Ik heb dit rekensommetje eerder ook gemaakt en kwam toen op ongeveer dezelfde getallen:
- Een elektrische auto gebruikt gemiddeld ongeveer 17,5 kWh stroom per 100 km. (ANWB: 15 tot 20 kWh per 100 km). In de praktijk blijkt het gemiddelde verbruik volgens de metingen van AutoWeek (link hieronder) zelfs rond de 14,6 kWh per 100 km te liggen.
- Een benzineauto verbruikt gemiddeld ongeveer 6,5 liter benzine per 100 km. (AutoWeek Verbruiksmonitor, gebaseerd op praktijkmetingen).
- Omdat 1 liter benzine ongeveer 8,9 kWh aan energie bevat, verbruikt een benzineauto daarmee:
6,5 liter × 8,9 kWh = 57,85 kWh per 100 km.
(Er zijn zelfs bronnen die uitgaan van 9,5 kWh per liter, maar hier heb ik bewust een veelgebruikte gemiddelde/standaard waarde van 8,9 kWh aangehouden, gebaseerd op gegevens van IEA, Argonne GREET en CE Delft. Afhankelijk van samenstelling en rekenmethode varieert de energie-inhoud van benzine doorgaans tussen 8,6 en 9,5 kWh per liter. Deze keuze is bewust in het voordeel van de benzineauto gemaakt, om bias te voorkomen.) - Met 12.500 km per jaar, van het CBS, komen we uit op:
- (12.500 km ÷ 100 km) × 57,85 kWh = 7.231,25 kWh per jaar voor een benzineauto.
- (12.500 km ÷ 100 km) × 17,5 kWh = 2.187,5 kWh per jaar voor een elektrische auto (theoretisch gemiddelde).
- (12.500 km ÷ 100 km) × 14,6 kWh = 1.825 kWh per jaar voor een elektrische auto (praktijkgemiddelde).
Kortom: een elektrische auto verbruikt ongeveer drie (3,31) tot vier (3,96) keer minder energie dan een benzineauto, gerekend op basis van praktijkverbruik en zonder rekening te houden met productieketens of andere verliezen.
Om die 6,5 liter benzine in de tank te krijgen, was in werkelijkheid meer primaire energie nodig. De well-to-tank-verliezen bedragen doorgaans grofweg 13%, verdeeld over olieproductie (+/-3%), raffinage (+/-8%) en distributie (+/-2%). Dat betekent dat er ongeveer 66,5 kWh aan ruwe energie nodig was om 57,9 kWh aan benzine in de tank te krijgen. Dit is dus de benodigde input vóórdat de auto gaat rijden.
Van die 57,9 kWh wordt in de verbrandingsmotor uiteindelijk slechts 20 à 25% omgezet in aandrijving.... dat is al meegenomen in het praktijkverbruik hierboven, dus het hoeft hier niet opnieuw verrekend te worden. Maar het laat wel zien hoeveel energie er onderweg verloren gaat.
Van de 66,5 kWh aan ruwe energie die nodig is om 6,5 liter benzine in de tank te krijgen, wordt uiteindelijk ongeveer 14,5 kWh daadwerkelijk gebruikt voor voortbeweging. Het overige deel, ruim 52 kWh, gaat verloren als warmte en andere verliezen in de keten. Daarmee komt het totale well to wheel rendement van de benzineauto uit op ongeveer 22 procent. Opvallend genoeg komt dat overeen met de orde van grootte van het energieverbruik van een elektrische auto aan de wielen.
Voor elektrische auto's geldt iets vergelijkbaars: om 14,6 kWh in de accu te krijgen, is bij gemiddeld 10% laadverlies ongeveer 16,2 kWh uit het stopcontact nodig. Inclusief 4% netverlies moet er dan ongeveer 16,9 kWh worden opgewekt (‘well to battery’).
Als we die opgewekte elektriciteit verder uitsplitsen: bij een stroommix van 60% hernieuwbare energie en 40% fossiel (vooruitgeschat op basis van recente CBS- en TNO-cijfers: het aandeel hernieuwbaar lag in 2023 op 48–55% en volgt een stijgende trend, waardoor 60% een verdedigbare inschatting is voor de komende jaren), komt ongeveer 6,8 kWh van het totaal uit fossiele bron. Met een gemiddeld opwekrendement van 50% betekende dat 13,6 kWh aan fossiele primaire energie. De overige 10,1 kWh komt direct uit wind- of zonne-energie en wordt zonder verdere omzettingsverliezen als primaire input meegeteld, zonder opwekrendementverlies. Net- en laadverliezen zijn hierin al verwerkt, zie vorige alinea.
De precieze fossiele input verschilt per laadsituatie: thuisladen op zonnestroom kent vrijwel geen fossiele component, terwijl laden bij snellaadstations vaker afhankelijk is van het actuele netgebruik.
De totale primaire energie-input voor 100 km elektrisch rijden komt daarmee uit op ongeveer 23,7 kWh, waarvan circa 13,6 kWh fossiel en 10,1 kWh hernieuwbaar.
Dus: een benzineauto heeft ongeveer 66,5 kWh aan primaire energie nodig per 100 km, terwijl dat voor een elektrische auto gemiddeld rond de 24 kWh ligt. In deze vergelijking zijn twee berekeningen gecombineerd: één op basis van praktijkverbruik en één op basis van ketenanalyse. Er kan hier en daar een kleine afwijking zitten in de afronding, de aansluiting tussen de twee of de onderliggende aannames, maar de grote lijn is helder: elektrisch rijden vergt structureel aanzienlijk minder primaire energie.
Voor WTW- en LCA-analyses van TNO en een berekening van de Volvo XC40 verwijs ik naar twee reacties van mij uit 2023. Daarin is onderbouwd dat elektrische auto's, zelfs mét de productie van accu’s meegerekend, een lagere milieu-impact hebben dan voertuigen met een verbrandingsmotor. Daarbij gaat het dus niet alleen om het energieverbruik tijdens het rijden, maar om de volledige levenscyclus: van productie en gebruik tot aan recycling of sloop.
jdh009 in 'Is de toekomst elektrisch? - Cijfers, trends en een vooruitblik naar 2030/2035'
jdh009 in 'Is de toekomst elektrisch? - Cijfers, trends en een vooruitblik naar 2030/2035'
Een van de berekeningen in de reacties hierboven, omgerekend naar een gemiddeld jaarkilometrage van 12.500 km, laat zien dat het kantelpunt in CO₂- en energieverbruik tussen een EV en een ICE ligt rond de 4 tot 9 jaar rijden. Dat hangt af van de stroommix die ongeveer drie jaar geleden gangbaar was. Ter vergelijking: de gemiddelde levensduur van een auto in Nederland ligt rond de 18 à 19 jaar (VWE, 2019). Na die periode is hergebruik van de accu bovendien vaak nog mogelijk, bijvoorbeeld als stationaire energieopslag zoals de Amsterdam Arena, wat de totale milieu-impact verder kan verlagen.
En ja, elke auto die niet gebouwd wordt en elke kilometer die niet gereden wordt is natuurlijk beter. Maar als er toch een auto nodig is, dan is een EV nog altijd het beste alternatief voor een ICE.
[Reactie gewijzigd door jdh009 op 28 mei 2025 21:41]