft naar verluidt miljoenen dollars opzij gezet om eventuele rechtszaken of schadevergoedingen te kunnen financieren.