Vleesverwerkingsbedrijf JBS is getroffen door een cyberaanval waardoor faciliteiten in Australië en Noord-Amerika zijn stilgelegd. JBS zegt dat het zich momenteel niet bewust is van 'enig bewijs dat data van klanten, leveranciers of medewerkers is buitgemaakt of misbruikt'.
De Amerikaanse afdeling van het Braziliaanse JBS, het grootste vleesverwerkingsbedrijf ter wereld, zegt in een verklaring zondag te zijn getroffen door een 'georganiseerde cyberaanval'. Daarbij zijn sommige Amerikaanse servers getroffen die de Noord-Amerikaanse en Australische it-systemen ondersteunen. De werking van alle getroffen systemen is opgeschort. Volgens het bedrijf zijn de back-upservers niet getroffen.
JBS USA zegt dat op dit moment nog geen bewijs is gevonden dat er data is buitgemaakt, al erkent het bedrijf dat het oplossen van het incident nog wel even kan duren. Daarmee blijft de mogelijkheid bestaan dat er uiteindelijk toch bewijs naar boven komt. Nadere informatie over de aanval, eventuele misbruikte kwetsbaarheden of de hierbij gebruikte handelswijze geeft het bedrijf niet.
Onder meer Farmonline meldt dat tienduizenden slachthuismedewerkers in Australië naar huis zijn gestuurd, nadat meerdere JBS-fabrieken in het land zijn stilgelegd. Het zou om nog grotere aantallen gaan in de Verenigde Staten. JBS is de grootste vleesverwerker in Australië en heeft onder meer een slachterij in dat land van waaruit vlees naar allerlei andere landen wordt geëxporteerd.
Volgens Beefcentral is in ieder geval in Australië de impact aanzienlijk, omdat de vleesverwerkers erg afhankelijk zijn van computersystemen en internetconnectiviteit, onder meer voor het archiveren, het toepassen van regelgevende documenten en het tellen. Er zouden in Australië nu duizenden karkassen van geslachte koeien wachten om te worden behandeld en verwerkt. Volgens Beefcentral zal het uitbenen daarvan woensdag gaan plaatsvinden, waarbij handmatig wordt geteld en documenten worden toegepast.