Cuba wil onder de naam Nova een eigen Linux-distributie in het land aan de man brengen. Het communistisch geleide eiland hoopt zich zo te ontworstelen aan de hoge licentiekosten van met name Microsoft-producten.
De Linux-distributie met de naam Nova zou een afgeleide zijn van Gentoo. Het OS wordt ontwikkeld door studenten van de Universiteit van Havana, zo meldt Reuters. De Linux-variant moet op termijn Windows gaan vervangen, dat ook in Cuba momenteel het dominante besturingssysteem is. Volgens Hector Rodriguez, decaan op de school of free software, een onderdeel van de Cubaanse Universiteit voor Informatica, draait momenteel twintig procent van de verkochte computers op een Linux-distributie, maar binnen vijf jaar moet dit op vijftig procent liggen. Enkele bedrijven sputteren nog tegen, omdat ze voor compatibiliteitsproblemen vrezen of omdat ze specialistische applicaties draaien die niet voor Linux beschikbaar zijn.
Dankzij het feit dat Fidel Castro vanwege zijn slechte gezondheid de macht aan zijn wat liberaler broer Raúl heeft overgedragen, mogen Cubaanse burgers sinds vorig jaar voor het eerst een computer kopen. Omdat Cuba echter al tientallen jaren kampt met een Amerikaans handelsembargo, is het voor het land lastig om aan legale en courante versies van Windows te komen en om deze up-to-date te houden. Bovendien vrezen de Cubaanse machthebbers dat de Amerikaanse geheime diensten via backdoors onbeperkt toegang hebben tot Windows-systemen, waardoor de staatsveiligheid in het geding zou kunnen komen.
Cuba is overigens niet het enige land dat aan een 'nationale' distributie als alternatief voor Windows werkt. In het eveneens communistisch bestuurde China is onder andere Red Flag Linux op de markt gebracht, terwijl de Russische regering, vooral voor onderwijsdoeleinden, investeert in een eigen versie van Fedora en in toenemende mate zaken doet met Red Hat.