Opera heeft de eerste testversie van Dragonfly uitgebracht. Deze ontwikkelomgeving kan gebruikt worden om webapplicaties te debuggen. Dragonfly werkt in combinatie met de Opera-browser, waarvan een nieuwe versie wordt meegeleverd.
De Dragonfly-ontwikkelomgeving is te benaderen via het Tools-menu en biedt de mogelijkheid om javascripts, css-regels en dom-objecten regel voor regel te controleren op fouten. Via breakpoints kan aangegeven worden bij welke coderegel je het script wil laten pauzeren zodat de actuele waarden van attributen bekeken kunnen worden. In de debug-modus kan op elementen van geopende webpagina's in de Opera-browser geklikt worden, waarna de relevante html en scripts weergegeven worden. De communicatie tussen de debuggertool en de webpagina verloopt via Opera's Scope-module. Opera wil met de vroege versie van Dragonfly feedback krijgen van ontwikkelaars.
Een belangrijke optie is de mogelijkheid van 'remote debugging'. Dit betekent onder meer dat webapplicaties op externe apparaten zoals een mobieltje getest kunnen worden. Opera levert namelijk ook een Opera Mobile-browser voor mobieltjes en voor het testen kan dan gewoon een pc worden gebruikt. Ook is het debuggen op afstand minder crashgevoelig dan wanneer Dragonfly en de browser in hetzelfde proces op de computer draaien. Remote debugging is pas mogelijk als versie 9.5 van Opera Mobile is uitgebracht. Het editen van javascript, css of dom is nog niet mogelijk in deze vroege versie van Dragonfly, maar deze feature staat wel in de planning. Dragonfly is overigens niet onlosmakelijk verbonden met de Opera-browser, maar om de ontwikkeltools te gebruiken met een andere browser moet de Scope-interfacesoftware overgezet worden naar dat platform.
