Canon heeft een patentaanvraag ingediend voor een snelle autofocusmethode wanneer de live view-stand wordt gebruikt. Om dit te bereiken heeft de fabrikant gebruikgemaakt van de gedeeltelijke lichtdoorlatendheid van de dslr-spiegel.
Live view, de technologie die het mogelijk maakt om het op de beeldsensor invallende beeld op de lcd aan de achterkant te tonen, is niet meer weg te denken bij dslr's. Vooral voor macrofotografie en voor het nemen van foto's vanuit onhandige posities is de technologie dikwijls een nuttig hulpmiddel. Een nadeel van het gebruik van live view is echter dat voor het scherpstellen alleen de relatief trage contrastdetectie kan worden gebruikt, in plaats van de snellere fasedetectie. Dit komt doordat bij live view de spiegel wordt opgeklapt; hierdoor kan de secundaire spiegel geen beeld naar het autofocussysteem aan de onderkant van de camera weerkaatsen.
Canon heeft echter een methode bedacht om in live view-modus toch gebruik te kunnen maken van het snelle autofocussysteem. Het bedrijf stelt een systeem voor waarbij de hoofdspiegel drie standen kent: opgeklapt, zoals bij de huidige live view-technieken; schuin naar beneden geklapt, zodat het beeld door de zoeker is te zien en het autofocussysteem vanwege de secundaire spiegel zijn werk kan doen; en een stand waarbij de hoofdspiegel verder wordt doorgedraaid tot bijna tegen de beeldsensor. In deze laatste stand wordt een deel van het licht naar het autofocussysteem weerkaatst, terwijl de rest vanwege de deels lichtdoorlatende eigenschappen van de hoofdspiegel op de beeldsensor valt.
Voor deze laatste, nieuwe stand uit de patentaanvraag is het noodzakelijk dat twee palletjes aan weerszijden van het spiegelhuis, die normaal gesproken de hoofdspiegel opvangen bij het neerklappen, ingetrokken worden, zodat de hoofdspiegel verder naar beneden kan draaien. Ook is de secundaire spiegel niet meer direct aan de hoofdspiegel verbonden; deze moet volgens de patentaanvraag bij de snelle autofocusstand bij live view naar beneden worden weggeklapt.
Sony heeft bij zijn Alpha 300 en Alpha 350-camera's een andere oplossing voor het probleem gevonden. De concurrent van Canon heeft bij die dslr's een extra - kleinere - beeldsensor in het zoekergedeelte ingebouwd. Met een knop aan de zijkant van de zoeker wordt een spiegel van de 'pentamirror', die het beeld dat door de lensopening valt richting het oog geleidt, in een iets andere stand gezet, waardoor het beeld op de secundaire beeldsensor komt. Deze toont de beelden op de lcd aan de achterkant. Ook bij het systeem van Sony kan fasedetectie gebruikt worden, omdat de hoofdspiegel en de daaraan bevestigde secundaire spiegel gewoon neergeklapt zijn.
De technologie van Canon heeft echter een belangrijk voordeel boven het systeem van Sony. Zo is deze ook bruikbaar in dslr's met een pentaprisma als zoeker, die vanwege de betere optische eigenschappen vooral gebruikt wordt in duurdere dslr's. Dat is waarschijnlijk de reden dat Sony nog geen live view-modus heeft in zijn duurdere dslr's, zoals de Alpha A700 en de nieuwe A900 met fullframe-beeldsensor. Een nadeel van het nieuwe Canon-systeem zou echter kunnen zijn dat er minder licht op de beeldsensor valt en dat de constructie mogelijk storingsgevoeliger is.
