Bij historische bespiegelingen over de ontwikkeling van pc's wordt vaak verzucht dat de supercomputers van gisteren de desktopmachines van vandaag zijn. Dat betekent dat je met de hardware van vandaag de dag dus supercomputers kan bouwen, snapten ze bij Tyan, en ze bouwden een 'Personal SuperComputer' die onder de naam Typhoon PSC aan de man gebracht wordt. Het miniatuurkrachtpatsertje biedt ruimte aan vier nodes, en is leverbaar in twee varianten die tot vier Pentium D- of acht Opteron-processors kunnen huisvesten. De Pentium D-variant is uitgerust met Tyans Tomcat i7230A-moederborden, zodat er maximaal 32GB geheugen in past; de Opteron-versie kan dankzij Thunder K8SRE-borden zelfs met 64GB geleverd worden.
Ondanks zes 92mm-fans, vier redundante voedingen en maximaal vier SATA-schijven blijft de PSC relatief stil met 45dB, zodat wetenschappers met een grote flop-behoefte hun rekenwerk gewoon op of onder hun bureau kunnen laten uitvoeren. Hoewel steeds meer reviews uitwijzen dat games dankzij de extreem krachtige videokaarten momenteel vooral behoefte hebben aan meer processorkracht, is de PSC juist voor die doelgroep ongeschikt: de superrekenaar moet het doen met een geïntegreerd 8MB Rage XL-chipje van ATi. Dat laat twee categorieën gebruikers over: technici die bewerkelijke modellen moeten doorrekenen, en mensen die graag hoog op de DPC-ranglijsten willen staan.
